Radio 2

Mysteries ontrafeld: wie waren de snoepverkopers "Zwarte Jef" en "Karaboeja" uit de jaren 50 tot 70?

In de jaren 50 tot 70 kon je op verschillende markten zwarte snoepverkopers vinden die dropachtige snoepjes verkochten. "Zwarte Jef" in Antwerpen en "Karaboeja" in West-Vlaanderen waren twee zulke bekende marktkramers. Maar wie waren die mannen, en wat waren hun echte namen? 

Radio 2 ontrafelt de hele zomer lang mysteries uit Vlaanderen en Brussel. Met de hulp van luisteraars en experten proberen we het antwoord te vinden op geheimzinnige verhalen. 

Antwerpen had in de jaren 50-60 een legendarische man op de markten lopen: "Zwarte Jef". Hij was een zwarte man die snoep met anijssmaak verkocht, in witte puntzakjes. Volgens de man waren die snoepjes goed voor de gezondheid. Veel mensen in de streek herinneren zich de snoepverkoper nog. Maar wie was hij eigenlijk? En toeval of niet, maar in West-Vlaanderen was er ook een zwarte snoepverkoper: "Karaboeja". Waren er nog zwarte snoepverkopers, en hebben ze een link met elkaar?

Bekijk hieronder een kort beeldfragment van "Zwarte Jef" van het Cultureel Archief Zwijndrecht.

Videospeler inladen...

"Zwette Jef"

Zwarte Jef, of "Zwette Jef", was in Antwerpen gekend voor zijn "bollen". Hij verkocht die in de jaren 50-60 op (jaar)markten en in voetbalstadions in het Antwerpse. De snoepjes zouden goed geweest zijn voor allerlei kwaaltjes: "keelpijn, hoofdpijn en zelfs de dikke tet", menen enkele luisteraars zich nog te herinneren. De man werd een legende door zijn verkooppraatjes en hij zou zelfs liedjes gezongen hebben.

Niels Erfgoed Archief

Radio 2-luisteraar Jos Van Achter heeft Zwarte Jef nog gekend. "Hij kwam wekelijks bij ons in de beenhouwerij van mijn ouders toen ik kind was. Hij had een bruine valies vol snoep", vertelt Jos. En het was een rasechte verkoper: "Het eerste wat hij vroeg als hij binnenkwam was: hoe is 't met de valling? Dan zeiden we dat wij geen verkoudheid hadden." Zwarte Jef reageerde dan laconiek met een: "Spijtig is dat."

De echte naam van Zwarte Jef heeft hij nooit gekend: "Ik heb dat wel gevraagd, maar hij zei dat hij gewoon Jef was. Niet meer of niet minder."

"Karaboeja": de zwarte snoepverkoper in West-Vlaanderen

Toeval wil nu dat West-Vlaanderen ook een zwarte snoepverkoper had in de jaren 50 tot jaren 70, die ook dropachtige snoepjes verkocht: "Karaboeja". Die naam is, zoals "Zwarte Jef", een roepnaam, want het zijn eigenlijk de snoepjes zelf die zo heten. Het verhaal loopt helemaal gelijk met dat van Zwarte Jef: ook Karaboeja was een man van Congolese afkomst die snoep verkocht op markten. Hij riep ook verschillende leuzen, zong liedjes en de snoepen waren goed voor heel wat medische kwalen.

Karaboeja, Karaboeja, goed voor de maag, goed voor de keel, goed voor de biceps

Anton uit Emelgem over "Karaboeja"

Els Moeyaert heeft een levendige herinnering aan hem: "Hij had een soort zwarte brok die hij in stukken sloeg met een hamer. Hij deed de stukken dan in papier. De snoepen smaakten naar anijs en er zaten schilfers tussen. Eigenlijk sneed dat een beetje in de tong", lacht Els. En hij zei er altijd iets bij: "Een voor de mama en een voor de papa."

Snoepje uit Brussel

Van Zwarte Jef in Antwerpen weten we niet tot hoe ver zijn werkterrein ging. Maar de man genaamd Karaboeja verkocht snoepgoed in verschillende provincies, ontdekte Jolien De Bouw van Radio 2 West-Vlaanderen tijdens haar onderzoek: "Het verhaal begon in Brussel en het snoepje is ook echt een Brussels snoepje. Begin 20e eeuw kwamen Congolezen daar stilletjesaan wonen. Een van hen, "Johny", heeft een bakker kunnen overtuigen om de achtergebleven suikerkoek, van bij het maken van snoep, te smelten en daar anijs bij te doen."

De Karaboeja-snoep blijkt eigenlijk uit Brussel te komen
Jolien De Bouw van Radio 2 West-Vlaanderen

De naam "Karaboeja" zegt ook wat het is: "Dat blijkt Swahili te zijn: 'kara' betekent 'brok', en 'boeja' is 'snoep'." Dat Brusselse snoepje is in West-Vlaamse contreien terechtgekomen dankzij andere Congolezen die de snoepen verkochten buiten Brussel.

Michel Siku

Het snoepje komt dus oorspronkelijk uit Brussel. Tientallen Congolezen verdienden een centje bij met het verkopen van de Karaboejas, of "bollen" of de "jappen" zoals zij in Antwerpen worden genoemd. De snoepverkopers gingen naar alle uithoeken van ons land. De man die "Karaboeja" werd genoemd in West-Vlaanderen was een van hen, en heette eigenlijk Michel Siku. "Met een valies en een klaptafeltje nam hij de trein naar West-Vlaanderen."

Met een valies en een klaptafeltje nam hij de trein naar West-Vlaanderen
Jolien De Bouw van Radio 2 West-Vlaanderen

Toen Siku overleed, hebben zijn zoon en dochter het werk overgenomen. De zoon van Siku "Karaboeja" zou volgens Waalse kranten de laatste Karaboejaverkoper geweest zijn. Hij overleed een paar maanden geleden. Maar Jolien heeft de kleinzoon van de echte "Karaboeja" teruggevonden op een markt in Ronse, in Oost-Vlaanderen: Vincent Siku. Hij heeft de stiel van zijn vader geleerd en maakt de snoepjes nog volgens grootvaders recept.

Beluister hier het interview van Jolien De Bouw op de markt in Ronse, en lees verder.

Frank Sam Moran

Van de West-Vlaamse "Karaboeja" weten we nu dat hij eigenlijk Michel Siku was. Maar wie was Zwarte Jef uit Antwerpen? Uit verschillende documenten en verhalen blijkt dat er meerdere "Zwarte Jeffen" waren. Degene die het meest gesignaleerd werd in het Antwerpse heette Frank Sam Moran. John Sedzicki uit Merksem deed samen met zijn oud-leerkracht Ludo Dieltiens een aantal jaar geleden onderzoek naar deze Zwarte Jef.

Moran zou geboren zijn in 1893 in Sint-Thomas in West-Indië, deel van de Maagdeneilanden nu. Hij zou een Deens paspoort hebben gehad, omdat het toen een Deense kolonie was. Hij is in Antwerpen terechtgekomen en verdiende zijn kost met het verkopen van snoep. Hij zou gestorven zijn in 1970 nadat hij zijn laatste jaren had doorgebracht in een bejaardentehuis in Borgerhout. Zijn graf lag op begraafplaats Silsburg in Borgerhout op Perk T, en is intussen weggehaald.

Meest gelezen