Knijten zijn haast onzichtbare mugjes die zich graag ophouden aan waterlopen en bijzonder hard steken. Vooral tijdens zwoele vochtige dagen en bij windstil weer duiken ze ’s avonds op. Gemeenteraadslid Tine Van den Brande (Vld-Groen-m+) kaartte de overlast in maart voor het eerst aan. Zij kreeg heel wat meldingen, zowel van bewoners als van recreanten. “Sommige mensen gaven aan dat het bij valavond soms bijna onmogelijk werd om buiten te komen”, zegt ze.

Door de felle regenval en de recente overstromingen steken ze opnieuw de kop op. “Overal zijn vochtige plekken ontstaan, ideale kweekvijvers voor knijten. Ik ben blij dat er gewerkt wordt aan een oplossing”, vertelt Van den Brande. Al is er geen pasklare oplossing voor het probleem. Daarom voeren De Vlaamse Waterweg en de Universiteit Antwerpen onderzoek en willen ze het aantal knijten in kaart brengen.

Op zoek naar locaties voor vallen

Samen met de stad zijn ze op zoek naar tien locaties om een knijtenval te plaatsen. “Het belangrijkste doel van deze vallen is het verzamelen van knijten voor verder onderzoek en om zicht te krijgen op de omvang van het probleem. Het gaat op dit moment dus nog niet om een echte bestrijding van de knijten, maar het is zeker een stap in die richting”, zegt Patrick Princen (Vld-Groen-m+), schepen van Natuur- en groenbeheer.

De stad hoopt alleszins dat er snel concrete acties voortvloeien uit het onderzoek. “Knijten worden in de vallen gelokt door middel van uv-licht. Voor deze ledstrip hebben ze dus elektriciteit nodig om te werken. Om die reden zoeken we mensen die dergelijke val in de tuin willen plaatsen en van energie voorzien”, vertelt Sander Belmans, projectingenieur investeringen bij De Vlaamse Waterweg.

De vallen bevatten twintig liter water. “Daar wordt zeep aan toegevoegd om ervoor te zorgen dat de knijten niet op het wateroppervlak kunnen blijven staan, maar erin wegzakken en verdrinken. Na twee weken worden de vallen verzameld en wordt de inhoud geanalyseerd”, legt Belmans uit.