Direct naar artikelinhoud
AchtergrondCoronavirus

‘Er zijn nog heel wat vraagtekens’: hoe veilig wordt de start van het schooljaar?

Christine Hannes (42), directrice van de GO! Spectrumschool in Deurne.Beeld Tine Schoemaker

Meer dan een miljoen kinderen gaan volgende week weer naar school in Vlaanderen. En deze keer zonder mondmasker in de klas of op de speelplaats. Hoe veilig is dat, met een deltavariant die in ons land circuleert? 

Voltijds contactonderwijs, schooluitstappen en zonder mondmasker in de klas. Voor het eerst sinds corona lijkt het nieuwe schooljaar weer op hoe het ooit geweest is. Een hele geruststelling, voor zowel directeurs, leerkrachten als leerlingen. Of toch niet? “We hebben er zin in, maar helemaal gerust zijn we er toch niet op”, zegt Christine Hannes (42), directrice van de GO! Spectrumschool in Deurne. Vorig schooljaar kreeg haar school het zwaar te verduren: meer dan de helft van de leerlingen moest minstens één keer in quarantaine. “Ik kan maar hopen dat we daar deze keer van gespaard blijven. Maar een week voor de heropstart zijn er nog heel wat vraagtekens.” 

Zo geldt voor het middelbaar de regel dat leerlingen het mondmasker mogen afzetten zolang ze neerzitten. Verplaatsen ze zich tussen de lessen, dan moet het wel aan. Klinkt helder, maar de praktijk is zoals altijd ingewikkelder, zeker in een school met beroepsgerichte en technische opleidingen als de Spectrumschool. “In praktijklessen lopen leerlingen om materiaal, ze vragen uitleg of werken samen. Wat geldt dan als neerzitten en wat niet? Eens te meer zie je dat men bij het opstellen van de voorschriften vooral leerlingen achter lessenaars voor ogen had”, zegt Hannes.  

De heropstart zorgt voor zenuwachtigheid bij experts. De GEMS had bij haar laatste advies eind juni aangeraden om het schooljaar op te starten met behoud van enkele maatregelen, zoals mondmaskers. Van de 12- tot 17-jarigen is namelijk nog maar 30 procent volledig gevaccineerd. De komende weken zullen wel velen van hen een tweede prik krijgen. Alle leerlingen onder de twaalf jaar maken voorlopig geen kans op een vaccin. Aangezien vele andere maatregelen dus vervallen, geeft dat het virus nog heel wat kans om te circuleren op scholen. “Het voordeel is dat het risico grotendeels beperkt blijft bij kinderen”, zegt viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). De meeste leerkrachten zijn immers gevaccineerd. “En tot nu toe zagen we dat er vooral overdracht plaatsvond van ouders naar kind, veel minder in de omgekeerde richting. Nu heel wat ouders gevaccineerd zijn, gaat dat verdere overdracht van het virus ook tegenhouden.” 

Ander kaliber

Bovendien ondervinden kinderen doorgaans veel minder last van een covidbesmetting. Slechts eens in de 250 keer wordt de ziekte bij kinderen en tieners echt ernstig, blijkt uit een studie van The Lancet. Hetzelfde geldt voor langdurige effecten: op 1.700 onderzochte kinderen hielden slechts bij 4 procent de symptomen vier weken of langer aan, bij zo’n 2 procent acht weken of langer. Alleen, dat gaat steevast om studies die dateren uit een periode voor de deltavariant dominant werd. 

Voor de leerlingen in het noorden van Nederland was het gisteren alweer de eerste schooldag na de vakantie.Beeld ANP

“Eigenlijk is er bijna geen enkel onderzoek waar we nu wat mee kunnen doen, omdat de deltavariant nu eenmaal van een heel ander kaliber is”, zegt biostatisticus Geert Molenberghs (KU Leuven/UHasselt). Wel wijst hij op een recente Amerikaanse studie waarin onderzoekers modelleerden wat de deltavariant in scholen zou teweegbrengen volgens verschillende scenario’s. Maakte een school gebruik van zowel mondmaskers als regelmatige tests, dan zou in drie maanden tijd 10 procent van de leerlingen het virus oplopen. Deed een school geen van beide, dan kregen negen op de tien leerlingen het virus. “Zo zie je dat je met een relatief lage kost een groot verschil kan maken”, aldus Molenberghs. 

Belang van ventilatie

De kans dat er zonder mondmaskers en andere maatregelen dus opnieuw veel besmettingen komen, lijkt groot. Bij uitbraken kan de crisiscel beslissen om tijdelijk preventief te testen of leerlingen in quarantaine te sturen. Experts zeggen echter dat we veel besmettingen zouden vermijden als we meer geïnvesteerd hadden in ventilatie. “Gezien de besmettelijkheid van de deltavariant is ventilatie zelfs nog belangrijker dan mondmaskers”, zegt Van Ranst. Toch hebben tijdens de coronacrisis slechts elf scholen via een versnelde procedure een subsidie aangevraagd voor de installatie van een ventilatiesysteem. 

“Maar zo’n subsidie dekt niet alles, dus voor veel scholen blijft zo’n systeem een te grote kost. Het is pijnlijk dat de overheid van ventilatie nog steeds geen prioriteit maakt”, zegt ventilatie-expert Bert Blocken (TU Eindhoven en KU Leuven). In Duitsland investeerde de overheid voor 200 miljoen in mobiele luchtfilters, elk klaslokaal in New York krijgt twee luchtfilters. “Het heeft een zekere kostprijs, maar die is nog altijd veel lager dan de maatschappelijke kost die corona bezorgt”, zegt Blocken. 

Vaak weten we zelfs niet hoe goed een klaslokaal geventileerd is. Anders dan in de horeca of de fitness zijn CO2-meters in klaslokalen nog steeds niet verplicht. “Om redenen die ik echt niet kan begrijpen”, zegt Van Ranst. “Als je zo’n CO2-meter afschrijft op vijf jaar, komt dat op nog geen 2 euro per kind per jaar. Maar nee, liever steken we de kop in het zand en doen we alsof er geen problemen zijn.” 

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) vindt dan weer dat het onverstandig zou zijn om vanuit de overheid één enkele maatregel op te leggen. “We doen liever een beroep op een preventieadviseur van de school. Die analyseert elk lokaal en kan waar nodig een CO2-meter verplichten.”