Direct naar artikelinhoud
AchtergrondGezondheid

Knalcomeback van ‘gewone’ virussen dreigt: ‘Het kan echt alle kanten uit’

Knalcomeback van ‘gewone’ virussen dreigt: ‘Het kan echt alle kanten uit’
Beeld Levi Jacobs

Dat we stilaan de coronateugels mogen laten vieren, heeft ook een keerzijde. Heel wat virussen en bacteriën die we het afgelopen anderhalf jaar nauwelijks zagen, staan klaar voor een comeback. Vooral het griepvirus baart experts grote zorgen. 

Het was schrikken toen in maart van dit jaar de kinderafdelingen van onze ziekenhuizen plots gevuld raakten met patiëntjes met RSV, sinds jaar en dag een gevreesd drieletterwoord voor jonge ouders. Het virus, voluit het respiratoir syncytieel virus, komt op alle leeftijden voor, maar kan vooral bij de allerkleinsten zware ademhalingsproblemen geven. Zo zwaar dat sommige kinderen in het ziekenhuis belanden en er zuurstof toegediend krijgen.

RSV was decennialang zo’n virus waar je je klok op kon gelijkzetten. De eerste patiënten kwamen ergens eind september de ziekenhuizen binnen en dat ging zo door tot eind januari, met doorgaans een piek rond de jaarwisseling. Maar in die periode vorig jaar viel nauwelijks een patiënt in onze ziekenhuizen te bespeuren. Vanaf maart stroomden de kinderafdelingen heel onverwacht wel vol.

Begin mei sprak Sciensano, die niet alleen de covidepidemie monitort maar ook gegevens bijhoudt van andere infecties en aandoeningen, zelfs van een echte RSV-epidemie in ons land. De drempel van 214 positieve tests per week werd overschreden. Per 100.000 nul- tot vier-jarigen piekte het naar 15 ziekenhuisopnames met RSV en meer dan zevenhonderd consultaties bij de huisarts. Een situatie die pas eind mei weer begon te keren.

Wintervirus in de lente

Het is sowieso al verre van een normaal jaar geweest, maar een wintervirus dat plots in de lente opduikt is heel uitzonderlijk. In het geval van RSV was het zelfs nooit eerder gezien. Het baart kinderartsen dan ook zorgen. “Het is volgens ons een illustratie van hoe de coronapandemie alles door elkaar schudt”, zegt Mark Raes, voorzitter van de Belgische Vereniging van Kinderartsen. 

Het afgelopen anderhalf jaar leefden we in een erg onnatuurlijke setting, met afstand houden, mondmaskers, lockdowns. Allemaal maatregelen die hielpen tegen het coronavirus, maar evengoed andere virussen en bacteriën op een afstand hielden. Er waren niet alleen nauwelijks RSV-gevallen, maar ook heel weinig hersenvlies- of middenoorontstekingen en zelfs veel minder gewone verkoudheden.

Raes: “Het resultaat is dat we nu veel ‘naïeve’ kinderen zien, kinderen die niet in meerdere of mindere mate in aanraking gekomen zijn met virussen waar ze in normale tijden wel mee te maken krijgen en er zo weerstand tegen opbouwen. Een infectie doormaken stimuleert namelijk de immuniteit. Dat is nu niet gebeurd.”

Mark Raes (Belgische Vereniging van Kinderartsen): ‘We zien nu veel ‘naïeve’ kinderen, die niet in aanraking gekomen zijn met virussen waar ze normaal wel weerstand tegen opbouwen.'Beeld DM

De RSV-opstoot in het voorjaar had volgens experts wellicht te maken met het feit dat we op dat moment met zijn allen de coronamaatregelen wat minder nauwgezet volgden. Daardoor kreeg niet alleen corona, maar ook collega-virussen meer vrij spel. En vonden ze een jonge populatie die totaal niet meer beschermd was.

België was overigens niet het enige land met een RSV-opstoot. In Nederland begonnen de ziekenhuizen vol te lopen toen de toevloed bij ons alweer afnam. Daar werd het  wintervirus een waar zomervirus. De RSV-epidemie begon er kort na de afbouw van een aantal coronamaatregelen.

Het zou volgens Raes dus goed kunnen dat kinderartsen hier en in andere landen door het verder afbouwen van de coronamaatregelen in de komende winter meer kinderen zullen zien met onschuldige en ook minder onschuldige virale infecties.

“Het is allemaal heel moeilijk te voorspellen, maar bepaalde virussen zouden weleens heviger en steviger kunnen terugkomen dan we in andere seizoenen zagen. Dan denk ik niet alleen aan RSV, waarvan we niet kunnen voorspellen wat het komend najaar en winter nog zal doen, maar ook aan bijvoorbeeld influenza. We vergeten soms dat ook kinderen daar erg ziek van kunnen worden.”

Dan zijn er nog de rinovirussen, de gewone verkoudheidsvirussen die bij sommige kleintjes zwaar huis kunnen houden, en parainfluenzavirussen, die tot zware ademhalingsproblemen, bronchitis en longontsteking kunnen leiden. Allemaal aandoeningen waarbij kinderen in het ziekenhuis kunnen terechtkomen.

Lichtpuntjes

Zijn er ook lichtpuntjes? Ja. De gewone vaccinaties bij zuigelingen en kinderen tegen onder andere polio, kinkhoest, difterie, mazelen, bof of rubella zijn tijdens de coronapandemia gewoon doorgegaan.

Een aantal experts waarschuwde er al voor dat in sommige landen die vaccinaties door de coronapandemie wat stilgevallen waren. Ook bij ons was het even moeilijk. De consultatiebureaus van Kind & Gezin gingen in de eerste lockdown een tijdje dicht en nadien waren sommige ouders bang om ernaartoe te gaan. Ook de CLB’s, die een deel van de vaccins op school toedienen, hadden op een bepaald moment de handen vol met de contacttracing en testing.

“Maar gelukkig heeft dat maar heel kort geduurd”, zegt Raes. “De kinderartsen zijn ook bijgesprongen om dat in te halen. De vaccinatiecijfers bij onze kinderen zijn heel goed, dat is een hele geruststelling.”

Griep

Dat de kinderartsen zich zorgen maken is heel terecht, meent viroloog Marc Van Ranst (KU Leuven). Bovendien zijn het niet alleen kinderen die vaker infecties kunnen oplopen, ook volwassenen moeten de komende maanden alert zijn. Vooral het griepvirus baart de voormalige griepcommissaris grote zorgen.

“Wat virologen in de zomermaanden doen, is proberen in te schatten hoe het griepseizoen er bij ons zal uitzien”, zegt Van Ranst. “We kijken hoe het verloopt op het zuidelijk halfrond, waar dat seizoen dan bezig is. Maar het afgelopen anderhalf jaar zijn er nauwelijks griepgevallen geweest, niet bij ons en niet in andere landen, waardoor we nu helemaal in het duister tasten.”

In Australië was er deze zomer geen enkele hospitalisatie voor influenza. Maar ook in China zijn er op dit moment nauwelijks gevallen. De vraag is: is er geen griep meer aanwezig of wordt niemand er nog ziek van door alle coronamaatregelen?

“De waarheid is dat we het niet weten”, zegt Van Ranst. “Als we de mondmaskers, het afstand houden en het thuiswerk straks volledig lossen, kan het echt alle kanten uit. Het schept allemaal kansen voor het influenzavirus, maar als er geen virus meer circuleert, zal er weinig gebeuren.”

Marc Van Ranst (viroloog KU Leuven): Als we de mondmaskers, het afstand houden en het thuiswerk straks volledig lossen, kan het echt alle kanten uit.'Beeld Johan Jacobs

Het is dus mogelijk dat we helemaal geen influenzaseizoen krijgen komende winter, omdat het virus zulke klappen gekregen heeft dat het zich even moet herstellen. Het kan ook zijn dat we een ‘normaal’ seizoen tegemoetgaan, zoals we dat vroeger hadden. Dat varieerde wat van winter tot winter, afhankelijk van het type influenzavirus dat er rondging en de mate waarin het griepvaccin van die winter bescherming bood.

Maar het kan ook erger. Van Ranst: “Tegen de tijd dat het griepseizoen normaal gezien begint, zullen we al bijna twee jaar geen griepgevallen meer gehad hebben. Dat wil zeggen dat er al twee jaar niemand antistoffen heeft opgebouwd. Het virus zou weleens erg hard kunnen toeslaan, omdat er meer vatbaren zijn.” 

Helemaal erg wordt het als de bestaande griepvirussen, het H3N2- en het H1N1-virus, het niet halen en er een nieuw influenzavirus opduikt. “Dan krijg je zelfs een nieuwe pandemie”, zegt Van Ranst. “Een scenario dat niemand wil en waar je nauwelijks durft aan te denken. In dat geval zal het griepvaccin ook niet op het virus afgestemd zijn. Men kan een vaccin maar baseren op de virussen die recent circuleerden. Een nieuwe pandemie, boven op de nog bestaande coronapandemie, kunnen we missen als kiespijn.”

Vaccinatie

De hamvraag dit najaar wordt sowieso: wat met de griepprik? Dat we al twee jaar wereldwijd geen griep meer gezien hebben, heeft ook gevolgen voor het griepvaccin. Elk jaar tijdens het ene griepseizoen beslist de Wereldgezondheidsorganisatie op basis van de dan circulerende stammen welke gebruikt worden voor het produceren van het vaccin voor het volgende griepseizoen. Voor het noordelijk halfrond gebeurde dat dus al vorige winter. 

Aangezien er weinig griep was, is het vaccin gebaseerd op de stammen die voor corona circuleerden. Als een virus weinig circuleert, zal het wellicht ook weinig muteren, was de redenering. Maar een griepvaccin maken blijft een berekende gok. En dit jaar nog een stukje meer.

Toch wordt het nu nog belangrijker om vooral kwetsbare groepen te overtuigen om een griepprik te laten zetten. Zo’n vaccin, ook al zou het deze keer wat minder goed kunnen werken, beschermt nog altijd heel goed tegen ziekenhuisopname en sterfte.

Sowieso hebben we tegenwoordig covidvaccins, waardoor een ‘perfecte storm’ met én een zwaar influenzaseizoen én een zwaar coronaseizoen vermeden kan worden. Van Ranst: “Dat is vooral wat er vorig jaar in ons achterhoofd zat toen we de meer draconische maatregelen voorstelden. Met die twee samen heb je pas een enorm probleem.”

Niet te voorspellen

Bij de Taskforce Vaccinatie denken ze er al een tijdje aan om het boostervaccin tegen corona voor kwetsbare groepen te laten samenvallen met de griepspuit. Kwestie van twee vliegen in één klap te slaan, want de groepen die kwetsbaar zijn voor corona zijn dat vaak ook voor influenza. “Hoe dat praktisch moet, is nog de vraag”, zegt Van Ranst. “Je kunt de beide moeilijk samenbrengen in één flacon. Godzijdank hebben we twee armen gekregen. Maar hier moet inderdaad nog eens heel goed over worden nagedacht.”

Dat de normale virologische evenwichten door corona ontwricht geraakt zijn, kan nog een ander kwalijk gevolg hebben. Virussen komen namelijk meestal opeenvolgend, ze wisselen elkaar als het ware af. In normale tijden komt de griepepidemie direct na die van RSV. Nu alle zekerheden wegvallen, is de vrees dat verschillende epidemieën tegelijkertijd de kop opsteken. Niemand kan voorspellen of en wanneer RSV opnieuw opduikt of wanneer en hoe het griepvirus zal toeslaan. Laat staat hoe al die andere virussen zich gaan gedragen. Dat is alweer slecht nieuws voor onze gezondheidszorg. 

“We maken ons daar zeker zorgen over”, zegt Raes. “Zeker op de kinderafdelingen. Zullen die overspoeld worden of niet? Moeilijk te voorspellen. We moeten alles heel goed monitoren en vooral heel alert blijven.”

Een vervelende situatie, meent ook Van Ranst, vooral door de grote onvoorspelbaarheid. “Maar we hebben geen alternatief, we moeten ook hier zien door te komen. Daarom hoop ik dat mensen instinctief nog sommige gewoonten uit de coronacrisis, zoals goede handhygiëne en zoveel mogelijk afstand houden, zullen aanhouden. Dat kan het een pak makkelijker maken.”