Vanaf wanneer moet je roerende voorheffing op je spaarboekje betalen?

Alle Belgen samen parkeren bijna 300 miljard euro op hun spaarboekjes. Er bestaan twee types spaarboekjes: bij een niet-gereglementeerd spaarboekje ontvang je bijvoorbeeld alleen een basisrente. Op die rente moet je wel een roerende voorheffing van 30% betalen. De gereglementeerde spaarrekening geniet een veel grotere populariteit. Ze heeft een basisrente en een getrouwheidspremie en kent een fiscaal gunstiger regime. De interesten zijn immers vrijgesteld tot 980 euro per persoon. Op de interesten boven dat grensbedrag houdt de bank 15% roerende voorheffing in. Lees hier meer over het verschil tussen gereglementeerde en niet-gereglementeerde spaarrekeningen

Een voorbeeld: bedraagt de intrest op je spaarboekje 1.500 euro, dan betaal je roerende voorheffing op 1.500 – 980 (vrijstelling) = 520 euro. De roerende voorheffing bedraagt dan 520 euro x 15% = 78 euro.

Om een intrest te verzamelen die oploopt tot 980 euro per persoon, moet je al over een stevige spaarbuffer beschikken. Bij de wettelijke minimumrente van 0,11% gaat het om een spaarbedrag van liefst 890.909 euro. Staat de rekening op naam van twee gehuwden of wettelijk samenwonenden, dan bedraagt de vrijstelling 1.960 euro per jaar.

Tip: Ontdek hier de spaarrekeningen met een hoger rendement dan 0,11%

Wanneer de intresten van een spaarrekening het vrijgestelde bedrag overschrijden, houdt de bank 15% roerende voorheffing in op het intrestgedeelte dat boven de vrijstelling uitkomt. Het lijkt dus voordeliger om je geld over verschillende banken te spreiden en op die manier de roerende voorheffing te omzeilen. Toch ben je in dat geval verplicht om je rente zelf aan te geven. 3.166 Belgische gezinnen gingen vorig jaar tot die actie over.

De overheid beschikt bovendien over de nodige instrumenten om het totaalplaatje in ogenschouw te nemen, waardoor het ‘vergeten’ van de aangifte geen optie vormt. Bij een vermoeden van fraude kan de fiscus de gegevensbank van de Nationale Bank van België raadplegen.

Niet onbelangrijk: ouders moeten de intresten van hun minderjarige kinderen bij hun eigen intresten optellen (voor elke ouder de helft). Die verplichting valt weg wanneer de kinderen meerderjarig zijn. Zij vallen dan meteen zelf onder het systeem van de vrijstelling tot 980 euro. 

Lees ook 

Een ‘gezonde’ spaarpot: om hoeveel geld gaat het dan?

Goedkoper lenen voor een tweede verblijf? Schakel je beleggingsportefeuille in

Hoe beheer ik het spaargeld van mijn zoon van 13 het best? Jouw lezersvraag beantwoord

Bron: Spaargids.be