WWF: "Aangeplante sparrenbossen hebben de overstromingen in Wallonië verergerd"

De overstromingen die in juli Wallonië hebben getroffen, zijn mee in de hand gewerkt door menselijk ingrijpen in de natuur, zegt natuurorganisatie WWF. In de loop der jaren zijn er op de hoogvlakten sparrenbossen aangeplant die het water minder goed vasthouden. Gevolg: bij de zware regenval van juli kon het water ongehinderd van de hellingen stromen, en zo bijdragen tot de zware overstromingen in de Vesdervallei.   

De Hoge Venen in de Oostkantons kregen het in juli zwaar te verduren. In het aanpalende dorpje Jalhay viel in 48 uur tijd meer dan 270 millimeter neerslag, ruim twee keer zoveel als het maandgemiddelde. Normaal gezien houden venen een groot deel van dat water vast. Maar omdat de Hoge Venen ingesloten zijn door fijnsparren (Epicea), stroomde het water er in grote hoeveelheden de hellingen af.  

Door de hevige regenval van 14 en 15 juli stonden in Wallonië meerdere dorpen onder water. De schade was gigantisch en het menselijke leed groot:

Videospeler inladen...

Fijnsparren behoren niet tot de natuurlijke plantengroei op de Hoge Venen. Ze zijn in de loop der tijden aangeplant om onder meer hout op te leveren voor de bouw. Fijnsparren kunnen maar weinig water verdragen. Daarom zijn er tussen de bomen afvoerkanalen gegraven om regenwater zo snel mogelijk af te voeren. Op die manier heeft het weinig tijd om in de bodem te dringen.

Weggespoelde afvoerkanalen

Medewerkers van het WWF hebben na de grote overstromingen in juli vastgesteld dat heel wat van de afvoerkanalen waren weggespoeld. Waar ze vroeger als smalle sleuven nauwelijks zichtbaar waren, sprongen ze nu als brede grachten meteen in het oog. Het water moet er met grote kracht doorheen zijn geraasd, en alles op zijn weg hebben meegesleurd. 

Een groot deel van dat water is terechtgekomen in bijrivieren van de Vesder, die bijna over heel haar loop uit de oevers trad. Met gigantische schade tot gevolg. 

Het overvloedige regenwater heeft de afvoerkanalen in de fijnsparbossen op de Hoge Venen helemaal uitgehold, waardoor het water nog sneller kon wegstromen.
Corentin Rousseau/WWF

Volgens het WWF had de ellende een stuk minder groot kunnen zijn als er op en rond de Hoge Venen nooit sparrenbossen waren aangeplant. De venen en loofbossen die er van nature voorkomen, zijn veel beter in staat water vast te houden. Loofbomen verliezen hun bladeren die op de bodem een rijke humuslaag vormen, waarop paddenstoelen en planten kunnen groeien. Een dichtbegroeide bodem absorbeert meer water dan een schrale bodem die typisch is voor naaldboombossen.      

Een nuttige les

De les die we uit de overstromingen van juli moeten trekken, is dat we van de natuur beter afblijven, aldus het WWF. In plaats van gronden te ontwateren om naaldbossen aan te leggen of aan landbouw te kunnen doen, zouden we beter de oorspronkelijke natuur beschermen. Want die is het best in staat om ons tegen overstromingen, maar ook droogte, te beschermen.    

Met die boodschap richt het WWF zich ook tot onze overheden. Niet alleen de Waalse maar ook de Vlaamse. Want uit een studie van de Universiteit Antwerpen blijkt dat nog maar 5 procent van Vlaanderen waterrijk gebied is. In 1950 was dat nog 19 procent.  

Het WWF heeft deze maand een rapport uitgebracht over hoe de natuur ons tegen droogte en overstromingen kan beschermen. Het rapport "Powering Nature: Creating the Conditions to Enable Nature-Based Solutions" kan u hier lezen

Meest gelezen