HBVL Onderzoekt

Plaats voor twintig wolven in Limburg, maar willen we dat wel?

Hasselt -

Hoort de wolf wel thuis in onze natuur? Die vraag klinkt steeds luider, nadat de roedel op twee dagen twee pony’s en een koe doodbeet. En wat als er nog meer wolven komen? “Limburg kan plaats bieden aan twintig wolven. De vraag is hoe gewenst dat is.”

Thomas Jansen

Hoeveel wolven zijn er nu in Limburg?

Een exact aantal weet niemand met zekerheid, maar het zijn er “minstens negen.” Aan het hoofd van die wolvenfamilie staan August en Noëlla. August – Gust voor de vrienden – werd voor het eerst gezien in onze provincie begin augustus 2018, toen nog aan de zijde van Naya. Na haar dood kwam Noëlla hem eind 2019 vergezellen. In mei 2020 kreeg het kersverse koppel voor het eerst welpjes. Aanvankelijk werd gedacht dat het er vier waren, wat hen de bijnaam ‘Bosland Daltons’ opleverde. Het bleken er uiteindelijk vijf te zijn: drie mannetjes en twee vrouwtjes.

Van die vijf welpen leven er nog twee of drie. De twee wolvinnen werden in oktober 2020 allebei doodgereden, op tien dagen tijd. Van één van de drie mannetjes ontbreekt al enige tijd elk spoor. “Hij is verdwenen en nergens anders opgedoken, ook niet in de buurlanden”, zegt Joachim Mergeay, wolvenexpert bij het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). “De kans is groot dat hij dood is. Hoe hij om het leven gekomen is, weten we niet. Gedood door de mens? Het is mogelijk. Maar ik wil naar niemand een steen werpen. Het leven is sowieso risicovol voor jonge wolven, dertig tot vijftig procent van hen overlijdt.”

LEES OOK. Wolvenexpert: “Meer kans op EuroMillions dan om door wolf aangevallen te worden”

In mei van dit jaar kregen Noëlla en August opnieuw welpen. Het precieze aantal is nog niet gekend, maar het zijn er minstens vijf. Dat brengt het totale aantal wolven in onze provincie dus op minstens negen.

 ©  INBO

Welke wolven zullen in Limburg blijven? En wie trekt weg?

“Het territorium behoort toe aan het voortplantende koppel”, zegt Ilka Reinhardt, oprichtster en hoofd van LUPUS, het Instituut voor Wolf Monitoring en Onderzoek in Duitsland. “August en Noëlla zullen dus blijven. Zij krijgen elk jaar jongen, telkens in mei. Die trekken normaal gezien weg. Sommige al na tien maanden, andere blijven twee jaar ‘thuis’ wonen. Heel soms blijft er eentje zelfs drie jaar.” Mergeay verwacht dat de twee overgebleven jaarlingen, geboren in mei 2020, begin volgend jaar op zoek zullen gaan naar een partner. “Op 22 maanden zijn ze geslachtsrijp en worden ze door hun hormonen gestuurd. Mocht Gust sterven, dan is de kans wel groot dat één van de mannetjes blijft en iets begint met z’n moeder. Dat gebeurt regelmatig. Maar inteelt is natuurlijk niet gunstig, het kan gevolgen hebben voor de welpen die daaruit voortkomen.”

In normale omstandigheden zullen de twee jaarlingen dus wegtrekken. Maar naar waar? Dat is volgens experts veel moeilijker te voorspellen. “Ten westen van het huidige wolvengebied, richting Vlaams-Brabant, wordt het landschap minder aantrekkelijk”, zegt Mergeay. “Daar krijg je meer wegen en minder bos en wild. Het zou kunnen dat de jaarlingen daar even naartoe gaan, maar dan keren ze waarschijnlijk terug. In zuidelijke richting botsen ze op de akkers van Haspengouw. Dan moeten ze al vijftig à zestig kilometer afleggen voor ze een stukje bos tegenkomen. Dat is ook niet aantrekkelijk. In noordelijke richting komen ze net boven Hamont-Achel op het gebied van de wolf van Grote Heide bij Leende in Nederland. Die zal zijn gebied verdedigen. De kans is dus groot dat ze naar het oosten zullen trekken, richting de Maasvallei. Maar daar zijn al verschillende wolven gepasseerd, en niemand is er gebleven. In en rond het Nationaal Park zit nochtans genoeg wild. Of het geschikt is voor de roedel, zal de toekomst uitwijzen. Het is echter ook mogelijk dat ze van daaruit verder trekken richting Wallonië.”

Voor hoeveel wolven is er plaats in Limburg?

Mergeay acht het dus mogelijk dat onze provincie weldra niet één, maar twee roedels huisvest. “En in de toekomst misschien zelfs drie, als de wolf van Grote Heide bij Leende, net over de grens, een wijfje vindt en zijn territorium uitbreidt”, zegt Mergeay. “Dan kan die roedel af en toe in de regio Hamont-Achel en Lommel komen.” Zo’n roedel bestaat in Europa gemiddeld uit vijf volwassen wolven: twee ouders en twee à drie jaarlingen. Daar komen dan nog een vijftal welpen bij.

 ©  Robby Scheelen

“Het zou dus kunnen dat er weldra vijftien tot twintig wolven in Limburg zitten”, zegt Mergeay. “Of Limburg daarvoor geschikt is? Voor de wolven zou dat kunnen. De vraag is hoe gewenst dat is, voor de interactie met de mens. Kijk, als je mij twintig jaar geleden had gezegd dat ik wolven zou kunnen bestuderen in België, dan had ik je flink uitgelachen. Toen was er zelfs in Duitsland nog maar één roedel. Dat herstel is heel snel en heel efficiënt gegaan. Maar nu zitten we in een fase waarin de heel goede gebieden stilaan bezet zijn. Nu worden de marginale stukken, met meer landbouw en interactie met de mens, ook ingenomen. Het gebied in Limburg is er ook zo eentje. We zien nu in Europa wolven opduiken in gebieden waarvan modellen vooraf dachten dat die niet geschikt waren, wegens te weinig bos. Maar er zit blijkbaar wel genoeg wild. Dat betekent dat wolven zich, net als hun wilde prooidieren, kunnen aanpassen aan gebieden met minder rust en meer menselijke aanwezigheid. Hoe die interactie tussen mens, wolf en natuur zal verlopen, is moeilijk te voorspellen. Vooral het aanpassingsvermogen van de wolf is moeilijk in te schatten. Als hun prooien zich geografisch verder uitbreiden, dan zal de wolf dat misschien ook doen.”

Waarom zijn er net nu meer aanvallen van wolven op vee?

In 2020 waren er 39 aanvallen van wolven op vee in onze provincie. Maar liefst 24 daarvan vonden plaats in september, oktober en november. Dit jaar hadden de wolven midden augustus al 30 aanvallen op de teller, en de ‘drukste’ maanden moeten dan nog komen. Waarom richten zij net bij het vallen van de bladeren hun vizier op schapen en geiten?

“In Limburg zit in principe genoeg wild”, zegt Mergeay. “Maar in de nazomer heeft dat wild extra veel dekking en is het in topconditie. De jonge wolven zijn in volle ontwikkeling en eten dubbel zoveel als een volwassen wolf, maar ze kunnen zelf nog niet jagen met hun melktanden en gebrek aan ervaring. Er is dus drie keer zoveel voedsel nodig. En dan zitten ze in een situatie waarbij ze elke paar honderd meter een gedekte tafel met onbeschermd vee tegenkomen. Dan weten ze het wel.”

Vanaf november nemen die aanvallen geleidelijk aan af. “Dan wordt veel vee binnengebracht en op stal gezet”, zegt Mergeay. “Vanaf december hebben de welpen hun tanden grotendeels gewisseld en kunnen ze op hun eentje beginnen jagen. Ze gaan dan zelf al eens proberen een kleine prooi te vangen. Veel mensen denken dat wolven in roedelverband jagen, maar dat is vaak niet het geval. Wolven doen een beetje hun eigen ding. Nu zitten we in een situatie waarin de jaarlingen hun ouders nog volgen. Met drie of vier kunnen ze gemakkelijker een grote prooi af. Of er daardoor dit najaar meer aanvallen zullen komen op pony’s of runderen, is nog af te wachten. Het is te vroeg om te spreken van een trend.”

 ©  INBO

Moeten paarden- en rundveehouders vrezen voor de wolf?

Vorige week beten één of meerdere wolven op amper twee dagen tijd twee shetlandpony’s en een koe dood. Sindsdien zit de schrik er ook bij paarden- en rundveehouders flink in. De Vlaamse regering denkt er nu aan om ook voor hen subsidies te voorzien om hun weides te beschermen tegen de wolf. “We mogen niet vergeten dat shetlandpony’s zeer klein zijn”, zegt de Duitse wolvenexperte Ilka Reinhardt. “Als ik shetlandpony’s had in wolvengebied, dan zou ik hen net zo goed beschermen als schapen. Maar voor grote paarden zou ik al veel minder angst hebben. Het komt voor, maar veel en veel minder.”

Op basis van de gekende gegevens zijn er de laatste twintig jaar in Centraal-Europa amper 27 pony’s of paarden aangevallen, inclusief de shetlandpony’s in Oudsbergen. Nochtans zitten er in dat gebied zo’n 150 wolvenroedels. “Op basis van die gegevens moeten we een risico-inschatting maken”, zegt Mergeay. “Natuurlijk kunnen we die zaken niet zomaar kopiëren voor ons land. In Duitsland beschikken wolven over veel meer natuur, wij zitten relatief in de marge van het verspreidingsgebied. Dat betekent dat wolven hier veel dichter bij het vee zitten. We kunnen dus verwachten dat we meer dan gemiddeld aanvallen zullen krijgen op vee. Maar 27 gevallen op twintig jaar tijd, dat is echt niet veel. Hetzelfde geldt voor runderen. Dit jaar zijn er in Limburg drie koeien gedood door wolven, op een totaal van 130.000 aanwezige runderen.”

Mergeay pleit er ook voor om die aanvallen in perspectief te plaatsen. “Jaarlijks worden er enkele tientallen runderen en pony’s neergebliksemd, er zijn er die vergiftigd raken door iets slechts te eten… In Vlaanderen sterven gemiddeld vijf runderen per dag door blikjes, glas of metaalscherven in het hooi. De impact van de wolf is in verhouding zeer klein. Dat neemt niet weg dat elke vermijdbare aanval betreurenswaardig is. Visueel is een aanval van een wolf heel anders dan een koe die verdoken in een stal sterft aan buikvliegontsteking.”

 ©  INBO

Is de ene wolf agressiever dan de andere?

Even terug naar 2018. Op 20 januari van dat jaar beet Naya in Meerhout twee schapen dood. Twee maanden later zette ze haar tanden nog eens in een schaap in Leopoldsburg. Maar voor het overige leek de intussen gedoodde wolvin een ‘brave’. Heel anders ging het met August, die in z’n eerste maand in ons land al elf schapen verorberde. Volgens De Duitse wolvenexperte Elli Radinger bestaan er twee verschillende types wolven: een overmoedig type A en een schuw type B. Andere experten, onder wie Mergeay, betwijfelen dat echter zeer sterk. Zij stellen dat wolvengedrag eerder een continuüm van eigenschappen is. Die eigenschappen zijn deels aangeboren, maar deels ook gestuurd door ervaringen.

In dat opzicht trachten onderzoekers bij elke wolvenaanval te achterhalen welke wolf de dader is. Nu ook de jaarlingen mee op pad gaan, wordt dat echter steeds moeilijker. “Genetische analyses op een kadaver zijn technisch heel moeilijk”, zegt Mergeay. “Met een uitstrijkje proberen we DNA te vinden. Maar 99,99 procent daarvan is natuurlijk van de prooi. Het DNA van de predatoren is zeer beperkt, vaak is dat wat speeksel. Als er meerdere wolven van dat kadaver gegeten hebben, is het heel moeilijk om te achterhalen of het één van de ouders is of een nakomeling. Ter vergelijking: als jij in een potje spuwt, en je vader en moeder ook, kunnen we jou daar onmogelijk uithalen. Jij bent per definitie immers een mengeling van je vader en je moeder.”

 ©  INBO

Is er een probleemwolf in onze provincie?

Begin dit jaar stelde Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) een interventieprotocol voor wolven voor. Concreet komt het erop neer dat de wolf verjaagd of gedood mag worden als er sprake is van een probleemwolf. Dat is het geval in één van de volgende vier situaties: 1. De wolf is een bewezen kruising of hybride. 2. Hij benadert actief mensen tot op minder dan 30 meter en verjagen leidt niet tot een gedragsverandering. 3. Hij slaagt er meermaals in om vee, dat door correct werkende preventiemaatregelen wordt beschermd, aan te vallen. 4. Hij doodt systematisch honden binnen een omheining.

Tot nu toe wist in Limburg nog maar één keer een wolf een wolfproof omheining te overwinnen. Het kon toen niet uitgesloten worden dat de wolf zich al schuilhield in het omheinde gebied, op het moment dat het hekwerk geplaatst werd. Volgens de definitie is er dus alleszins geen sprake van een probleemwolf. Maar zeker de laatste weken wordt dat woord steeds vaker in de mond genomen, onder meer door Marco Goossens, burgemeester van Oudsbergen, en Vlaams Parlementslid Jo Brouns.

“Het is absoluut een ongewenste situatie”, zegt Mergeay. “Maar een wolf die vee aanvalt, is heel normaal. Hoe moet zo’n wolf het verschil zien tussen wild en dieren die eigendom zijn van mensen? Het is onze taak om te communiceren met die wolven. Dat doe je door schrikdraad aan de buitenkant van de omheining te plaatsen. Als een wolf zijn neus daaraan zet en vijfduizend volt door zijn lijf krijgt, vliegt hij twee meter achteruit. Die zal daar nooit meer durven aankomen.”

Reinhardt heeft het in dat opzicht over een “jarenlange training”. Maar die werkt wel in twee richtingen. “Wanneer een omheining slecht opgebouwd is of er staat geen stroom op de draad, dan leren wolven ook hoe ze die zwakke punten kunnen overwinnen”, zegt Reinhardt. “Hoe meer onbeschermd vee in een gebied leeft, hoe meer de wolven leren dat schapen een gemakkelijke prooi zijn en zullen ze meer proberen om hen aan te vallen. De boodschap blijft dus: bescherm uw dieren.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer