Direct naar artikelinhoud
NieuwsChina

Weg van de éénkindpolitiek: China wil nu grótere gezinnen en legt abortus aan banden

Zwangere vrouwen doen fitnessoefeningen in de Chinese stad Shijiazhuang. Beijing moedigt zwangerschappen weer aan.Beeld Getty

De Chinese regering legt abortus aan banden. Het aantal zwangerschappen dat na veertien weken om ‘niet-medische redenen’ wordt afgebroken, moet dringend omlaag. Dat heeft de Chinese overheid maandag bekendgemaakt.

De officiële reden van de abortusbeperking is de gezondheid van vrouwen: in China wordt abortus ingezet als voorbehoedmiddel achteraf. Het gemiddelde aantal in ziekenhuizen afgebroken zwangerschappen van zo’n 10 miljoen per jaar is daarbij maar het topje van de ijsberg. Illegale klinieken in gebieden met weinig medische voorzieningen en online verhandelde abortuspillen zijn verantwoordelijk voor een veel hoger aantal voortijdig beëindigde zwangerschappen. 

In 2018 wezen de gezondheidsautoriteiten al op gezondheidsrisico’s van het regelmatig ondergaan van abortus. De roep om strenger toezicht is echter tevens een signaal dat de Chinese staat bereid is de demografische crisis te tackelen met dwingender maatregelen dan alleen baby-subsidies, betere regelingen voor zwangerschapsverlof, en ander aanmoedigingsbeleid.  

Na drie decennia het strengste geboortebeleid ter wereld te hebben gevoerd, is het geboortecijfer zo laag dat het snel vergrijzende China straks arbeidskrachten tekortkomt om de groei van de economie vast te houden.  Ondanks hervormingen, die in mei dit jaar uitliepen op een zogeheten ‘drie-kindbeleid’, lopen Chinese ouders nog niet warm voor grote gezinnen. 

Te duur

Een kind grootbrengen is zo duur, dat ouders zich geen tweede baby kunnen veroorloven, laat staan een derde. Volgens socioloog Ma Chunhua is een gezin gemiddeld 25.266 euro kwijt aan scholing en verzorging van een kind tot aan het eindexamen, maar in de grote steden ligt dat bedrag vier keer zo hoog. 

In 2016 stapte China af van het eenkindpolitiek door getrouwde koppels twee kinderen toe te staan. Na een kleine geboortegolf van 17,8 miljoen baby’s in 2016 daalde het geboortecijfer tot een historisch dieptepunt van 12 miljoen geboortes in 2020, het laagste aantal geboortes in vijftig jaar.

Chinese provincies hebben veel zelfstandigheid bij de uitvoering van het bevolkingsbeleid: het belangrijkste is dat ze hun quota halen. In 2018 probeerden ze met stimuleringsbeleid het geboortecijfer op te krikken. Zo hebben bijna alle provincies de mogelijkheden voor zwangerschapsverlof verruimd. Sommige steden hebben baby-subsidies – de stad Xiantao in de provincie Hubei geeft 66 euro voor een eerste kind en ruim 92 euro voor een tweede. Andere gebieden maken huisvesting, medische zorg, onderwijs en kinderopvang goedkoper. 

Kliklijnen

Als zachte aandrang niet helpt, heeft de staat altijd de mogelijkheid die te combineren met dwang. Provincie Jiangxi ging in 2016 het kabinet al voor met strenger toezicht op abortus via kliklijnen om vrouwen met abortusplannen aan te geven, en de verplichting de medische noodzaak te bewijzen met handtekeningen van drie artsen.  

President Xi Jinping is niet vies van meer staatsinmenging in het persoonlijk leven van Chinese burgers. Dat blijkt uit recente maatregelen om de studiedruk op kinderen te verlichten en het aantal uren dat de jeugd mag gamen te beperken. Ook voortplanting dient het staatsbelang. Niet voor niets schreef partijkrant Het Volksdagblad in 2018 dat “bot gezegd de geboorte van een kind niet alleen een familiezaak is, maar ook van de staat”.  

In de maoïstische jaren waren tot diep in de jaren zestig grote gezinnen verplicht. Zowel voorbehoedsmiddelen als abortus waren in vrijwel alle gevallen verboden. Ongewenst zwangere vrouwen zochten hun toevlucht tot primitieve en gevaarlijke huismiddeltjes, zoals innemen van een overdosis kinine.   

Zwangerschapsyoga in China. Na de eenkindpolitiek is er behoefte aan gezinnen met meer kinderen, als antwoord op de vergrijzing.Beeld Visual China Group via Getty Ima

Plicht op gebied van voortplanting

Al is abortus sinds de jaren tachtig legaal, speciale wetgeving die het recht op abortus garandeert is er niet. Dat wordt geregeld in de Grondwet, die burgers verplicht zich aan het bevolkingsbeleid te houden. In dat wettelijke kader is abortus een recht waar vrouwen aanspraak op kunnen maken, mits ze hun plichten op het gebied van voortplanting ook naleven. 

Slechts in één geval is sprake van een uitdrukkelijk verbod:  op het afbreken van een zwangerschap op grond van het geslacht van de foetus staat drie jaar gevangenisstraf. Illegale aborteurs, die hun diensten combineren met verboden echo’s om het geslacht van de foetus te achterhalen, blijven echter populair omdat voor Chinezen alleen mannelijke nakomelingen de bloedlijn voortzetten.