Verjaardagsexpo in 30 portretten: de gezichten die het Fakkeltheater laten branden

Het Fakkeltheater viert zijn 65ste verjaardag met een reeks unieke portretten, die vanaf vandaag te zien zijn in de traphal van de Rode Zaal. Gisteravond kregen de geportretteerden de werken voor het eerst te zien. “De afgelopen 65 jaar werd dit theater groot gemaakt én gehouden door talloze bekende en minder bekende personen. Dertig van hen eren we met een portret”, zegt directeur Sam Verhoeven. “Sommigen kunnen hun portret helaas niet zelf meer bewonderen. Maar deze expositie bewijst dat dit theater hen niet is vergeten.”

Guy Van Vliet

Bij de opening van de expo Fakkeltheater 65 jaar blikte directeur Sam Verhoeven terug op het bewogen verleden van het theater, dat verschillende keren verhuisde en heel wat stormen moest doorstaan, om door te groeien tot de vaste waarde die het vandaag is.

“In 1956 richtte een groep jonge idealisten het Fakkeltheater op. In de beginjaren werd er voornamelijk literair cabaret gebracht, maar gaandeweg groeide het Fakkeltheater uit tot een kamertheater dat plaats bood aan sociaal geëngageerde stukken. De eerste belangrijke locatie bevond zich in de Mutsaardstraat. Dit zaaltje barstte midden jaren zeventig uit zijn voegen en in 1974 werd met het Meirtheater een tweede locatie geopend. De locatie in de Mutsaardstraat bestaat niet meer, daar staan nu appartementen. En waar vroeger het Meirtheater was, is nu schoenenwinkel West-End”, zegt Verhoeven.

In 1985 belandde het Fakkeltheater in het voormalige pand van Den Burgerkring in de Hoogstraat. Na 36 jaar straalt deze Rode Zaal als nooit tevoren.

“Toen de Mutsaardstraat sloot, kwam het theater terecht in een pand in de Reyndersstraat, waar na de nodige miserie in 1991 de Zwarte Zaal de deuren opende. En ook deze locatie heeft na dertig jaar nog niks aan charme moeten inboeten.”

Identiteitscrisissen

Het Fakkeltheater heeft een aantal identiteitscrisissen doorstaan. Toen halfweg de jaren negentig de subsidiekraan werd dichtgedraaid, moest het theater zijn gezelschap ontbinden. Verschillende medewerkers moesten vertrekken. Er werd zelfs overwogen om de Rode Zaal te verkopen. En toch hadden de pioniers van toen, onder leiding van Walter Groener, Georges Ledez en Leo Leemans, het vuur om te blijven vechten voor hún Fakkeltheater. Niemand van ons zou hier vandaag zitten, mochten zij toen niet de moed hebben gehad om door te blijven gaan.”

“Toen ik in 2009 directeur werd, ging dat niet zonder slag of stoot. Het is logisch dat Walter Groener niet stond te springen om een 28-jarige snotneus die in musicals speelde. Maar wij hadden een plan en dankzij de loyaliteit en het vertrouwen van Walter mogen we stellen dat dit theater er opnieuw staat.”

De recente besparingen van de overheid in de cultuursector en een lange sluiting door de coronapandemie kregen het Fakkeltheater niet klein. Volgens Verhoeven steekt het theater zelfs een tandje bij. “Het Fakkeltheater was vroeger een creatief huis, met een vast gezelschap, voorstellingen in eigen zalen en op reis, kortom: een instituut. Maar tijden veranderen. Het Fakkeltheater van vandaag is een partner geworden. Er worden nog eigen voorstellingen gemaakt, maar wij zijn vooral een professionele en creatieve partner geworden van tientallen gezelschappen. Jaarlijks spelen meer dan 550 voorstellingen in onze zalen en mogen we meer dan zeventigduizend bezoekers ontvangen. En die aantallen blijven stijgen. Wie van de pioniers had dat in 1956 durven dromen? Onze musical Ganesha gaat volgende week in première in de Rode Zaal. Verder werden recent de Rode Zaal en het Theatercafé volledig gerenoveerd. Het Fakkeltheater gaat dus nog lang niet met pensioen, integendeel. Het theater is klaar voor de volgende 65 jaar.”

DE PORTRETTEN

De pioniers


Walter Groener (1933) 




Het Fakkeltheater zoals we dat nu kennen, zou er nooit gekomen zijn zonder dat bevlogen mensen hun nek uitstaken. Walter Groener was één van de pioniers van toen en zijn revolutionaire trekjes stuwden het gloednieuwe theater naar een sterke toekomst. “In 1956 stond Walter Groener mee aan de wieg van het Fakkeltheater, dat werd opgericht door een groep idealisten rond het cultureel tijdschrift De Fakkel. In het begin bracht het Fakkeltheater voornamelijk literair cabaret, maar vanaf 1960 kwam er sociaal en politiek geëngageerd theater op het repertoire te staan. In de jaren ’70 evolueerde het theater van een revolutionair kamertheater naar een klein stadstheater. Walter Groener bleef directeur tot in 2009. Hij is sinds 2016 erevoorzitter van de raad van bestuur van het Fakkeltheater.”  

Georges Ledez (1935-2018)




Nog zo’n man van het eerste uur is Georges Ledez. Zowel achter de schermen als op het podium toonde hij zijn grote inzet. De mijlpaal van 65 jaar maakt hij niet meer mee. De man die onvermoeibaar mee aan de kar trok, overleed drie jaar geleden. Zelfs het stopzetten van subsidies kon hem indertijd niet weerhouden om zich onvermoeibaar in te blijven zetten. Zijn plaats in de galerij is dus meer dan verdiend. “In 1956 stond ook Georges Ledez mee aan de wieg van het Fakkeltheater. Naast theatermaker was hij eveneens lesgever op Den Tir, dat is het voormalig SITO 6, momenteel SPIA. Hij speelde mee in tientallen stukken van het Fakkeltheater en ook na de subsidiestop in 1994 bleef hij trouw op post in de functie van technisch directeur. Deze functie vervulde hij tot in 2008.”  

Bob Stijnen (1939-2014)




We zijn allemaal een beetje ‘hokjesmensen’, waardoor we iemand vaak vastpinnen op één kenmerk. Iemand als Bob Stijnen bijvoorbeeld. Hij wordt door veel mensen vereenzelvigd met enkele rollen die hij speelde op televisie, waardoor jammer genoeg uit het oog verloren gaat dat hij zich vooral een rots in de branding toonde in het theater. Hij kende niet alleen de Londense theaters als zijn broekzak. “Het grote publiek kent Bob Stijnen van series als ‘Familie’ en ‘Nonkel Jef’. Maar zijn grote liefde was altijd het theater. Net als Walter en Georges was Bob Stijnen één van de pioniers van het Fakkeltheater. Meer dan 34 jaar was hij actief in het theater als acteur maar ook als boekhouder.”   

De overtreffende trap

Alice Toen (1924) 


Alice Toen steekt het Fakkeltheater zowat de loef af. Viert het Fakkeltheater zijn 65ste verjaardag, dan staat zij al langer op het toneel. Dat ze nog altijd actief is, bewees ze dit jaar nog in een filmpje waarin ze senioren aanspoorde om zich te laten vaccineren. Ze was de 90 al voorbij toen ze nog een succesvolle monoloog speelde in het Fakkeltheater. “Alice is actief als actrice, dramaturge en auteur. Ze is tevens één van de stichtsters van het Mechels Miniatuur Theater, waar ze ook directrice was. In het Fakkeltheater speelde ze van 2007 tot en met 2017, maar liefst tien seizoenen lang, de monoloog ‘Charlotte’, geregisseerd door Jan Verbist.”   

De meest gemiste

Johny Voners (1947-2020)




Bij een jubileumviering is het onvermijdelijk dat een aantal cruciale figuren er niet meer bij kunnen zijn. Eén van de mensen die gisteren het meest gemist werden, was Johny Voners. De man die iedereen linkt aan FC De Kampioenen, Xavier en de dagschotel. Dat is hem oneer aandoen want hij was één van de meest veelzijdige artiesten die Vlaanderen kende.

“Johny Voners was als Vlaamse acteur bij het grote publiek vooral bekend van zijn talloze rollen in series als ‘Axel Nort’, ‘De Collega’s’, ‘Het Pleintje’ en ‘FC De Kampioenen’. Maar daarnaast was Johny ook een begenadigd zanger en jarenlang verbonden aan het vaste gezelschap van het Fakkeltheater. Met name in het Meirtheater schitterde hij in de jaren ’70 en ’80, aan de zijde van Janine Bischops.”   

Een vertrouwd gezicht

Paula Sleyp (1931-2019)  




Ze zat al meteen in één van de eerste scénes van Kapitein Zeppos maar hele generaties Vlaamse en Nederlandse jongelui groeiden vanaf de tweede helft van de jaren ‘70 met haar op. Jarenlang was ze voor de jongelui een heel vertrouwd gezicht. Ook in Antwerpen was ze kind aan huis. “Paula Sleyp werd in Vlaanderen en Nederland bekend door haar rol van grootmoeder in ‘Sesamstraat’, maar daarvoor was ze al een bekende theateractrice.

Samen met Alice Toen en Jan Reusens richtte ze het Mechels Miniatuur Teater op in 1956, hetzelfde jaar als het Fakkeltheater. Bij het Fakkeltheater speelde ze mee in tientallen producties.”  

De kleurgever

Carry Goossens (1953)




Met de expo wil het Fakkeltheater niet alleen terugblikken op het verleden, ook mensen die vandaag en in de toekomst het theater kleur geven komen aan bod. Carry Goossens drukte zijn stempel al mee op het Antwerpse theater en ook dit seizoen is hij met verschillende producties te zien in het Fakkeltheater. “Carry begon zijn carrière bij Het Reizend Volkstheater, maar werd bekend door legendarische televisierollen zoals Oscar in ‘FC De  Kampioenen’ en Jef uit ‘Lili & Marleen’. Hij was tevens een tijd de sidekick van  Gaston Berghmans, na het overlijden van Leo Martin. Dit seizoen is hij te zien in de herneming van ‘Vergeet Mij Niet’ en de gloednieuwe komedie ‘Oost West, Thuis Best’.   

De jongste

Sven De Ridder (1974)




De jongste naam in de portrettengalerij maar zeker één van de grote all round smaakmakers in de meest recente jaren. Met zijn eigen company zorgt Sven De Ridder voor een frisse wind in het Antwerpse theaterwereldje. De jaarlijkse kerstvoorstellingen groeiden in een mum van tijd uit tot een onmisbare troef in de eindejaarsperiode.

“Sven De Ridder was van 1989 tot 2018 actief als auteur, regisseur en acteur bij Het Echt Antwaarps Teater. Daarna richtte hij zijn eigen gezelschap op, onder de noemer de Sven De Ridder Company. Hij is een graag geziene gast bij verschillende theatergezelschappen en sinds 2018 zorgt hij tijdens de koude wintermaanden voor warmte in de Rode Zaal van het Fakkeltheater. Daarnaast is hij te zien in tientallen films en televisieseries.”  
Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER