Direct naar artikelinhoud
ReportageLandbouw

De eerste veganboer in België: ‘Mijn gember smaakt vijf keer sterker dan de knollen uit China’

Vegan-boer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans

Mark Van Hove (67) heeft als eerste in België de erkenning van veganistische landbouwer gekregen. Dat wil zeggen: hij gebruikt in het hele groeiproces van zijn groenten en kruiden niets dat van dieren afkomstig is - dus ook geen mest. Maar hoe zorgt hij er dan voor dat alles net zo hard groeit als bij een ‘gewone’ boer? En verandert dat iets aan de smaak? Maar ook: brengt dat iets op? 

“Ge moet dat eens proeven”, zegt Mark Van Hove en hij snijdt met een scherp zakmes een schijfje van de gemberknol die hij net met een riek uit de grond stak. “Dat is nogal een bom, hé?” Wie zoals wij gewend is om gedroogde gember uit de supermarkt te eten, schrikt van de scherpe smaak - het is fris, citroenachtig en een beetje zoetig. Maar vooral: véél sterker. In de serre - lees: een constructie van stalen buizen overtrokken met dik plastic dat in de wind wappert - staan 500 planten en elke plant is gegroeid uit één knolletje dat er precies zo uitziet als wat je in de supermarkt koopt. In april zijn ze de grond in gegaan en nu hangt er 1,7kg aan knollen aan de wortels van één heuphoge plant. 

“De smaak is zo sterk dat je met een vijfde van de normale hoeveelheid gember toekomt om dezelfde smaak van de uit China geïmporteerde knollen aan een gerecht te geven”, zegt Mark. Hij vindt dat niet uit: hij levert zijn gember aan Foodmaker, dat wekelijks 100 kilogram gember importeert. Daar berekenden ze al dat ze voor hun gerechten zijn gember met 20 kilogram genoeg zouden hebben. Dat hij aan Foodmaker - de Belgische producent en restaurantketen van gezonde maaltijden en salades - levert, is ook geen toeval. Lees vooral verder om te weten waarom.

Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans

Rode klaver

Sinds deze week is Mark Van Hove de eerste landbouwer in België met een erkenning als veganistische boer, volgens de normen van de Biocyclic Vegan Standard - een organisatie die sinds 2017 bestaat. Op zijn 3,5 hectare grote velden in Assent bij Diest komt er geen druppel dierlijke mest of geen korrel kunstmest aan te pas. “We gebruiken enkel plantaardige compost”, legt Mark uit, terwijl we door de druilerige regen wandelen langs zijn velden met zoete aardappel, winterrapen, aardperen en postelein op het heuvelplateau in het hart van het Hageland. 

“Ik heb nu wintertarwe gezaaid, gemengd met rode klaver. Na de oogst van de tarwe, gaat de klaver mee de grond in. Op die manier verrijk ik de bodem met stikstof, en dat is wat planten nodig hebben om te groeien. Een ‘gewone’ boer gebruikt dierlijke mest of kunstmest om de planten te voeden, maar tegelijk verarmt dat de bodem. Ik doe het omgekeerde: ik voed, zoals met de klaver, het bodemleven en het bodemleven voedt de plant.” 

Vegan-boer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans

De regels om erkend te worden als veganboer zijn ook erg streng, legt Van Hove uit. “Vorige zomer, met de zondvloed waardoor de rivieren in de Ardennen overstroomden, hadden we hier ook grote wateroverlast. Om dat voortaan te voorkomen, wilde ik de grond ophogen waar de serres staan. Zomaar grond van ergens aanvoeren, mocht niet. Dus heb ik een deel van mijn grond afgegraven en er een grote poel en gracht van gemaakt - die zou het water dat van de hogere delen stroomt wel opvangen en tegelijk kon ik mijn serre hoger zetten. Die poel en gracht zijn ook weer goed, want het bevordert het aantrekken van planten en dieren. In de heg die ik erbij aanplantte leven bijvoorbeeld zweefvliegen en sluipwespen en die voorkomen dan weer dat schimmels en andere plaaginsecten parasiteren op mijn gewassen.”

Wijnbouwer

Als u nu denkt dat Mark Van Hove uit een boerenfamilie stamt en na jaren van ploeteren met mest besloot om het roer om te gooien, bent u verkeerd. Hij mag dan al de zeventig naderen, Van Hove is pas in het landbouwersleven gestapt op een leeftijd waarop de meeste mensen van hun pensioen beginnen genieten. 

“Ik heb vanalles gedaan in mijn leven - van laborant in de petrochemie en bij busbouwer Van Hool, over de productie van de eerste dichte tijdritwielen voor profteams in de Tour de France tot de ontwikkeling van ecologisch bouwmateriaal. Ik heb nog een bedrijf gehad dat in heel Europa verongelukte bussen ophaalde en herstelde - ook die van Sierre en de grote kettingbotsing op de E17 in Nazareth. Maar de strijd tegen steeds goedkopere concurrenten uit Oost-Europa heb ik uiteindelijk verloren. En toen dacht ik: het wordt tijd voor mijn pensioen, maar wat ga ik doen? Ik heb altijd uitdagingen nodig. Zo zit ik in mekaar. Dus heb ik een opleiding tot wijnbouwer gevolgd en was ik van plan om hier in het Hageland een wijngaard te beginnen en eigen wijn te gaan maken.”

Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans

Zoutvervanger

En precies dan komt Foodmaker in het verhaal. Stel je daar geen grote zakelijke plannen en lucratieve deals bij voor. Eigenlijk was het gewoon een familiekwestie: de schoonzoon van Van Hove is namelijk Lieven Vanlommel en hij is CEO van Foodmaker. “Lieven was altijd heel erg bezig met duurzaamheid, met ecologie en met gezonde producten met een zo klein mogelijke ecologische voetafdruk te gebruiken. Op een dag zei Marijke, mijn stiefdochter dus: ‘Zeg pa, als ge toch druiven hebt, zoudt ge dan geen kruiden voor ons kunnen telen ook?’

“Daar heb ik dan even over nagedacht en er uiteindelijk aan begonnen, na een opleiding tot landbouwer. Intussen kweek ik dus vanalles wat Foodmaker nodig heeft. Ik krijg de lijst met ingrediënten die ze de komende zes en twaalf maanden willen gebruiken in hun gerechten en dan beslis ik wat ik wil kweken, op basis van een paar voorwaarden. Eén: de ecologische voetafdruk en de kostprijs zo klein mogelijk maken, want sommige ingrediënten komen uit Azië of Zuid-Amerika terwijl ik ze even goed hier kan laten groeien - vandaar dus gember en kurkuma in mijn serres, als enige in het land, denk ik. Of zoete aardappel, die normaal uit het zuiden van de VS komt: vorig jaar kwam 50 ton van de 160 ton die ze bij Foodmaker nodig hebben van amper 1 hectare van mijn velden, dit jaar is de oogst veel minder door de slechte zomer. 

“Twee: de seizoenswissel van mijn velden, want ik wil mijn grond niet uitputten. Daarnaast experimenteer ik graag. Zo probeer ik nu een specifieke thijmachtige plant te kweken, waarvan de bloemetjes als zoutvervanger kunnen dienen - maar méér kan ik daar niet over zeggen. En volgend jaar beginnen we met nog eens 5,5 hectare in Laakdal, waar we quinoa willen proberen telen. Want dat is wel hip, als superfood, maar de ecologische voetafdruk is slecht: normaal groeit quinoa hoog in de Andes en dat moet je dan hier krijgen met de boot of het vliegtuig.”

Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans
Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans
Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans
Veganboer Mark Van Hove in BekkevoortBeeld Mine Dalemans