Direct naar artikelinhoud
AchtergrondCorona

Bepaalt voeding of u ernstig ziek wordt van Covid-19? Belgische onderzoekers doen opmerkelijke ontdekking

Een covidpatiënt op intensieve zorg in het UZ Gent.Beeld BELGA

Wat maakt dat de een Covid-19 ervaart als een stevige verkoudheid en de ander op intensieve zorg belandt? Belgische onderzoekers van de UGent hebben alvast ontdekt dat onze voeding een rol zou kunnen spelen. 

Wetenschappers van de Universiteit Gent publiceerden een studie die aangeeft dat mensen die zeer zwaar ziek worden van het coronavirus een opmerkelijke gelijkenis vertonen. Daarvoor onderzochten ze het bloed van 138 coronapatiënten die vorig jaar opgenomen werden in het UZ Gent en het AZ Jan Palfijn. 

“We wilden nagaan hoe het zat met het niveau van bepaalde voedingsstoffen in het bloed van de patiënten”, legt professor Gijs Du Laing uit. Als bio-ingenieur is Du Laing al langer gespecialiseerd in zogenaamde ‘micronutriënten’, microscopisch kleine voedingsstoffen zoals vitaminen en mineralen. “Uit eerdere studies wisten we dat mensen met tekorten aan bepaalde voedingselementen bij sommige virale infecties veel heviger ziek worden. We wilden nagaan of dat voor Covid-19 ook zo was.”

Diabetes

De analyse van de Belgische covidpatiënten legde iets opmerkelijks bloot. “Bijna alle patiënten die in het ziekenhuis uiteindelijk zwaar ziek zouden worden of zelfs zouden overlijden, bleken bij hun opname een ernstig tekort aan selenium en zink in hun bloed te hebben.” Bij de covidpatiënten die het niet haalden, hadden zeven op de tien een ernstig tekort aan zowel selenium als zink. Patiënten die dat tekort niet hadden of bij wie het minder uitgesproken was, overleefden Covid-19 vaker en genazen vlotter. “Zij werden duidelijk minder zwaar ziek.” 

Een selenium- of zinktekort in het bloed bij ziekenhuisopname bleek zelfs een belangrijkere risicofactor dan het optreden van diabetes, kanker, overgewicht of hart- en vaatziekten. “Wat toch opmerkelijk is”, merkt Du Laing op. “Want over al die aandoeningen als risicofactor voor ernstige covidziekte wordt voortdurend gesproken, maar over een te laag gehalte aan selenium of zink in het bloed niet. Ons onderzoek geeft aan dat deze risicofactor nochtans een rol kan spelen.”

Duitsland en China

Du Laing en zijn collega’s staan niet alleen met deze theorie. Eerder werd in Duitsland een gelijkaardige studie gepubliceerd. Ook daar bleek dat het gehalte van selenium en zink in het bloed bij covidpatiënten opvallend sterk samenhing met hoe groot hun overlevingskansen waren. “In China ontdekte men dat regio’s waar mensen voldoende selenium in het bloed hebben, veel minder coviddoden tellen”, klinkt het bij de Belgische onderzoekers.

Moeten nu massaal voedingssupplementen met selenium en zink slikken? “Zover zou ik het niet drijven”, zegt Du Laing. “Beide elementen vind je in vlees en vis. Voor gezonde mensen met een normaal immuunsysteem zal het vaak volstaan om evenwichtig te eten. Voor mensen in kwetsbare groepen ligt dat anders. Omdat zij vaak grotere tekorten vertonen, kan het zinvol zijn extra selenium en zink in te nemen. Ik denk bijvoorbeeld aan diabetespatiënten of kankerpatiënten en aan bejaarde mensen in woon-zorgcentra.”

Vooral aan de voeding in deze wzc’s zou volgens Du Laing dringend gewerkt moeten worden. “Daar zitten heel veel kwetsbare mensen bij elkaar, dus zou men extra aandacht moeten hebben voor selenium en zink in het dieet. Vrij veel bejaarden eten amper nog vlees, bijvoorbeeld omdat ze problemen hebben met kauwen. Momenteel krijgen ouderen in wzc’s bovenop hun dieet vooral ijzersupplementen of vitamine D, terwijl velen ook nood hebben aan selenium en zink voor een goede werking van hun immuunsysteem. Ook huisartsen en specialisten zouden kunnen nagaan hoe het zit met de gehaltes in het bloed van de risicopatiënten die ze opvolgen.”

Cijfers

Wat als risicopatiënten massaal zink en selenium zouden krijgen? Zien we dan een daling van het aantal coviddoden? “Op basis van onze studie kunnen we dat niet zeker stellen”, zegt Du Laing. “We weten wel al lang dat deze voedingselementen essentieel zijn voor een goede werking van het immuunsysteem en hebben nu wel aanwijzingen dat tekorten een rol kunnen spelen in het ziekteverloop. Maar er is meer onderzoek nodig.” Wie morgen start met een selenium- of zinkkuur, krikt zijn gehalte niet onmiddellijk op. “Het duurt meestal enkele weken vooraleer de status in het bloed op een optimaal peil is.”

Du Laing vindt het aangewezen om te kijken hoe we de niveaus van zink en selenium in de hele bevolking kunnen opkrikken. Niet enkel tijdens de coronacrisis, maar permanent. “Want het kan mensen ook wapenen tegen andere infectieziektes. Historisch hebben veel mensen in België - en West-Europa - een tekort, vooral in de kwetsbare groepen. In de toekomst kan dat effect vergroten omdat we almaar minder vlees en vis eten. Het kan zinvol zijn dat grondig te onderzoeken. “In Zwitserland beslisten ze onlangs zo’n onderzoek te starten voor een beter zicht op hoe groot de tekorten in de bevolking zijn.” 

 Du Laing verwijst nog naar Finland, waar de overheid decennia geleden al besliste selenium toe te voegen aan meststoffen in de landbouw. “Zo werd het seleniumgehalte in groenten en graangewassen kunstmatig verhoogd. Dat zou de overheid ook hier kunnen overwegen. Wat opvalt, is dat Finland een van de landen is waar de covidsterfte opvallend laag ligt. Dat zal uiteraard met meerdere factoren te maken hebben, maar ik stel mij de vraag of het toeval is dat men uitgerekend die bevolking al tientallen jaren preventief ‘wapent’ met extra selenium.”