Direct naar artikelinhoud
GetuigenissenOnderwijs

‘Mijn ouders denken dat ik biomedische studeer, maar ik moest dit doen’

‘Mijn ouders denken dat ik biomedische studeer, maar ik moest dit doen’
Beeld Wouter Van Vooren en Thomas Sweertvaegher

De UGent maakt zich zorgen over de dalende populariteit van Vlaamse talenopleidingen. De focus op STEM-richtingen in het secundair onderwijs en een verminderde taalhygiëne zouden aan de basis van die povere inschrijvingscijfers liggen. Drie jongeren getuigen waarom zij de stap naar taalonderwijs wél zetten.

Nina Knuyt.Beeld Thomas Sweertvaegher

Nina Knuyt (19): ‘Er zijn genoeg jobkansen voor mensen met een talendiploma’

“Het belang van universitaire taalopleidingen valt niet te onderschatten.” Toen Nina Knuyt vorig jaar voor het eerst een van de colleges van haar opleiding Franse en Nederlandse taal- en letterkunde aan de UAntwerpen bijwoonde, schrok ze hoe klein de lesgroepen waren. Bij de lessen Frans waren er bijvoorbeeld telkens slechts zo’n 25 studenten aanwezig. 

Het is een tendens die zich aan alle universiteiten afspeelt: in tien jaar tijd daalde het aantal studenten in de opleiding taal- en letterkunde met 40 procent. “Toch heb ik nooit getwijfeld om me voor de richting in te schrijven”, vertelt Knuyt. “Mijn moeder komt uit Wit-Rusland en ik werd deels in het Russisch opgevoed. Daardoor had ik al op jonge leeftijd een grote interesse voor andere talen en culturen.”

Knuyt waardeert dat ze in haar opleiding niet enkel duiding krijgt over de grammaticale aspecten van talen, maar dat er ook aandacht is voor cultuurgeschiedenis. “Bovendien zijn er verschillende vakken waarin we praktische vaardigheden aanleren, zoals hoe je een academisch paper in een vreemde taal schrijft.” 

De Antwerpse studente droomt van een carrière als docent in het middelbaar onderwijs, een sector waar momenteel een grote vraag is naar profielen zoals dat van haar. “Maar ook buiten het onderwijsveld zijn er genoeg jobkansen voor studenten met een talendiploma. Het is daarom jammer dat mensen de richting soms als minderwaardig beschouwen.”

Sofie*. ‘Ik wilde een talenopleiding volgen, maar mijn ouders geloofden dat dat zinloos was.’Beeld Wouter Van Vooren

Sofie* (21): ‘Mijn ouders denken dat ik biomedische wetenschappen studeer’

Voor heel wat gezinnen zorgen de studiekeuzes van jongeren soms voor discussies, maar in de familie van Sofie was het onmogelijk om die conflicten op te lossen. “Ik wilde een talenopleiding volgen, maar mijn ouders geloofden dat dat zinloos was. Voor hen was het ondenkbaar om voor een richting te kiezen die studenten niet op een specifiek beroep voorbereidt.” Daarom schreven ze hun dochter twee jaar geleden in voor de bacheloropleiding biomedische wetenschappen aan de UGent. Wat ze niet weten, is dat Sofie nooit een vak uit die richting volgde. Ze stapte nog voor de start van haar eerste academiejaar over naar de opleiding taal- en letterkunde met keuzeopties Engels en Italiaans. “Ik moest dit voor mezelf doen, andere studierichtingen zouden me ongelukkig maken.”

Sofie is nog steeds met de richting biomedische wetenschappen bezig, maar dat doet ze enkel omdat ze de verhalen over haar studententijd dan geloofwaardig kan overbrengen aan haar ouders. “Ik wil het ze pas vertellen zodra ik afgestudeerd ben. Ze zullen op dat moment waarschijnlijk teleurgesteld zijn, maar dan kunnen ze er toch niets meer aan veranderen.” 

Tot die tijd geniet Sofie van wat haar opleiding te bieden heeft en pleit ze ervoor om het taalonderwijs meer te waarderen. Toekomstzorgen heeft ze naar eigen zeggen niet. “Ik zou later graag voor een universiteit in Italië werken, daarmee zou ik kunnen bewijzen dat mijn ouders fout zaten.”

* Sofie is een schuilnaam.

Lotte Remue.Beeld Thomas Sweertvaegher

Lotte Remue (21): ‘Mensen zeiden dat een talenopleiding onder mijn niveau lag’

Voor Lotte Remue, masterstudente bij de opleiding toegepaste taalkunde aan de UGent, was het al vroeg duidelijk dat ze niet enkel geïnteresseerd was in exacte wetenschappen. “Wanneer je vertaalt of tolkt, zijn de antwoorden die je zoekt nooit helemaal juist of fout. Je kan altijd naar nuances zoeken, dat vind ik wel spannend.” 

Niet iedereen in Remues omgeving was even enthousiast toen ze voor een talenstudie koos. “In het middelbaar onderwijs lag de nadruk op STEM-richtingen, waardoor ik weleens de opmerking kreeg dat de opleiding toegepaste taalkunde onder mijn niveau zou liggen. Heel wat mensen onderschatten dan ook hoe zwaar de richting is.” 

Remue merkt op dat de kwaliteit van het taalonderwijs op middelbare scholen niet altijd van een hoog niveau is. Zeker nu er een tekort aan leerkrachten is, bestaat de kans dat de lat wat lager gelegd wordt en dat er mensen voor de klas komen te staan die de vreemde talen onvoldoende beheersen. “Onze professoren geven daarom soms colleges op middelbare scholen, zo kunnen ze aantonen wat een academische talenstudie eigenlijk inhoudt.” 

Jongeren die geïnteresseerd zijn in een opleiding toegepaste taalkunde krijgen soms de waarschuwing dat de opkomst van machinevertalingen hun toekomst bedreigt. Remue denkt echter niet dat het snel zover zal komen. “Artificiële intelligentie kan ons ondersteunen, maar het duurt nog jaren voor de menselijke component overbodig is.”