Direct naar artikelinhoud
ReportageHet Steen

Na de commotie rond Het Steen, nu de opening: ‘Antwerpenaren klagen graag’

Architecten Philippe Viérin (l.) en Jitse van den Berg (r.) voor het deel van Het Steen waar ze zelf het meest tevreden van zijn.Beeld Tim Dirven

Van ‘misbaksel’ tot ‘zelfhaat in stenen’: toen een half jaar geleden de werfzeilen rond het vernieuwde Het Steen verdwenen, waren de reacties niet min. Blijft de kritiek van de Antwerpenaren ook overeind na de opening?

“Ik word blij als ik hier rondloop.” Voor Patrick Neutjens (63) stond vrijdag 22 oktober met stip genoteerd. “Ik loop hier elke dag voorbij, op weg naar het centrum voor mijn koffie. Ik heb het gebouw dus zien groeien.” Aan Het Steen is vijf jaar gewerkt. Nu doet het gebouw dienst als bezoekerscentrum. Ook zullen passagiers van cruiseschepen die aanmeren via Het Steen de stad in stappen.

Net als alle andere Antwerpenaren kon Neutjens een half jaar geleden voor het eerst een glimp van het gebouw opvangen. Vooral de toen erg vierkante vormen leidden tot veel kritiek. “Ook ik heb me toen afgevraagd hoe dat nieuwe deel bij het oude zou moeten passen”, zegt Neutjens. “Maar ik moet zeggen: het is geslaagd.” Hij werpt het hoofd in de nek, neemt het gebouw nog eens in zich op en knikt. “Ik denk dat de meeste Antwerpenaren het wel in de armen zullen sluiten.”

Niet iedereen is overtuigd. Gevraagd naar hun mening reageren voorbijgangers heel verschillend. De Nederlanders raken er niet aan uit: een gezin vindt de integratie van oud en nieuw geslaagd, twee vriendinnen op citytrip zeggen dat het charme mist. De Waalse toeristen uit La Louvière snappen dan weer niet waar anderen zich druk om maken. “In Barcelona staat toch een kathedraal waar ze continu aan bouwen en renoveren?”, zegt Patricia Hupez.

Bezoekers lopen langs de nieuwe aanbouw van Het Steen.Beeld Tim Dirven

Burcht

Architecten Philippe Viérin en Jitse van den Berg van bureau NoAarchitecten geven toe dat ze even schrokken van de kritiek. Al gaan ze het debat ook niet uit de weg. “Dat is net goed”, zegt Van den Berg. Viérin knikt. “Architectuur is iets dat je moet bezoeken en beleven.”

Stadsgids Tanguy Ottomer erkent dat. Zes maanden terug had hij zijn bedenkingen maar vrijdag klonk hij op de radio al een pak milder. Dat hij het gebouw eerst moest bezoeken om een oordeel te kunnen vellen, zei Ottomer. “Wat vind je er nu van?”, klampt een bezoeker hem aan tijdens dat eerste bezoek. Ottomer zegt het gebouw langs buiten nog steeds een “clash van drie stijlen” te vinden. “Al is dat eigenlijk ook typisch Belgisch en wel fijn.”

Maar na het bezoek bekent hij aan de architecten de integratie van oud en nieuw wél geslaagd te vinden. Sowieso is de kritiek dat de aanbouw het oude karakter niet respecteert eigenlijk een beetje uit de lucht gegrepen, vindt hij. “In tegenstelling tot wat mensen denken, is Het Steen helemaal niet het oudste gebouw van Antwerpen.”

Eigenlijk is het een amalgaam aan verschillende stukjes. De bekende voorgevel is het enige originele stuk dat nog overblijft van de burcht uit de dertiende eeuw. Wanneer de Schelde in 1875 wordt verbreed en de kaaien worden rechtgetrokken, gaat de rest van het gebouw tegen de vlakte. Het duurt een tijd voor de stad opnieuw aan de slag gaat met dat restant. In 1890 volgt de grote, romantische restauratie die we vandaag kennen. Al verliep ook die niet van een leien dakje. “Er was destijds zoveel kritiek op het gebouw dat de stad in 1950 een deel liet afbreken”, zegt Viérin.

In de nieuwbouw die toen tegen het kasteel werd gebouwd, kwam het Nationaal Scheepvaartmuseum. Tot die collectie in 2011 naar het MAS verhuisde. “Die nieuwbouw had weinig allure”, zegt Viérin. “Die wilden wij teruggeven. Het Steen moet het gezicht van de stad zijn.” De architecten vonden het vooral belangrijk om er weer een burcht van te maken. Zo zijn er geen ramen op het gelijkvloers. Ook heeft de aanbouw een toren, onregelmatigheden en een soort van kantelen. Zelfs in de kleur van de bakstenen legden ze die link: die gaat van donker naar licht, net zoals in het oude gebouw.

“Eender wat ze met het gebouw gedaan hadden, het had altijd kritiek opgeleverd”, zegt Ottomer. “Dat zag je ook met het MAS: bij de onthulling vond iedereen dat als een tang op een varken slaan. Eenmaal mensen binnen konden gaan, sloten ze het gebouw in de armen. Ook dat is typisch Antwerpenaren: ze klagen graag.”

Stadsgids Tanguy Ottomer voor het vernieuwde Het Steen: links de oorspronkelijke stadsmuur, in het midden het romantische kasteel en rechts de nieuwbouw.Beeld Tim Dirven