Direct naar artikelinhoud
NieuwsEconomie

Profvoetbal wil kleinere sporten mee laten betalen voor RSZ-factuur

Club Brugge-doelman Simon Mignolet zal volgens het voorstel 7.272 euro RSZ betalen, een stijging van 0,1 naar 0,2 procent op zijn bruto-jaarloon van 3,4 miljoen euro.Beeld BELGA

De Pro League heeft een voorstel uitgewerkt waarbij het profvoetbal slechts 25 miljoen euro extra zal moeten betalen aan RSZ-bijdragen. De rest van de factuur – 5 miljoen euro – wil ze doorschuiven naar de kleinere sporten. 

Het is een gerecycleerd voorstel waarmee de Pro League, de belangenvereniging van het professionele voetbal, nu op de proppen komt. Bijna drie jaar geleden legde ze dit al eens op tafel bij een overleg in het Paritair Comité voor de Sport. Het komt erop neer dat het huidige RSZ-plafond wordt verhoogd van 2.426 euro naar 4.638 euro per maand. Dit wil dus zeggen dat de profsporters zelf niet langer maximaal 317 euro per maand zouden moeten betalen, maar dat dit verhoogd wordt tot 606 euro. Wie meer verdient, zal nog steeds geen euro extra betalen.

Hierdoor zullen relatief gezien vooral de kleinere verdieners in het voetbal – jonge, beginnende profs – en een groot deel van de volleyballers en basketballers getroffen worden, namelijk zij die een bruto maandloon hebben tussen 2.426 en 4.638 euro.

Club Brugge-doelman Simon Mignolet, topverdiener in het Belgische voetbal, zal in dat geval 7.272 euro RSZ betalen, een stijging van 0,1 naar 0,2 procent op zijn bruto-jaarloon van 3,4 miljoen euro. Een gewone werknemer betaalt 13,07 procent. Het is voor de Pro League vooral een pr-oefening: het wil graag af van de oneliner dat een verpleegkundige meer sociale bijdragen betaalt dan een voetballer.

Voor de RSZ-bijdrage van de sportclubs – voor gewone werkgevers 25 procent op het totale brutoloon – stelt de Pro League een gelijkaardig plafond voor. Daarbovenop wordt er met schijven gewerkt, voor lonen van meer dan 500.000 euro wordt er 10 procent afgedragen. Nemen we opnieuw het voorbeeld van Mignolet, dan zou Club Brugge op zijn jaarloon 324.104 euro betalen, nog steeds een RSZ-korting van meer dan een half miljoen euro.

Vooruit-Kamerlid Joris Vandenbroucke reageert ontsteld: “De Pro League blijft vasthouden aan de perverse logica van omgekeerde solidariteit: men wil de grootste kortingen reserveren voor de grootste verdieners. Dit is op maat van de grote voetbalclubs, ten koste van de andere sporttakken. Onaanvaardbaar. Wie meer verdient, moet meer bijdragen. Dat is de enige, juiste logica.”

Nog opmerkelijk is dat de clubs uit 1B in dit voorstel een korting krijgen van 50 procent op deze tarieven. Toeval of niet: MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez is ook voorzitter van voetbalclub Francs Borains, dat momenteel meestrijdt voor promotie naar 1B. En nog opvallend: er wordt gerekend op een bijdrage van 10 procent op het startgeld voor Europese competities, goed voor 1,6 miljoen euro. Maar door de kwakkelende resultaten is deelname van een Belgische club aan de Champions League de volgende jaren verre van zeker. Wat dan met de RSZ?

Terwijl Pro League-CEO Pierre François in interne communicatie lijkt te spreken voor de hele sportsector, is er allesbehalve eensgezindheid over zijn voorstel. Zo zien het volleybal en het basketbal dit niet zomaar zitten. Het gaat bovendien lijnrecht in tegen het principe van de zogenaamde sportbonus, waarvoor minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke (Vooruit) pleit. Hij wil vooral de kleinere profsporters en -clubs een duwtje in de rug geven, maar de absolute toppers in het voetbal de volle pot laten betalen. Op korte termijn gaat de Pro League op de koffie bij het kabinet-Vandenbroucke om haar standpunt toe te lichten.