‘Koning van de vakantieparken’ Peter Gillis wil baron worden in ons land, maar experts zijn duidelijk: “Ik vrees dat hij zich grondig vergist”

 ©  Karel Hemerijckx

Peter Gillis wil baron worden. Hij voldoet aan alle voorwaarden om aanspraak te maken op een titel uit 1231. Zo zegt hij zelf in onze krant. Wishful thinking? Of kan de Nederlandse vakantieparkmagnaat – u kent hem van de realitysoap ‘Familie Gillis: massa is kassa’ op VTM2 – binnenkort toch een adellijk diploma voorleggen? “Ik vrees dat hij zich grondig vergist”, zeggen experts.

Christine De Herdt

Bij een mooi kasteel hoort een baronstitel, zo vertelde Peter Gillis trots in Het Nieuwsblad. En die titel is volgens hem ook binnen handbereik. Het zou om een adelbrief gaan uit 1231 die “vrij” is. Maar heeft de Nederlandse multimiljonair, die een kasteel kocht in het Belgische Achel, het recht om van zo’n adellijk diploma te dromen? “Helemaal niet, hij vergist grondig. Het is utopisch”, zegt Paul Janssens, emeritus professor geschiedenis (UGent) en al 40 jaar lid van de Raad van Adel.

LEES OOK. ‘Koning van de vakantieparken’ Peter Gillis heeft nu ook kasteel: “Nu wil ik nog baron worden. Maar een echte Belg, dat nooit” (+)

Het grootste struikelblok: zijn nationaliteit. “Vroeger had hij meer kans gemaakt. Toen konden buitenlanders nog aanspraak maken op adellijke titels”, vertelt Janssens. “Maar dat is sinds de 19de eeuw niet meer het geval.” Twee: niet alle kasteelheren- of vrouwen hebben een adellijke titel. “Er zijn genoeg Belgen die kastelen kopen in Frankrijk. Maar dat maakt van hen nog geen baron”, zegt Jean-Marie Van den Eeckhout, ook lid van de raad.

“Een adellijke titel was in het verleden nooit verbonden aan een kasteel of een persoon, maar aan een heerlijkheid, het territorium van een landsheer in de middeleeuwen”, bevestigt Janssens. “Die titels kwamen na de Franse Revolutie, in 1795, te vervallen.” Willem I, toen koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, pikte in 1815 de titels weer op. “Alleen wie kon aantonen dat hij afstamde van de eerste begunstigde, kon weer aanspraak maken op zijn geërfde titel.”

 ©  Karel Hemerijckx

Vlekkeloze reputatie

Gillis staat er dus niet goed op. “In Nederland kennen ze geen adellijke titels meer toe. Hij zou Belg moeten worden om in aanmerking te komen”, aldus Van den Eeckhout. Maar de plaatsen zijn schaars. Ons land telt iets meer dan 500 baronnen en baronessen. Sinds 1978 geeft de Commissie voor Adellijke Gunsten advies aan de minister van Buitenlandse Zaken en de koning over wie aanspraak kan maken op zo’n adellijke titel.

Kandidaten moeten een vlekkeloze reputatie kunnen voorleggen. “Ondernemer zijn is niet genoeg. Een uitzonderlijke verdienste kunnen voorleggen is essentieel. Of het nu sociaal, sportief, cultureel of wetenschappelijk is”, zegt Van den Eeckhout. “Uiteindelijk is het de koning die beslist”, vult Janssens aan. Jaarlijks worden er een tiental Belgen tot de adelstand verheven. “De meesten baronnen en baronessen. Af en toe zit er ook een ridder tussen.” De titel is persoonlijk. “Sterft de baron(-es), dan verdwijnt de titel”, vertelt Van den Eeckhout. Leuk detail: “Het wapenschild dat bij de titel hoort, wordt vaak in tweeën gebroken en meegenomen in het graf”.

Waterkansje

En toch. Gillis heeft misschien nog een uitweg, in de veronderstelling dat hij intussen Belg is geworden. “Hij kan zich dan, net als elke Belg, aanprijzen bij het paleis zelf. Zijn verdiensten in de verf zetten, in de vorm van een verzoekschrift. Veel mensen doen dat. Maar of het zal pakken, betwijfel ik”, besluit Janssens.