5 redenen waarom al onze kernreactoren in 2025 onvermijdelijk dichtgaan

Ondanks de felle discussies over de kernuitstap, is het pleit in de feiten beslecht. Ook de jongste reactoren, Doel 4 en Tihange 3, gaan in 2025 dicht. Het is gewoon te laat en te complex om de kernuitstap nog terug te draaien. Vijf struikelstenen maken het zo goed als onmogelijk om op de beslissing terug te komen. De subsidies voor de nieuwe gascentrales hebben de kerncentrales de definitieve nekslag gegeven.

analyse
Luc Pauwels
Expert energie bij VRT NWS

Velen lijken het te vergeten maar ons land heeft al een voorproefje gehad van een laat besliste uitstel van de kernuitstap. Volgens de wet uit 2003 moeten onze kernreactoren na een levensduur van 40 jaar dicht, te beginnen met Doel 1 , Tihange 1 en Doel 2, onze oudste kernreactoren. Die stammen uit 1975 en moesten normaal gezien in 2015 gesloten worden.

Lessen uit de vorige levensduurverlenging

Maar in paniek over een mogelijk stroomtekort besliste de regering Michel in het najaar van 2014 halsoverkop de oudste reactoren toch nog tien jaar langer te laten draaien. Dat was amper drie maanden voor de eerste reactor, Doel 1, dicht moest. 

Het bezorgde Electrabel heel wat (technische en financiële) kopzorgen, net als het FANC overigens, de nucleaire waakhond die moet toezien op de veiligheid van de nucleaire installaties in ons land. Ook de regering moest zich van het nodige kunst- en vliegwerk bedienen om de wetgeving rond te krijgen.

Vier serieuze struikelstenen, maar uiteindelijk raakten de reactoren toch verlengd. Dat kwam omdat alle partijen de grens van het toelaatbare  opzochten. Of gedwongen werden op te  zoeken. Dat brak met name Engie Electrabel zuur op.  En ook het FANC zet de hakken in het zand: een nieuwe, overhaaste verlenging mag de veiligheid niet in het gedrang brengen.

Over een nieuwe verlenging van de recentste kerncentrales wordt nog altijd veel gepraat, maar die is eigenlijk ondertussen onmogelijk geworden en daar zijn vijf goeie redenen voor.

1. De tijd is te kort

Vraag is natuurlijk: wat is een overhaaste verlenging? Engie zelf zegt vijf jaar nodig te hebben. De feiten lijken hen gelijk te geven. Het duurde maar liefst vijf jaar voor Doel 1 en 2 en Tihange 1 effectief waren gemoderniseerd en aangepast aan de huidige veiligheidsstandaarden.  Dat was pas in 2020, vijf jaar na hun goedgekeurde levensduurverlenging.  Van de tien jaar dat ze extra mochten draaien, hebben ze dus noodgedwongen vijf jaar gewerkt zonder dat ze aan de nodige eisen voldeden.

Engie vraagt dus vijf jaar en verwijst daarvoor onder meer naar het buitenland. In Nederland bijvoorbeeld werd de oude kernreactor van Borssele met twintig jaar verlengd.  Al in 2006 - zeven jaar voor de oorspronkelijke sluiting- sloot de Nederlandse regering daarvoor een convenant af met de uitbater. Die had dus alle tijd om zijn kerncentrale op te knappen.

Nederland besliste 7 jaar op voorhand over de verlenging van zijn kernreactor. In België wordt dat 3,5 jaar.

Een kernreactor is namelijk een heel complexe machine. Alleen al  de splijtstoflading vervangen, bijvoorbeeld, vraagt jaren voorbereiding.  De elementen worden op bestelling vervaardigd in speciale fabrieken. Meestal gebeurt dat drie à vier jaar op voorhand om ze aan een marktconforme prijs te kunnen kopen.  En die prijs is niet min: een lading kost al gauw een paar tientallen miljoenen.

Daar ga je zorgzaam mee om: een reactor die moet uit dienst worden genomen,  zorgt ervoor dat zijn lading volledig is opgebrand. Dat was het geval met Doel 1, eind 2014.  Maar amper drie maanden voor zijn geplande sluiting werd beslist dat de reactor tien jaar verder moest.  De nieuwe lading splijtstof raakte niet op tijd klaar.  De reactor werd  in het voorjaar van 2015 tegen de wil van de regering toch stilgelegd , simpelweg omdat de "brandstoftank" met de nucleaire splijtstofelementen leeg was.

2. De veiligheidsrisico's zijn te hoog

Bij de levensduurverlenging van een kernreactor staat de veiligheid voorop. Alles moet worden doorgelicht en desnoods vervangen: kilometers buizen, kabels, pompen en elektrische toestellen. Dikwijls gaat het om unieke stukken die aan de hoogste kwaliteitsnormen moeten voldoen. Ze mogen enkel worden vervaardigd door gespecialiseerde en apart gekwalificeerde bedrijven. "Witte producten" maken in onze kerncentrales geen kans.

Aan de kwaliteit van de onderdelen mag niet worden geraakt en al zeker niet aan de arbeidsomstandigheden.  Die kunnen ronduit levensbedreigend zijn. Vlak bij de kernreactor heerst een heel hoge radioactiviteit.  Daar kan een mens, zelfs met hoog beschermingsmateriaal, amper werken.  Op sommige plaatsen kunnen enkel gespecialiseerde robots ingezet worden omdat de straling te hoog is.  Toch moet bij een levensduurverlenging alles worden doorgelicht: dat zijn vaak heel dure en tijdrovende werkzaamheden, die je zeker niet overhaast mag aanpakken. Wanneer een levensduurverlenging te laat wordt beslist, nemen de veiligheidsrisico's dan ook toe.

Het lek in de kernreactor van Doel 1 ontstond 3 jaar na de overhaaste levensduurverlenging

Electrabel kan erover meespreken. In april 2018 ontstond er een piepklein lek in een koelcircuit van Doel 1, op amper anderhalve meter van de kernreactor zelf.  Het lekkende water uit de reactor werd gelukkig snel opgemerkt: nog voor de automatische noodsystemen in werking traden, legden de operatoren de kerncentrale stil. Het lek bleek het gevolg te zijn van slijtage. Door de overhaaste verlenging moest de reactor blijven draaien, terwijl de modernisering en doorlichting noodgedwongen in verschillende onderhoudsperiodes over de tijd gespreid werden.  Vermoedelijk was de verzwakking van het noodcircuit daardoor nog niet opgemerkt. De herstelling zou ruim tien maanden in beslag nemen en gebeurde in uiterst moeilijke omstandigheden. De straling was er zodanig hoog dat de arbeiders er amper een kwartier konden werken.  

Electrabel legde meteen ook de zustercentrale Doel 2 stil: die zou mogelijk hetzelfde probleem kunnen hebben. Uit voorzorg werd het koelcircuit ook daar vervangen. Bovendien eiste het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) dat de oorzaak van het lek moest zijn gekend vooraleer de reactoren opnieuw konden opstarten. Dat onderzoek zou maanden in beslag nemen. 

Het is vermoedelijk ook de reden waarom het FANC nu zo de hakken in het zand zet tegen een te late verlenging van Doel 4 en Tihange 3. Kernreactoren langer dan de voorziene exploitatietijd laten draaien, zonder dat ze volledig zijn nagezien zoals in 2015, dat laat het FANC niet meer toe. De centrales moeten eerst helemaal up-to-date en veilig zijn. Pas dan mogen ze langer draaien, zo benadrukt het FANC. 

3. De kosten lopen te hoog op

Die bezorgdheid delen ze ook bij Engie. Maar er is nog een andere: de overhaaste verlenging van Doel 1 en 2 en Tihange 1 blijkt zes jaar later een serieuze financiële strop. Een recent rapport van de federale energiewaakhond de CREG toont aan dat Tihange 1 al vijf jaar op rij verlies maakt. De overheid heeft nog geen cent nucleaire rente uit de sukkelende kernreactor kunnen halen.

Ook het onvoorziene slijtageprobleem in Doel 1 en 2 heeft er stevig op ingehakt. De winstmarges doken naar beneden, maar toch moest Engie  voor elk van de twee kernreactoren jaarlijks telkens 20 miljoen nucleaire rente aan de overheid afstaan.  Anonieme bronnen binnen het bedrijf getuigen: "Hadden we geweten dat ze zo lang zouden uitliggen, dan hadden we ze nooit verlengd."

De verlengde kernreactor Tihange 1 maakt al vijf jaar verlies

Engie moest namelijk fikse financiële inspanningen leveren om de oude kernreactoren opnieuw veilig en bedrijfszeker te krijgen. Omdat alles zo  snel moest gaan, liepen de kosten op. De nieuwe splijtstoflading van Doel 1 bijvoorbeeld lag er binnen het jaar. Maar de spoedbestelling bracht een serieuze meerkost met zich mee. 

Ook voor Doel 4 en Tihange 3 kan vermoedelijk nog een tandje bijgestoken worden. Maar tegen welke prijs? Vorig jaar nog schatte Engie dat een verlenging van Doel 4 en Tihange 3 een miljard euro zou kosten. Dat zal nu al een flink stuk meer zijn. Vraag is: hoeveel meer en wat is de overheid bereid ervoor te betalen?

Het laat zich alleszins raden dat Engie Electrabel niet staat te springen om het financiële debacle van een overhaaste levensduurverlenging nog eens te slikken.  De eerste heeft hen te veel pijn gedaan. Bij een tweede zullen ze hun vel dan ook peperduur verkopen.

4. De wetgeving is te omslachtig

Een nieuwe levensduurverlenging is er trouwens ook juridisch niet eenvoudiger op geworden.  De regering-Michel dacht destijds dat ze zich er met een eenvoudige aanpassing van de wet op de kernuitstap kon van afmaken.  Die "eenvoudige" wetsaanpassing duurde maar liefst een half jaar.  Ze werd gestemd op 28 juni 2015. Te laat voor reactor Doel 1: die moest volgens de oorspronkelijke wet al in februari 2015 sluiten. De reactor werd dus noodgedwongen maanden stilgelegd omdat de wet nog niet was aangepast.

Bovendien bleek dat één en ander juridisch met haken en ogen aan mekaar hing.  Vijf jaar na datum in maart 2020  oordeelde het Grondwettelijk Hof dat de wet op de levensduurverlenging van Doel 1 en 2 had moeten worden voorafgegaan door een mileu-effectenrapport en een publieksbevraging. 

Maar liefst 16 Europese landen kunnen zich uitspreken over de verlenging van onze kernreactoren

Niet zomaar een  bevraging, maar één in liefst een straal van 1.000 kilometer rond de site.  Ruim de helft van Europa kon zich uitspreken over het voortbestaan van de twee reactoren. Zestien landen in totaal, waarvan er zich negen ook effectief hebben aangemeld: Nederland, Duitsland, Luxemburg, Denemarken, Zweden,  Ierland, Oostenrijk, Tsjechië en Polen.

In totaal kwamen er meer dan 9.500 reacties binnen. Die moeten  in een nieuw wetsontwerp worden verwerkt. Dat moet voor eind 2022 goedgekeurd worden door het parlement. De publieksbevraging kan in principe de levensduurverlenging niet tegenhouden. Maar als wetgever moet je er wel mee rekening houden. En vooral: dezelfde procedure zal ook moeten toegepast worden op de mogelijke verlenging van Doel 4 en Tihange 3.  Het hele wetgevende kader voor hun levensduurverlenging is dus nog omslachtiger en complexer geworden.  Het zal allemaal langer duren en Engie zal geen beslissingen nemen vooraleer de juridische procedure achter de rug is.

5. De subsidies voor de gascentrales komen in gevaar

De kans dat Doel 4 en Tihange tegen de winter 2025-2026 nog zullen draaien is door het technische en juridische kluwen heel erg klein geworden.  De federale regering kan een levensduurverlenging bovendien ook missen als kiespijn. Want die haalt haar energiepolitiek voor een flink stuk onderuit.

Er is namelijk een nieuwe struikelsteen bijgekomen. Eén die de verlenging van de kerncentrales vermoedelijk de genadeslag zal geven: de ondersteuning van de gascentrales. Die moeten bij een kernuitstap stroomtekorten opvangen wanneer hernieuwbare energiebronnen zoals wind en zon niet thuisgeven.  Maar omdat hun inkomsten -door het grillige karakter van wind en zon- onvoorspelbaar zijn,  kunnen ze dat niet overleven zonder subsidies.

Europa kijkt scherp toe op zulke subsidies omdat ze marktverstorend kunnen zijn: de kans bestaat dat de nieuwe gesubsidieerde Belgische gascentrales in oneerlijke concurrentie gaan met ongesubsidieerde gascentrales in onze buurlanden. Het kwam er dan ook op aan de Europese Commissie te overtuigen dat er echt wel een stroomtekort dreigde. En dat lukte. Europa ging in augustus overstag. België mocht de subsidiekraan opendraaien, op voorwaarde dat elke technologie kon meedoen (behalve bruin- en steenkoolcentrales, wegens te schadelijk voor het klimaat) en vanaf 2024 ook buitenlandse elektriciteitscentrales mochten meedingen naar de Belgische ondersteuning.

Wanneer de kerncentrales worden verlengd, haalt Europa mogelijk de ca. 900 miljoen euro subsidiëring van de vervangende gascentrales onderuit

De veiling voor de subsidies is net afgesloten.  En de grote winnaar is ... Engie Electrabel. Het mag twee nieuwe grote gascentrales bouwen: één in Les Awirs bij Luik en één in Vilvoorde. Daarvoor krijgt het naar schatting zowat 890 miljoen euro subsidies. De andere partijen die grote gascentrales wilden bouwen, krijgen niets.  Geen enkele van hun projecten is geselecteerd. 

Bovendien diende Engie Electrabel ook nog oude productie-eenheden in.  Dat waren er nogal wat: oudere gascentrales en zelfs haar heel vervuilende turbojets. Dat zijn stokoude straalmotoren uit de jaren '70 die duizenden liters (lamp)olie per uur verstoken. Ze zijn vier keer minder efficiënt dan een moderne gascentrale, zeer vervuilend en zeer duur, maar kunnen bij hoge nood het stroomnet in evenwicht houden.  Ze kwamen voor het laatst in het nieuws tijdens de stroomcrisis van eind 2018. Engie Electrabel  moest toen extra  capaciteit gaan zoeken omdat er 6 van de 7 kernreactoren onbeschikbaar waren.  Daar waren ook 8 turbojets bij. Engie haalde toen zelfs nog één extra afgeschreven turbojet terug om mogelijke stroomtekorten op te vangen.

In totaal heeft Engie  nog zeven turbojets in bedrijf, waarvan er nu minstens drie subsidies krijgen. Ze draaien maar een paar tientallen uren per jaar, voor extreme noodgevallen. Maar de subsidies houden geen rekening met draaitijden: de installaties moeten gewoon ter beschikking zijn. Zelfs al draaien ze nooit, dan nog krijgen ze ondersteuning.

Hoe werken die turbojets precies? In november 2018 werd onderstaande reportage gemaakt voor Het Journaal.

Videospeler inladen...

Voor al die bestaande installaties samen (bestaande oudere gascentrales, turbojets, etc) krijgt Engie nog eens ruim 20 miljoen euro ondersteuning. In totaal vangt Engie voor de vervanging van de kerncentrales nu al meer dan 890 miljoen euro. Andere spelers die vooral met slimme sturing van de stroom en batterijtechnologieën het gat van de verdwenen kerncentrales willen opvangen, kregen ook tientallen miljoenen euro's subsidies toegewezen.

Maar mocht onze regering toch nog twee kernreactoren verlengen, is het helemaal niet zeker dat Europa nog meegaat in dat subsidiesysteem. Europa zou dan kunnen oordelen dat er geen stroomtekorten meer dreigen. Dan is er geen steun meer nodig voor de 40 goedgekeurde projecten die dan mogelijk maar marktverstorend zouden beginnen te werken.

De verlenging van haar eigen kerncentrales kan Engie Electrabel honderden miljoenen euro's subsidies kosten

Bij een verlenging van de kerncentrales zou dus het hele subsidiëringssysteem voor de vervangcapaciteit op de schop gaan. Dan verliest Engie Electrabel  mogelijk zijn 900 miljoen euro ondersteuning. Ook de andere spelers zouden tientallen miljoenen bedreigd zien. Dat kan tot een complete chaos leiden. Meerdere goedgeplaatste bronnen bevestigen dat  er dan heel waarschijnlijk juridische  schadeclaims kunnen volgen. Mogelijk trekken sommigen gewoon hun projecten terug, waardoor de bevoorradingszekerheid in het gedrang komt.  

Dat risico kan de federale regering niet lopen. Ook Engie Electrabel heeft niets meer bij een verlenging van zijn kerncentrales te winnen. In tegendeel: het kan de groep honderden miljoenen euro's subsidies kosten. Dit is een gifpil die zelfs een perfect onderhouden kernreactor niet overleeft. Doel 4 en Tihange 3 zijn naar verluidt de beste van hun generatie, maar zullen in 2025 van het net worden gehaald, net als de 5 andere kernreactoren. 

Daarmee komt er na een halve eeuw een einde aan de nucleaire stroomproductie in ons land. In de plaats krijgen we meer groene energie, meer opslag, een slimmere sturing van de stroom en (de eerste jaren) ook meer aardgas.

Je kan de analyse van Luc ook hieronder bekijken.

Videospeler inladen...

Meest gelezen