Demirs weigering voor een vergunning voor de gascentrale in Vilvoorde, beroert de politieke gemoederen, zo schrijft De Tijd. Nu blijkt dat die beslissing al op 29 oktober was genomen, en Demir daarover niets heeft gezegd tegen haar collega-ministers in de Vlaamse regering, zorgt de kwestie voor tweespalt in de meerderheid en met de federale overheid.

Vooruit-voorzitter Conner Rousseau sprak over ‘sabotage’, CD&V-voorzitter Joachim Coens riep op om de beslissing voor het overlegcomité waar de verschillende regeringen samen zitten, te brengen. ‘Het geruzie tussen de federale en Vlaamse regering werkt niet’, reageerde Coens eerder op Radio 1.

Federaal minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) onthulde vandaag in de Kamer de datum op de documenten: 29 oktober. En die datum is opmerkelijk, omdat Engie Electrabel, die op 31 oktober de subsidies binnenhaalde, toen nog in de running was voor de federale subsidies om via de gascentrale in Vilvoorde de energiebevoorrading te verzekeren.

De centrale van Vilvoorde is een van de twee projecten die geselecteerd werden in de veilingen van het Capaciteitsvergoedingsmechanisme (CRM). Het CRM moet België in staat stellen om over voldoende elektriciteitsvoorzieningscapaciteit te beschikken om de bevoorradingszekerheid van ons land te garanderen wanneer het in 2025 uit kernenergie stapt. Voor de kernuitstap nam Demir dus net de omgekeerde beslissing van wat nodig is.

Van der Straeten was fel in de Kamer: ‘Ik voer de kernuitstap die de vorige federale regering heeft beslist, en die ook door N-VA werd ondersteund, uit. Dit is geen dossier voor “politiek in achterkamertjes”’. Bovendien stelt de minister dat ‘alle elementen in het dossier positief waren’. ‘Ook de bevoegde administratie was over de hele lijn positief’, voegt Van der Straeten daaraan toe.