Undercoveragent pleegt zelfmoord nadat hij verliefd werd op vrouw die hij in het oog hield

De zaak draait rond Joop M., een drugshandelaar die onder meer verdacht wordt van betrokkenheid bij twee cocaïnetransporten van in totaal 1.300 kilo. Toen de woning naast hem in Zevenbergschen Hoek te koop kwam te staan, greep de politie haar kans.

Bakker deed zich voor als een louche zakenman, met connecties in Colombia, Portugal en Duitsland. Naar eigen zeggen kon hij vlot transporten regelen via havenplaatsen als Valencia en Algeciras.

M. vond het echter vreemd dat ze geen gezamenlijke kennissen hadden in de misdaadwereld. De prille relatie van Peter met zijn Belgische vriendin Margriet oogde bovendien erg koeltjes. De drugscrimineel ontdekte ook dat zijn nieuwe buurman gelogen had over zijn geboorteplaats. “Ik vroeg hem op de man af: Heb jij ‘Undercover’ ook gezien? Zijn gezicht vertrok meteen. Er gebeurde iets met zijn mimiek”, aldus M. aan onze collega’s van het AD.

Het wantrouwen ebde echter weg toen de drugscrimineel in september 2020 achter de tralies verdween. Bakker bleef op dat moment naast hem wonen. “Ik dacht net dat de operatie afgeblazen zou worden als ik het doelwit was”, aldus M.

In realiteit zocht Bakker verder, nu via Joops partner Debbie. Hij won haar vertrouwen door onder meer haar belastingformulieren in te vullen en gezelschapsspelletjes met haar zoon te spelen. ‘s Avonds dronken ze meermaals een stevige borrel. De innige band die zo ontstond, zou hem uiteindelijk de das omdoen. In april maakte Peter Paul een einde aan zijn leven. 

Eerder had hij op het werk nog zelf aangegeven dat hij geen duidelijk onderscheid meer kon maken tussen zijn rol en het echte leven, waarin hij getrouwd was. Zijn chefs zouden de kwestie echter weggelachen hebben. Op die manier werd de gewetensnood alleen maar groter.

Een commissie die onderzoek deed naar het drama bevestigt nu dat er een link bestaat tussen zijn werk en zijn dood. “Deze politieman deed belangrijk en gevaarlijk werk voor ons als samenleving”, stelt voorzitter Oebele Brouwer. “Het is verschrikkelijk om te zien dat het zo tragisch afloopt.”

Met signalen dat het niet goed met hem ging, werd te weinig gedaan. “We zien dat de infiltrant zich beter voordeed dan hij zich waarschijnlijk voelde. En we hebben ook gezien dat hij soms bewust zaken verhulde. Toch waren er voldoende signalen die opgepakt hadden kunnen en moeten worden”, besluit Brouwer.

Minister van Justitie Ferd Grapperhaus noemt de bevindingen van het rapport “ontluisterend”. “Dit mag nooit meer gebeuren”, klinkt het. Alle lopende geheime operaties zullen nu doorgelicht worden om te bepalen of ze verantwoord kunnen doorgaan.

Wie met vragen zit over zelfdoding kan surfen naar www.zelfmoord1813.be of bellen naar 1813.