De Hemiksemnaar, die volgende week 72 jaar wordt, heeft voor het lustrum letterlijk en figuurlijk nog eens alles uit de kast gehaald. “Omdat het het vijfde jaar is, wilde ik nog eens alles geven. Volgend jaar ‘zal een deel van het dorp geëmigreerd’ zijn’’, zegt hij met een kwinkslag. “Als het er terugkomt, wordt het sowieso weer kleiner. Tenslotte is het een slopend werkje. Samen met mijn vrouwtje Maria zijn we een maand lang dagelijks van 10 tot 16u bezig geweest om alles op te bouwen. Voor het handgeschilderde decor kregen we dan ook nog eens de welwillende hulp van ons ‘kerstelfje’ Lieve Haazen.”

Het resultaat mag gezien worden. De hele sacristie in het heemkundig museum in de abdij, goed voor zo’n 60 vierkante meter in totaal, is gevuld met schattige, romantische, verrassende en leuke tafereeltjes die de o zo typische kerstsfeer tot leven wekken. Begonnen als een klein dorpje in de huiskamer van de bouwer is het uitgegroeid tot een metropool. “Ik zou het zelfs al een provincie durven noemen”, lacht hij.

En daar heeft hij wel een punt. Het hele kerstdorp is een aaneenschakeling van dorpjes op zich, het ene met een ijspiste en vertier, het andere met de typische kerstchalets en kermis of landelijker met een wolvenbos en boerderijen of een of ander kasteel waar nog de barones paradeert. Een knipoog naar de meer verstedelijkte gebieden rond de rand van Antwerpen, zowel als naar het nog meer landelijke Kempen.

Verhaaltjes errond bouwen, is het liefste wat Frank doet. “Dat maakt het net zo boeiend, maar tegelijk ook slopend. Want het is niet alleen passen en meten, maar ook telkens weer zoeken wat past waar. Stukje voor stukje bouw ik dat op. Ik ben ooit eens beginnen tellen en had toen meer dan 1.500 figuurtjes, daarna heb ik het opgegeven. En dan hebben we het nog niet over de huisjes.”

Bij nader inzien overstijgt het ‘dorp’ zelfs de provincie- én landsgrenzen. In een van de ‘dorpjes in het dorp’ merken we nieuwe kraampjes op die Spaanse lekkernijen als churros, serrano-ham en Rioja-wijn aanprijzen. Gaat je blik even verder dan waan je je in Duitsland met de typische vakwerkmanshuizen of ergens op een skipiste in de Oostenrijkse Alpen. Of de kloosterzusters met moeder overste op de voorgrond, een authentieke houten kermismolen, een danskiosk en circus Joe. Stuk voor stuk nieuwigheden die de bezoekers uitdagen om ontdekt te worden. Want wie er met de loep naar kijkt, ontdekt heel wat verrassende, leuke dingen, zelfs de trouwe bezoekers.

Het mega miniatuurkerstdorp is te bezoeken in het heemkundig museum in de Sint-Bernardusabdij, elke zondag van december en de eerste twee zondagen van januari, telkens van 14 tot 18u. Enkel toegang met CST-ticket, het dragen van een mondmasker is verplicht en een uitgestippelde route moet worden gevolgd.

Bart Roggeman

 Informatie