Direct naar artikelinhoud
ReportageLabo's

Vierde golf overvalt de laboratoria: ‘De kruik gaat zo lang te water tot ze barst’

Laborante Marion De Vuyst pipetteert de hele dag door covidstalen.Beeld Eric de Mildt

Van ‘extended shifts’ - lees: overuren - tot interim-krachten die al tot eind maart vastliggen, de testcentra en laboratoria hollen een ongeziene stroom covidstalen achterna. Het baat allemaal niet. Een test op de dag zelf valt nergens nog in te boeken.

Het lijkt al bij al best rustig in het testcentrum van het AZ Sint-Lucas in Gent. De stoelen in de wachtruimte zijn leeg, en de dames die ‘wisseren’ hebben nog tijd voor een praatje. Schijn bedriegt. Er wordt hier gemikt op zo’n 300 testen per dag, maar die grens is met nog een uur voor de boeg al ruim overschreden, en niet voor het eerst. Willen we op maandag een afspraak, dan wordt dat ten vroegste woensdag. “De laatste weken is onze agenda altijd voor twee dagen gevuld”, zegt klinisch bioloog Simon Degandt.

Sarah El Boukili blijft vrolijk doorwisseren. “Het ene moment is het gigantisch druk, maar er blijven gelukkig ook haalbare momenten. De meeste mensen zijn trouwens heel dankbaar.” Wanneer we onze rug draaien, blijkt de gang wel volgelopen met ongeduldig kijkende mensen. Enerzijds toont het hoe gestroomlijnd de hele boel hier is, anderzijds hoe makkelijk die illusie doorgeprikt wordt met een onderbreking van vijf luttele minuten. Hop, aan de slag.

Hoeft de ongeziene druk op de testcentra, en de laboratoria die alle stalen analyseren, nog benadrukt te worden? Zo goed als nergens kan je de dag zelf nog een afspraak maken, leert een snelle rondvraag. Waar een afspraak onnodig is - zoals in het UZ Gent - neemt de wachtrij bij de momenten Disneyland-proporties aan. Met alle frustraties van dien.

De cijfers waren dan ook nooit zo hoog. Vorige week waren er gemiddeld 113.000 testen per dag in België, zo’n 16 procent meer dan de week voordien. Op een daling wordt niet meteen gerekend, ook niet met het nieuwe testbeleid dat de ministers van Gezondheid uitstippelden. Het testcentrum in het AZ Sint-Lucas gaat binnenkort ook op zondag open, het sluitingsuur verhuist van 16 uur naar 19 uur.

Sarah El Boukili ‘wissert’ een patiënt.Beeld Eric de Mildt

Pipetteren

Het is de opschaling die overal gebeurt om de stroom te kunnen volgen. “Morgen komen er alweer nieuwe toestellen aan in ons labo in Dendermonde”, zegt Katleen Plettinx van Medina, een groep met acht labo’s. Stalen worden er 24 op 7 geanalyseerd, op korte tijd zijn weer vijftig à zestig interim-krachten aangeworven. Waar die in het begin van de pandemie nog voor “een weekendje” werden aangeworven, zijn de verwachtingen deze keer al bijgesteld. “We nemen hen aan tot eind januari, sommigen zelfs tot eind maart. Ja, we gaan ervan uit dat deze golf tot dan duurt.”

Jobstudenten die een cent willen bijverdienen met het verwerken van covidstalen hoeven niet lang te zoeken naar vacatures. Neem je er wel best bij, zo leren we bij enkele privélabo’s: extended shifts ofte overuren, een klimaat waar “iedereen op de tippen van de tenen loopt” en op maandag een “razend drukke start” van de werkweek. In Het Laatste Nieuws liet een laborante van AZ Delta in Roeselare noteren dat ze “’s nachts droomt van de hectiek”.

Marion De Vuyst, laborante in het AZ Sint-Lucas, moet lachen: “Neen, zo ver is het bij mij nog niet gekomen.” Het werk dat ze uitvoert, is nochtans even repetitief als schapen tellen. De hele dag door dienen zich bakjes met covidstalen aan die ze een na een pipetteert. “Gelukkig moet ik dit niet de hele week doen. Het is serieus doorjassen, maar ik heb nog genoeg adrenaline om erdoor te geraken.”

Dat de situatie houdbaar blijft, is te danken aan verschillende factoren. Ook hier zijn aanwervingen gebeurd, en in vergelijking met de eerste golf gebeurt enkel het scannen van etiketten en pipetteren nog handmatig. De verdere analyse is geautomatiseerd - een zwarte, blinkende machine steekt wat af tegen de andere infrastructuur in het labo - en het stockbeheer geoptimaliseerd. 

Zo'n driehonderd stalen komen elke dag uit het testcentrum, en nog eens zo veel uit het ziekenhuis.Beeld Eric de Mildt

Er is echter ook geknipt in het takenpakket. “Naar de huisarts bellen om een positief testresultaat mee te delen, bleek vorige week niet meer haalbaar”, vertelt Simon Degandt. “Dan zijn we heel de dag bezig.”

Toestelpanne

Veel meer moet het echter niet worden, meent hoofdlaborant Tony Dobbelaere. “Met de huidige bezetting lukt het nog net. Als ik iemand tien dagen kwijt ben door een besmetting, is het een heel ander verhaal.” Die kans is momenteel niet gering. Bovendien dreigt er ergens in een labo wel eens verzuim van een toestel. “Vorige week analyseerden we in een paar uur tijd zo’n 500  stalen extra, omdat een bevriend labo met een toestelpanne zat. Als dat vroeger gebeurde, spraken we misschien over twintig of dertig stalen die we overnamen.”

“De kruik gaat zo lang te water tot ze barst”, zegt Dobbelaere. In zekere zin gaat het, net zoals in de ziekenhuizen of huisartspraktijken, voor een stuk om mentale sleur. Klaartje De Rauw, in crisistijden aangenomen als moleculair bioloog, beaamt: “Vooral het continue hoger of lager schakelen weegt door. Je hebt amper de tijd om andere dingen te doen.” De handen zijn nog maar vrij, en poef, daar is alweer iets nieuws. “De omikronvariant”, zingen ze in koor.

Ook De Gandt, die als klinisch bioloog normaal een veel gevarieerdere job heeft, geeft aan dat de rek er wat uit is: “Toen het testcentrum in de zomer werd opgericht, leek het me nog een leuke uitdaging. Maar het duurt allemaal veel langer dan gedacht. Die vierde golf, die heeft me toch een beetje overvallen.”