Direct naar artikelinhoud
De Grote BelastingenquêteDeel 3

Vlamingen willen meer belastingen voor multinationals en schadelijke producten

Vlamingen willen meer belastingen voor multinationals en schadelijke producten
Beeld timon vader

Om de belastingen rechtvaardiger te maken mogen multinationals gerust meer bijdragen, vindt de Vlaming. Uit de Grote Belastingsenquête van De Morgen blijkt verder dat vervuilende en ongezonde producten ook wat meer belastingen kunnen verdragen.

De voorbije dagen zagen we in onze enquête al dat de gemiddelde Vlaming het fiscale systeem onrechtvaardig vindt. Er dringen zich met andere woorden hervormingen op – een taxshift – om weer een groter draagvlak te creëren. Dat betekent dat bepaalde categorieën meer en andere minder belast moeten worden. Meer dan acht op de tien respondenten van onze enquête vindt dat er wel wat meer geïnd mag worden bij de multinationals. Dat staat in schril contrast met de kleine bedrijven, waarvan slechts 10 procent vindt dat die zwaarder belast moeten worden.

“Maar praktisch gezien is dat materie die best op het niveau van de Europese Unie kan aangepakt worden”, zegt Herman Matthijs, professor economie aan de VUB en de UGent. Hij was als voorzitter van de Hoge Raad van Financiën auteur van het lijvige rapport over de mogelijkheden tot verlaging van de belastingdruk op arbeid. “Zulke zaken hebben weinig zin als ze niet op een hoger niveau worden geregeld. Dan verhuizen de bedrijven gewoon.”

Daarnaast valt het op dat de gemiddelde Vlaming vindt dat schadelijke en ongezonde producten en praktijken gerust wat meer belast mogen worden. We denken dan aan tabak, verpakkingen van plastic, vliegtuigreizen en alcohol. 

“Naast de twee principes die al heel lang bestaan in de fiscaliteit – progressieve tarieven en alles wordt even zwaar belast –, zien we nu dus een derde principe de kop opsteken: de vervuiler betaalt”, merkt Michel Maus op, de professor fiscaal recht van de VUB die onze enquête wetenschappelijk begeleidde. “Je ziet het ook in andere domeinen van de samenleving. Denk aan het debat dat momenteel gevoerd wordt over de antivaxers die bedden innemen op intensieve zorg en zo de kankerbehandeling van anderen belemmeren. Of de zware astmapatiënt die toch blijft roken: moeten daarvoor nog alle ziektekosten terugbetaald worden?”

Te veel koterijen

Matthijs waarschuwt er wel voor dat het invoeren van dergelijke taksen niet automatisch tot een gedragsverandering zal leiden. “Je kunt bijvoorbeeld gewone cola zwaarder belasten dan cola zero, maar tot nu toe is onvoldoende gebleken of dat een remmend effect heeft. Bij rook- en drankartikelen worden de taksen elk jaar wel verhoogd. En de prijs van benzine en diesel ligt nu al zo hoog, het is moeilijk om daar nog wat bij te doen.”

Maus beaamt dit. “Uit onderzoek is gebleken dat een gezondheidstaks pas efficiënt wordt als er minstens 20 procent wordt geheven. Dan moet je natuurlijk bekijken of dat maatschappelijk wel aanvaardbaar is. En daar wringt soms het schoentje. De politiek moet nu eenmaal heel wat verschillende belangen afwegen.”

Een hervorming betekent ook dat bestaande systemen aangepast of afgeschaft moeten worden. Daar blijkt heel weinig animo voor te bestaan. Vooral de vergoeding om met de fiets naar het werk te gaan (82 procent), de kosten die ingebracht kunnen worden voor het woon-werkverkeer (70 procent) en de fiscale aftrekbaarheid van giften (66 procent) blijken zeer populair. De accijnsvrije kerosine (27 procent) en de federale woonbonus voor de tweede woning (30 procent) genieten dan weer weinig bijval.

“Het zal de boekhouders en fiscalisten niet plezieren, maar als het aan mij lag, zette ik de schaar in het grootste gedeelte van deze voordelen”, zegt Matthijs. “Het is te zeggen, je kunt er nog een tiental overhouden die maatschappelijk te rechtvaardigen zijn om een ongelijkheid recht te trekken. Nu is het zo’n moeilijk systeem geworden. Bij elke regeringsvorming worden er weer nieuwe koterijen bijgebouwd. Je kunt dat toch gemakkelijk aankaarten bij de burger: geef hem of haar de keuze tussen de hutsepot die vandaag bestaat of een doorzichtig en transparant systeem. Hoe eenvoudiger, hoe beter ook voor kansarme gezinnen. Die hebben vaak niet de kennis of de middelen om een dure boekhouder in te schakelen om gebruik te maken van alle achterpoortjes. En voor hen zijn er ook minder sluiproutes mogelijk.”

Maus sluit zich hierbij aan. “Het is beter om dat in zijn geheel te bekijken. Als je het koterij per koterij afbreekt, dan riskeer je gevecht na gevecht te moeten leveren met allerlei lobbygroeperingen. En je moet altijd opnieuw afwegen of de uitzonderingsregimes nog wel nodig zijn. Als voorbeeld denk ik aan de regionale korting op de bedrijfsvoorheffing die er in Limburg kwam na de sluiting van Ford Genk. Dat was goed om de werkgelegenheidsgraad een duwtje in de rug te geven. Maar op het moment dat die weer op peil is, moet dat regime verdwijnen. Maar nee, minister Wouter Beke zei dan dat dat ervoor kon zorgen dat Limburg een voorsprong kan nemen op de rest van Vlaanderen. Dat mag niet de bedoeling zijn van fiscale voordelen.”

Taxshift: moeilijk verhaal

Het woord is al gevallen: er is een enorme taxshift nodig. In het regeerakkoord staat vermeld dat minister van Financiën Vincent Van Peteghem die moet voorbereiden. Professor fiscaal recht Mark Delanote (UGent) werd aangesteld om die te coördineren. Bedoeling is de fiscaliteit “moderner, rechtvaardiger en eenvoudiger” te maken. Die taxshift zou dan in de volgende legislatuur moeten uitgevoerd worden.

Maar dat dit een moeilijk verhaal dreigt te worden, bleek afgelopen weekend al. In La Libre Belgique lekte zaterdag uit waarop de experts zouden werken, onder andere een aanpassing van de belastingschijven en -plafonds in de personenbelasting, een belasting van de reële huurinkomsten, een forse meerwaardebelasting op aandelen en een meerwaardebelasting op de verkoop van vastgoed. MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez reageerde op Twitter als door een wesp gestoken: “DE belangrijke zin over fiscaliteit in het regeerakkoord: ‘geen nieuwe belastingen voor wie werkt, spaart, investeert’. De werkgroep heeft het pamflet van links geschreven, niet van de regering. Belastingen naar beneden en taksen afschaffen!”

Zo lijkt er dus al een kink in de kabel nog voordat er zelfs een voorstel is tot hervorming. Voor Matthijs is dat geen verrassing. “Onder andere door de pandemie heeft de regering andere prioriteiten. Bovendien zitten we al bijna in het midden van de regeertermijn, in 2022 komt stilaan de kiescampagne van 2024 eraan. Als je zo’n grote hervorming wilde voorstellen, had het veel sneller moeten gebeuren. Ik vrees er dus wel wat voor.”