Direct naar artikelinhoud
Vier vragen aanReinhild Vandekerckhove

‘Bestie’ verslaat ‘sheesh’ en ‘drip’ als tienerwoord van het jaar: ‘Jongeren willen zich afzetten tegen andere generaties’

Taalkundige Reinhild Vandekerckhove.Beeld rv

‘Bestie’ is maandag uitgeroepen tot tienerwoord van het jaar. Het was samen met onder meer ‘sheesh’*, ‘drip’** en ‘BAS’*** genomineerd. Professor taalkunde Reinhild Vandekerckhove (UAntwerpen): ‘Jongeren willen vooral woorden gebruiken die volwassenen niet gebruiken.’

‘Bestie’, ‘bro’, ‘gast’: waar komen deze nieuwe woorden eigenlijk vandaan?

Reinhild Vandekerckhove: “De nieuwe jongerentaal kan overal vandaan komen. Soms komen woorden gewoon uit onze omgangstaal. Het woord ‘gast’ gaat bijvoorbeeld al erg lang mee als spreektaal, maar is opeens weer populair bij jongeren. Maar ze halen ook woorden uit andere talen, bijvoorbeeld uit het Engels, zoals het woord ‘bro’, dat van ‘brother’ komt,  of ‘bestie’, voor ‘best friend’.

“Er is hoe dan ook sprake van een continue vernieuwing bij jongerentaal. Dat wil zeggen dat als deze woorden algemeen ingeburgerd geraken, ze hun aantrekkingskracht verliezen bij jongeren. Jongeren willen namelijk vooral woorden gebruiken die volwassenen niet gebruiken en die ze enkel met hun leeftijdsgenoten delen. Daarom zullen tieners altijd op zoek gaan naar nieuwigheden en daarvoor halen ze soms een oud woord als ‘gast’ vanonder het stof. Of ze nemen hun toevlucht tot andere talen. Naast het Engels vandaag bijvoorbeeld ook het Arabisch, zoals voor de uitroep ‘Ewa drerrie’, dat ‘Hey, gast’ betekent.”

Waarom willen jongeren hun eigen woorden?

“Een van de voornaamste functies van jongerentaal is zich kunnen afzetten tegen andere generaties. Jongeren willen zich identificeren met hun leeftijdgenoten, of hun peergroup. Waar jonge kinderen hun identiteit nog sterk construeren vanuit hun ouders – dan zeggen ze bijvoorbeeld: ‘Mijn papa is wel brandweerman, hè’ – doen ze dat in hun tienerjaren vanuit hun leeftijdsgenoten. Er kan alleen maar een wij-gevoel gecreëerd worden als er ook een ‘zij’ is. Die ‘zij’ zijn de oudere generaties. Daarvan onderscheid je je door een eigen kledingstijl, eigen muziekvoorkeuren en ook door eigen taalgebruik.”

Hoe snel evolueert deze jongerentaal? Neemt de kloof tussen jongerentaal en ‘volwassenentaal’ toe?

“Er is alleszins een verschuiving zichtbaar. Pakweg dertig tot veertig jaar geleden stonden onze dialecten nog relatief sterk, zelfs binnen jongerengroepen. Via het dialect van je eigen gemeente kon je je als groep afzetten tegen de dialecten van andere, nabijgelegen steden en gemeenten. Dialect kon dus ingezet worden om een groepsgevoel te cultiveren. Maar we zien dialecten verdwijnen, zeker bij jongere generaties. Dus grijpt men naar andere taalvariëteiten die de functie van groepstaal vervullen en men vindt deze variëteiten ook elders. Bijvoorbeeld op sociale media.”

Moeten ouders zich zorgen maken als kinderen zulke woorden gebruiken?

“Helemaal niet. Taalverandering is van alle tijden. Bovendien gaan tieners zich meer conformeren naar de algemene norm als ze opgroeien. Als ze twintigers zijn, verdwijnt veel van deze jongerentaal vanzelf: sommige woorden ontgroeien ze gewoon, maar andere zijn blijvers. Deze dynamiek is een natuurlijk gegeven. Taal is niet stabiel. Talen evolueren doorheen de tijd en taalgebruik verandert ook tijdens een mensenleven.

“Bovendien zullen jongeren hun ouders niet snel begroeten met ‘Ewa drerrie’. Die horen nu eenmaal niet tot de peergroup. Ik zou ouders ook zeker niet aanraden om tegen hun tieners te zeggen: ‘Jij bent mijn bestie’. (lacht) Tieners vinden dat gruwelijk: ouders moeten van tienertaal afblijven.”

* Sheesh: wow (Vb. Moeten jullie al naar huis? Sheesh!)

** Drip: cool (Vb. Hij heeft een drip kapsel.)

*** BAS: versterkt een uitspraak (Vb. Het is slecht weer. BAS man.)