De Croo: “Verdeeldheid over reisregels kan coronacertificaat in gevaar brengen”

Lees alles over het coronavirus in dit dossier.

De aanpak van de coronacrisis stond opnieuw bovenaan de agenda van de leiders. Er ging deze keer veel aandacht naar de aanscherping van de regels voor reizen naar de EU én binnen de EU. De Commissie legde eind november een aantal voorstellen op tafel, maar de lidstaten hebben daar nog geen akkoord over kunnen vinden. De opmars van de omikronvariant heeft de gesprekken danig bemoeilijkt.

Italië, Portugal, Griekenland
Een aantal landen koos alvast voor de vlucht vooruit. Italië, Portugal en Griekenland eisen - minstens tijdelijk - dat ook gevaccineerde Europeanen een negatieve PCR-test voorleggen voor ze het land binnenkomen. 

Tijdens het debat op de Europese top waarschuwde premier De Croo zijn collega's er donderdag voor niet in gespreide slagorde regels op te leggen. Anders wordt het coronacertificaat in gevaar gebracht, zei hij volgens een aanwezige. Het document is precies bedoeld om op een veilige manier reizen binnen de EU mogelijk te maken, op basis van reisvoorwaarden die in alle landen dezelfde zijn.

"We hebben met het Europees coronacertificaat een goede Europese oplossing die het voor burgers makkelijk en veilig maakt om zich binnen de Europese Unie te verplaatsen", zei De Croo deze ochtend al, na afloop van een voorbereidende vergadering met zijn liberale collega's. 

"Laat ons die Europese oplossing ook proberen aan te houden. Als elk land het weer apart gaat doen, zijn we veel verder van huis. We moeten inzetten op dezelfde aanpak in heel Europa.”

België verdedigde wel de keuze om de reisvoorwaarden aan te scherpen, onder meer door de standaard geldigheidsduur van het coronacertificaat te beperken tot negen maanden. Een verplichte PCR-test voor reizigers uit andere EU-landen steunt België niet, wel voor reizigers die van buiten de Europese Unie komen. "Het virus verandert en dus moeten we onze instrumenten aanpassen, ook het Europees coronacertificaat", aldus De Croo. "Het is belangrijk om de boosterprik daarin in te schuiven en mensen gemotiveerd te houden om de boosterprik te nemen.”

Zoals verwacht slaagden de Europese staatshoofden en regeringsleiders er op de top uiteindelijk opnieuw niet in om de invoering van nationale reisbeperkingen te coördineren, blijkt uit de conclusies die na afloop werden gepubliceerd. Wel zijn ze het erover eens dat die nationale maatregelen het vrije verkeer “niet disproportioneel mogen belemmeren”, luidt het.

Aan het einde van het debat konden de leiders dus louter vaststellen dat een uniforme aanpak voorlopig niet lukt. In de conclusies erkennen ze enkel dat “aanhoudende gecoördineerde inspanningen nodig zijn”. Tegelijkertijd moet wel verzekerd worden dat “beperkingen gebaseerd zijn op objectieve criteria” en “het functioneren van de interne markt niet ondermijnen of het vrije verkeer tussen de lidstaten of het reizen naar de EU niet disproportioneel belemmeren”. 

De regeringsleiders vragen hun ministers en diplomaten om snel overeenstemming te bereiken over de herziene aanbeveling die de Europese Commissie vorige maand op tafel had gelegd om reizen binnen en naar de EU te bevorderen. Ze hameren daarbij ook op het belang van een gecoördineerde benadering van de geldigheid van het coronacertificaat. De Commissie bepleit aldus een periode van negen maanden. 

Intussen blijft vaccineren en de uitrol van boostercampagnes “cruciaal” en “dringend” in Europa in deze nieuwe fase van de pandemie, zo onderstrepen de leiders. Ook nemen ze zich voor een “sleutelrol” te blijven spelen voor de vaccinatie op wereldschaal. Ze stippen aan dat de EU reeds de “grootste donor en exporteur in de wereld” is en die inspanningen zal voortzetten, met name in Afrika.

Bekijk ook: Onze reporter op Europese top in Brussel: “Er is geen gemeenschappelijk Europees gezondheidsbeleid en dat gaat er nu ook niet komen”