Direct naar artikelinhoud
AnalyseEnergieprijzen

Hoge energieprijzen zullen nog tijd aanhouden: ‘Normalisatie pas tegen 2025 voorspeld’

Een gascentrale in Rusland. De hoge energieprijzen zijn een gevolg van de verminderde export van Rusland.Beeld REUTERS

De torenhoge energieprijzen kosten een gemiddeld gezin met variabel contract nu al 1.400 euro extra. Het ziet er niet naar uit dat er snel beterschap komt, wel integendeel. We zullen nog jarenlang met enorm hoge energieprijzen geconfronteerd blijven. ‘Er wordt pas een normalisatie tegen 2025 voorspeld.’ 

“Waar we een tijd geleden nog dachten dat dit om een tijdelijke energiecrisis alleen tijdens deze winter zou gaan, kunnen we dat nu niet meer zeggen”, aldus Andreas Tirez, directeur van energieregulator CREG gisteren tijdens de energiecommissie in het federaal parlement. Daar werden de exploderende energieprijzen toegelicht door de verschillende spelers in de sector.

Een opbeurend beeld kwam daar niet uit. “Op de langetermijnmarkten zitten de gas- en elektriciteitsprijzen voor 2022 op vier tot vijf keer het niveau van 2019. Ondertussen blijven de prijzen stijgen”, aldus Tirez. Dat werd later op de dag bevestigd toen de forward-prijs voor stroom in 2022 nog maar eens een nieuwe recordprijs bereikte. “De eerste drie maanden van volgend jaar gaat de verwachte prijs nog verder omhoog. In het tweede en derde kwartaal van 2022 zal de prijs op de groothandelsmarkt wel een beetje dalen, maar nog steeds op een niveau dat vier tot vijf keer hoger ligt dan wat we vroeger gewend waren.”

De exploderende energieprijzen zijn een gevolg van verschillende geopolitieke factoren. Zo staat de globaal sterk toegenomen vraag door de aantrekkende economie na de eerste coronalockdowns tegenover een – zeker in Europa – afgenomen aanbod door minder eigen productie en vooral Rusland dat minder gas exporteert.

De CREG becijferde dat de toegenomen stroom- en gasprijzen voor een gezin met variabel contract en gemiddeld verbruik nu al zeker 1.400 euro extra kosten op jaarbasis tegenover voor de coronacrisis. Als de stijgende prijzen zich doorzetten tot maart volgend jaar loopt de jaarfactuur met ruim 2.700 euro op. Gaat de huidige sterke stijging daarna nog door tot juni 2022 komt er liefst 3.000 euro bij. “Het gaat om een theoretische projectie op basis van de toekomstige prijzen. De prijzen kunnen dus stijgen, maar ook nog dalen”, legt Tirez uit.

Verhitte markt

Wat zeker is, is dat met de huidige voorspellingen niemand in de toekomst nog ontsnapt aan ­torenhoge energiefacturen. Ook consumenten met een vast contract niet. “Hoe langer deze situatie duurt, hoe meer mensen hun vast contract zien aflopen en op deze verhitte markt een nieuw contract moeten afsluiten. Het enige advies dat ik kan geven is goed vergelijken en voor de minst slechte optie kiezen.”

Ondertussen zorgen de energieprijzen niet alleen bij de consument voor kopzorgen. Ook energieleveranciers trekken aan de alarmbel, nadat twee weken geleden de Vlaamse Energieleverancier het faillissement aanvroeg en begin deze week Watz bescherming vroeg tegen schuldeisers. “Men denkt soms dat leveranciers meer geld verdienen dankzij de hogere prijzen”, zegt Marc Van den Bosch, algemeen directeur van de federatie van Belgische stroom- en gasleveranciers. “Maar de marges zijn klein en zullen volgend jaar alleen nog zakken. Bovendien liggen de financiële risico’s grotendeels bij de leveranciers.”

Van den Bosch verwijst onder meer naar het risico op onbetaalde facturen. “Die zullen naar verwachting door de stijgende prijzen nog toenemen.” Ook het sociale tarief, dat tot maart uitgebreid is tot 1 miljoen huishoudens in ons land, is een grote kost voor de leveranciers. “Het enorme verschil tussen het sociale tarief en het commerciële moet voorgeschoten worden door de leveranciers. Wij vragen de overheid om dat kostenneutraal te ­maken voor ons.”

Ten slotte richten de leveranciers hun pijlen op de vaste contracten. “Wij pleiten voor de herinvoering van de verbrekingsvergoeding in geval van het vroegtijdig stoppen van een vast contract. Nu kan de klant zonder enige kost zijn contract stopzetten en naar een goedkoper alternatief overstappen. Dat houdt een gigantisch risico in voor de leverancier, want die heeft wel voldoende volume moeten voorzien.”