Israël investeert in nieuwe nederzettingen op bezette Golan-hoogvlakte: "Willen aantal inwoners verdubbelen"

"Dit is ons moment." Met die woorden kondigde de Israëlische premier Naftali Bennet aan dat zijn regering meer dan 300 miljoen dollar zal investeren in nieuwe nederzettingen op de Golan-hoogvlakte. Dat gebied behoort eigenlijk Syrië toe, maar Israël veroverde de strategisch gelegen hoogvlakte in de Zesdaagse Oorlog van 1967. In 1981 werd het gebied geannexeerd.

De internationale gemeenschap beschouwt de hoogvlakte als door Israël bezet gebied. Alleen de Verenigde Staten erkennen de regio als een deel van Israël. Het was de vorige president Donald Trump die die beslising nam. Zijn opvolger Joe Biden liet verstaan dat hij ze niet snel zal omdraaien.

Het is net die Amerikaanse erkenning die de Israëlische regering overtuigd heeft om in de Golan te investeren, geeft premier Bennet aan. "Na jaren van status quo op vlak van nederzettingen, is ons doel om het aantal inwoners van de Golan-hoogvlakte te verdubbelen."

Op dit moment wonen er zo'n 53.000 mensen op de Golan, onder wie 27.000 Joodse kolonisten. Daarnaast wonen er ook 24.000 Druzen en 2.000 Alawieten. 

Volgens Bennet is de Golan-hoogvlakte een "zeer goede optie voor zij die schone lucht, ruimte en levenskwaliteit verkiezen". De regering wil er nu extra investeren in infrastructuur, in nieuwe wijken en gemeenschappen en 2.000 nieuwe banen creëren. Ze wil van de regio ook "de hoofdstad van Israëls hernieuwbare energie" maken. 

De Israëlische regering maakte al eerder bekend dat het dergelijke plannen had. Nu het plan definitief is goedgekeurd, lijkt een mogelijk vredesakkoord met Syrië nog verder af dan voordien.

Maar volgens de Israëlische premier maakt de oorlog in Syrië het voor internationale bondgenoten makkelijker om de Israëlische controle over de Golan-hoogvlakte te aanvaarden, met een "rustige, bloeiende en groene hoogvlakte", aangezien het alternatief volgens de premier veel erger zou zijn.