Direct naar artikelinhoud
ReportageVerenigde Staten

Deze voormalige Barbie-actrice gebruikt openbare Google-gegevens om jaren oude misdaden op te lossen

Cece Moore ontwikkelde een ­methodologie die een FBI-agent ooit omschreef als ­‘forensische ­duivelskunst’.Beeld NYT/TARA PIXLEY

CeCe Moore (53) is een superdetective die de Amerikaanse autoriteiten hielp 150 ­misdrijven op te lossen. Moore gebruikt DNA-gegevens die gewoon te vinden zijn op ­genealogiewebsites. De forensische ­‘wizard’ vertelt hoe ze dat precies doet.

Begin 1997 werd de 19-jarige Chris­topher Tapp binnengeleid in het politiebureau van Idaho Falls in het noordwesten van de Verenigde Staten, om verhoord te worden over de verkrachting van en de moord op zijn vriendin Angie Dodge. Het 18-jarige meisje was zes maanden eerder dood aangetroffen in haar appartement, maar de politie had geen vooruitgang geboekt in de zaak. Toen de naam van Tapp zijdelings viel in een andere zaak van seksueel geweld, besloten ze hem op de rooster te leggen over Dodge.

Tapp werd zestig uur lang ondervraagd. De agenten dreigden met executie, onderwierpen hem aan nepleugentests, legden hem details uit het moordonderzoek voor die alleen de moordenaar kon weten, waarna ze valselijk beweerden dat Tapp die informatie zelf had aangebracht.

BIO * Amerika’s meest vooraanstaande genetische genealoog * geboren op 15 januari 1969 in Zuid-Californië * studeerde Theater en Film * stortte zich in 2009 op genetische genealogie en ontwikkelde haar eigen * onderzoeksmethode * loste beruchte moordzaken op waar zelfs de FBI geen antwoord op had 

Aanvankelijk ontkende Tapp elke betrokkenheid bij de moord. Daarna gaf hij, verward, toe dat hij er iets mee te maken had – een bekentenis die hij snel weer introk. Hij werd aangeklaagd voor moord en veroordeeld, ook al kwam het DNA dat op de plaats delict gevonden was niet overeen met het zijne. Het openbaar ministerie verwerkte dat gegeven eenvoudigweg in zijn verhaal: Tapp had een medeplichtige, zo werd beweerd, en hij beschermde die andere man.

Tapp zat 21 jaar in de gevangenis, en zou nog altijd een strafblad hebben, ware er niet CeCe Moore, een autodidactische detective en genealogische expert die uitgegroeid is tot de baken van ten onrechte veroordeelden en de familie van slachtoffers in onopgeloste zaken.

Moore, een voormalige actrice die reclamefilmpjes deed en zich ooit optuigde als Barbie voor plaatselijke kermissen, is de voornaamste genetische genealoog van Amerika, een expertise­domein dat ze grotendeels zelf creëerde. Ze leidt in Virginia een team van drie mensen bij het bedrijf Parabon NanoLabs. Samen hebben de vrouwen – in het domein zijn bijna uitsluitend vrouwen actief – sinds 2018 meer dan 150 criminele onderzoeken opgelost, een gemiddelde van één per week. Daarmee stellen ze zelfs de genealogieteams binnen de FBI in de schaduw.

Christopher Tapp (m) en diens advocaat John Thomas krijgen op 17 juli 2019 de vrijspraak te horen. Tapp zat 21 jaar in de cel.Beeld rv

Het enige instrument waarover Moore beschikt, is publiekelijk toegankelijke informatie op websites waar mensen de resultaten van thuis uitgevoerde DNA-tests uploaden, wat alsmaar vaker gebeurt. Ze interpreteert die informatie vlotter dan veel wetenschappers en ontwikkelde een methodologie die een FBI-agent ooit als ‘forensische duivelskunst’ omschreef.

Genetische netwerken

Er is een cruciaal verschil tussen de manier waarop de politie en Moore omgaan met DNA-materiaal. Als de politie DNA vindt, gaat ze meestal op zoek naar een match met stalen in officiële databanken. Moore gebruikt DNA-profielen op genealogiewebsites om mensen op het spoor te komen die overeenkomsten vertonen met de bron van DNA aangetroffen op een plaats delict.

Verwanten delen DNA-kenmerken –  hoe kleiner de verwantschap, hoe minder DNA ze delen. Zo hebben we ongeveer 50 procent gemeen met elke ouder; bij mensen die een betovergrootouder delen is dat gemiddeld 0,8 procent.

De mate waarin we DNA delen, wordt vastgesteld aan de hand van de sequentie van honderdduizenden variabelen binnen het menselijk genoom, het geheel van DNA-kenmerken van elke mens. Moore brengt ‘genetische netwerken’ in kaart om de identiteit van een persoon op een plaats delict te achterhalen.

Je moet het zien als een stamboom, maar dan omgekeerd: in plaats van op zoek te gaan naar de vertakkingen, probeer je het terug te voeren tot een gemeenschappelijke oorsprong. “Het is een puzzel”, vertelt Moore via de telefoon. En ze is een kei in het oplossen ervan.

In 2016 nam ze haar eerste misdaadzaak aan. De politie van de staat Washington vroeg haar een blik te werpen op de zaak-Jay Cook, een 20-jarige man uit Canada die in 1987 vermoord werd. Hij was er samen met zijn vriendin Tanya op uit getrokken in een bestelwagen. Het meisje was verkracht en ook vermoord.

De politie had DNA aangetroffen op de plaats delict, maar boekte dertig jaar lang geen vooruitgang. Het DNA van de moordenaar kon niet gematcht worden met bestaande databanken.

Moore had minder dan twee uur nodig om de zaak op basis van het DNA-staal op te lossen. “Toen ik de lijst met overeenkomsten zag, wist ik dat het heel snel zou gaan”, zegt ze. Twee mensen bovenaan op de lijst deelden DNA met de verdachte, en hun DNA was gelijkend genoeg om te concluderen dat ze verwant waren in de tweede graad. “Dat is de gevoelige plek, want je moet maar tot de grootouders gaan om de gemeenschappelijk voorouder te vinden”, zegt Moore.

De twee mensen op haar lijst deelden geen DNA met elkaar, wat betekende dat ze zich aan weerszijden van de stamboom van de dader bevonden. Daar kwam geluk bij kijken: je moet erin slagen de twee kanten van de verwantschapslijn te reconstrueren om het punt te vinden waar ze samenkomen. “Als ik kon achterhalen wat die twee connecteerde, dan had ik hem”, legt ze uit.

De dader van de moord op Angie Dodge was niet Tapp, maar zijn overbuurman Brian Dripps die dankzij DNA-onderzoek werd opgepakt.Beeld rv

Ze kwam op de proppen met de naam William Earl Talbott II, een vrachtwagenchauffeur die ver van de plek woonde waar Cooks lichaam gevonden werd. De politie nam een DNA-staal van Talbott en bevestigde dat het overeenkwam met DNA dat was aangetroffen op de plaats delict. Zijn naam was niet opgedoken in het onderzoek.

Moore zegt dat dat opgaat in zowat alle misdaadzaken die ze onderzoekt. Talbott werd in 2019 veroordeeld tot tweemaal levenslang voor de moorden na een unanieme uitspraak van de volksjury. Vorige maand verwierp een beroepshof dat verdict omdat een van de juryleden vooringenomenheid had getoond tijdens de samenstelling van de jury. De validiteit van de genetische genealogie werd niet ter discussie gesteld. Op dit moment staat het nog niet vast of het openbaar ministerie in beroep gaat tegen de beslissing of een nieuw proces wil starten.

Search angel

Moore kwam in 2009 ietwat toevallig bij de discipline terecht toen ze stopte met acteren en samen met haar echtgenoot een productie- en castingbureau opende. De sector van de DNA-tests stond nog in de kinderschoenen en Moore werkte aan reclame voor FamilyTreeDNA, een van de vroege aanbieders. Op de set leerde ze genealoog Katherine Borges kennen, die haar een proefversie van de concurrerende website 23andMe liet zien van Anne Wojcicki, toen de vrouw van Google-medeoprichter Sergey Brin. De nieuwe tool moest gebruikers toegang verlenen tot hun ‘autosomaal DNA’ (de 22 chromosomen die losstaan van het geslacht) om kleine genetische mutaties op het spoor te komen.

Ongeveer 99,5 procent van het menselijke DNA is hetzelfde voor alle mensen, maar kleine verschillen maken elke mens uniek. Die mutaties, ‘enkel-nucleotide-polymorfieën’ of SNP’s, vormen samen unieke patronen die worden overgegeven van generatie op generatie. Op de website van 23andMe konden gebruikers SNP’s eenvoudig vergelijken om hun mate van verwantschap met andere gebruikers in te schatten – of ze eerste- of tweedegraadsverwanten waren, bijvoorbeeld.

DNA-speurwerk wees in 2018 uit dat Joseph James DeAngelo in de jaren zeventig en tachtig dertien moorden had gepleegd.Beeld rv

Moore was meteen verkocht. Ze belde Borges, hoofd van de International Society of Genetic Genealogy, een vrijwilligersvereniging die DNA-tests voor genealogie promoot, en zei haar dat dit was wat ze wilde aanvangen met haar leven. Borges maakte haar verantwoordelijk voor de opleiding van mensen die meer wilden leren over genetisch onderzoek, en Moore wierp zich op de discipline.

Eerst testte ze zichzelf en haar uitgebreide familie. Ze analyseerde het DNA en begon erover te bloggen. In die tijd waren er weinig peer reviewed (door collega’s beoordeelde) publicaties over SNP’s en wat die clusters van genetische ‘varianten’ precies aantoonden in de context van menselijke relaties en genealogie. Moore richtte daar haar aandacht op, en begon anomalieën op te merken. “Neven en nichten van de tweede graad deelden gemiddeld zogezegd 3,125 procent van hun DNA, maar bij mij was dat soms bijna 6 procent. Bij anderen was dat maar 1 procent”, zegt Moore, die stilaan een expert in het analyseren van materiaal werd.

Ondertussen begonnen steeds meer mensen zelf aan DNA-testing te doen. In 2019 hadden naar schatting 26 miljoen mensen hun eigen DNA laten testen. De meesten waren op zoek naar familierelaties, en daar richtte Moore zich op met DNA Detectives, een Facebook-groep voor mensen die afstammingsmysteries proberen op te lossen en inmiddels 170.000 leden telt. Ze is vooral geïnteresseerd in ‘search angel’-werk, een term die gebruikt wordt voor mensen die geadopteerden en vondelingen helpen om hun biologische familie op het spoor te komen.

Het is een vreemd nieuw onderzoeksdomein. Gegevensbanken zijn niet bepaald behulpzaam, en op die manier wordt Moore een beetje een toevlucht voor eenzame harten. Vaak stoot ze op een fenomeen dat ze ‘driekwartverwanten’ noemt, waarbij een man kinderen heeft met twee zussen, of een vrouw kinderen heeft met twee broers. In die gevallen delen kinderen 37,5 procent van hun DNA in plaats van de helft. Ze krijgt ongeveer één e-mail per week van mensen die erachter zijn gekomen dat hun ouders eerstegraadsverwanten zijn.

Moore zegt dat ze zich er altijd bewust van was dat via genetische genealogie verkregen gegevens ook gebruikt kunnen worden om misdrijven op te lossen, maar dat ze er twijfels bij had. “Ik wist dat het mogelijk was. De vraag was hoe je het op een verantwoorde en ethisch juiste manier doet.”

Golden State Killer

Het keerpunt voor veel mensen, ook voor Moore, was de arrestatie in 2018 van Joseph James DeAngelo, alias de Golden State Killer. Een man had in de jaren zeventig en begin jaren tachtig in Californië meerdere mensen verkracht en vermoord, en was toen plotseling gestopt. Meer dan 8.000 potentiële verdachten waren de revue gepasseerd toen de politie een DNA-staal dat was genomen op een van de plaatsen delict analyseerde met een autosomale SNP-test. De resultaten werden geüpload op GedMatch, een gegevensbank waaraan mensen DNA-profielen die ze via andere testingbedrijven krijgen kunnen toevoegen.

‘Ik wist dat het mogelijk was. De vraag was hoe je het op een verantwoorde en ethisch juiste manier doet.’Beeld NYT/TARA PIXLEY

Ongeveer twintig personen die potentieel verwant waren met de Golden State Killer in de derde of vierde graad werden geïdentificeerd. Daarna vergde het duizenden uren genealogisch en ander onderzoek om de meest waarschijnlijke verdachte te identificeren, Joseph James DeAngelo. De politie had daarmee het juiste spoor te pakken. Ze vonden DNA op een weggeworpen zakdoek en op de klink van een autoportier. Conventioneel DNA-onderzoek leidde tot een directe match met het materiaal gevonden op een plaats delict. DeAngelo werd aangeklaagd en veroordeeld voor dertien moorden.

Hoe effectief genealogisch detectivewerk ook is, het heeft één nadeel: het lukt alleen als genoeg mensen hun informatie uploaden. En er zijn privacyoverwegingen met betrekking tot het gebruik van DNA-gegevens die op die manier openbaar worden. Moore verwachtte tegenkanting na de arrestatie van DeAngelo, maar die kwam er niet. “De mensen zijn zo positief, zelfs academici in de bio-ethiek die ik erg waardeer”, zegt Moore. “Ik dacht: ja, waarom dan zo lang wachten?”

De bedrijven die de databanken beheren zijn minder enthousiast. Uitgezonderd FamilyTreeDNA en GedMatch verbieden ze allemaal politiediensten hun materiaal te gebruiken. Zelfs GedMatch wijzigde onlangs zijn gebruiksvoorwaarden: hun 1,5 miljoen leden wereldwijd moeten de politie expliciet de toestemming geven om hun materiaal in te zien. Ongeveer een half miljoen leden hebben dat gedaan.

Er is ook een technisch obstakel. DNA verkregen op plaatsen delict wordt op een andere manier geanalyseerd dan DNA-materiaal verkregen via tests voor het grote publiek. “Dat zijn appelen en citroenen”, zegt Moore. En dus is de politie afhankelijk van privébedrijven, zoals Parabon, om materiaal verzameld op plaatsen delict om te zetten in een formaat dat genealogische onderzoekers kunnen gebruiken.

Twee jaar geleden slaagde Moore erin de biologische familie te vinden van Steve Hydes, een man die als kind was achtergelaten op de luchthaven van Gatwick. Hij was al vijftien jaar op zoek naar verwanten. “Het was moeilijk, want in het Verenigd Koninkrijk lieten minder mensen zich testen”, zegt Moore. “Maar naarmate de tijd verstreek, vonden we meer matches.”

Een van de meest veelbelovende toepassingen van genetische genealogie, zegt Moore, bevindt zich op het domein van de gerechtelijke dwalingen. Zoals bij Christopher Tapp in de VS. Toen de politie van Idaho haar vroeg onderzoek te doen naar het sperma dat gevonden was op het lichaam van Angie Dodge, vermoedde ze al dat Tapp onschuldig was. De details over het verhoor waren bekend, en zelfs de moeder van Dodge riep op om zijn vrijlating. “Het zette me er nog meer toe aan de zaak op te lossen,” zegt Moore, “want ik wist dat Christopher onterecht veroordeeld was.”

De genealogie bleek veel moeilijker dan gedacht. Moore gebruikte het spermastaal om een DNA-profiel en een genetische map aan te maken, die de politie uiteindelijk naar Brian Dripps leidden, een man die tegenover Dodge woonde en eerder in het onderzoek verhoord was. Agenten gebruikten een sigarettenpeuk van de verdachte om DNA te sprokkelen. Dat kwam overeen met het DNA van het spermastaal. Hij werd opgepikt voor verhoor en bekende. Dripps had op eigen houtje gehandeld en kende Tapp niet.

“Het was het hoogtepunt van mijn carrière”, zegt Moore. “Ik heb veel dingen gedaan die veel voor me betekenen, maar helpen om Christopher Tapp vrij te krijgen, is waar ik het meest trots op ben.”

© The Sunday Times