Direct naar artikelinhoud
OpinieEva Destoop en Lise Goossens

Rector Van de Walle, uw verontwaardiging is ongepast en ronduit kwetsend

Gebouw van de Gentse universiteit.Beeld Wannes Nimmegeers

Eva Destoop en Lise Goossens zijn oprichters van meldet vzw, een Gentse organisatie die strijdt tegen grensoverschrijdend gedrag.

Aan professor Rik Van de Walle, rector aan onze Gentse universiteit, en professor Mieke Van Herreweghe, vice-rector,

Door de moed en de aanhoudende strijdvaardigheid van een studente die beroep deed op haar recht op veiligheid binnen de UGent en melding maakte van seksuele intimidatie jegens haar door een doctoraatsstudent, liggen u en uw instelling onder vuur. Ze werd twee jaar lang aan het lijntje gehouden, er werd schaamteloos tegen haar gelogen en tot op vandaag is de dader nog steeds werkzaam aan de UGent, en komt hij in contact met studenten, zonder dat hem enige sanctie werd opgelegd.

In een interview dat op 3 februari in de krant De Morgen verscheen, kreeg u de kans om het schandaal toe te lichten. U zegt dat u heel eerlijk geen reden kan bedenken dat zoiets mogelijk is aan uw instelling. Wij kunnen echter enkele redenen bedenken.

Ten eerste is de tuchtcommissie die de zaak moet behandelen, geen echt onafhankelijk orgaan. Ze bestaat uit een voorzitter en vier leden. De voorzitter moet altijd een jurist zijn, uit de Faculteit Recht en Criminologie. Daarbij moet die aangedragen worden door de decaan van deze faculteit. De twee andere vaste leden van de tuchtraad worden genomineerd door de vertegenwoordigers van het Zelfstandig Academisch Personeel (de professoren) en in functie gestemd door de Raad van Bestuur, het hoogste bestuursorgaan van de Universiteit Gent. Afhankelijk van de geleding (ZAP, OAP of ATP) van wie er voor de tuchtcommissie wordt geleid, worden er nog twee leden aangedragen door de vertegenwoordigers van hun geleding en eveneens verkozen door de Raad van Bestuur. De vijf leden van de tuchtcommissie zijn dus tewerkgesteld aan de UGent, zowel de verkozen leden van de tuchtraad als degenen die hen verkiezen. Kortom, collega’s onder elkaar.

Op een personeelsbestand van 9000 mensen worden dus slechts vijf mensen, zonder enige expertise wat betreft seksuele intimidatie, in de positie gebracht een passende sanctie op te leggen aan een collega, al dan niet ook een vriend. In een wereld waar universiteiten de veiligheid van de student beschermen en geen enkele vorm van grensoverschrijdend gedrag tolereren, zouden vrienden elkaar inderdaad ter verantwoording kunnen roepen. Echter, de patriarchale machtsstructuren waar onze alma mater al sinds haar oprichting onder lijdt, zorgen er tot op vandaag nog voor dat collega’s elkaar beschermen in plaats van elkaar te sanctioneren voor ongepast gedrag.

Ten tweede is het intern karakter van zo’n tuchtraad het antwoord op de vraag waarom er slechts 2 procent van de effectieve gevallen gemeld wordt. Melders, vaak (doctoraats)studenten, vrezen terecht voor hun carrière omdat zij altijd het onderspit delven als een machtige professor van zijn vrienden slechts een aanmaning of helemaal geen sanctie krijgt. In uw communicatie met de pers roept u op melding te doen aan de Universiteit. Het getuigt echter niet van een veilige cultuur voor klokkenluiders dat de professor die enkele jaren geleden dertien (!) meldingen op zijn bord kreeg, vandaag mits degradatie in alle vrijheid verder werkt en dus ook lesgeeft aan uw instelling.

Terug naar het schandaal. U zegt het grensoverschrijdend gedrag van de doctoraatsstudent expliciet af te keuren. Bij de vraag waarom u niet preventief ingrijpt, antwoordt u dat dit niet gebruikelijk is en in dit geval ‘niet nodig’. Mogen wij u eraan herinneren dat u in uw ambt wel degelijk bevoegd bent om een bewarende maatregel te nemen terwijl de procedure loopt. De betrokkene op non-actief zetten in afwachting van de uitspraak, zou er tenminste al voor zorgen dat het slachtoffer en haar medestudenten veilig hun traject kunnen afleggen. Het is dan ook niet verantwoord om slachtoffers aan te sporen zaken te melden zolang u uw verantwoordelijkheid niet opneemt tegenover een van de weinige studentes die vertrouwen in u had, en op wiens traject u zulke grote impact had kunnen hebben.

Dat de universiteit nu eenmaal een log apparaat is en gevestigde procedures moeilijk dan wel onmogelijk te veranderen zijn, is geen bevredigende repliek. Ook uw verontwaardiging is ongepast en ronduit kwetsend. Wij pikken dit niet langer. ‘Dit mag nooit meer gebeuren’, zegt u. Zet de doctoraatsstudent in kwestie op non-actief. Stel een externe commissie samen van deskundigen die daders echt ter verantwoording roept en adviseert om hen daadwerkelijk te schorsen. Toon ons en uw 49 duizend studenten dat deze mensen niets te zoeken hebben aan de UGent. Durf het aan om transparant te zijn, open de beerput en breek een lans voor de vele slachtoffers van machtsmisbruik en seksuele intimidatie aan uw universiteit.  

Eva Destoop en Lise Goossens