Het is een jaarlijkse traditie waar heel het park naar uitkijkt: de thuiskomst van de ooievaarskolonie. En nu is het zover, de eerste 44 nieuwe gasten zijn geland. Vermoedelijk zijn deze vroege vogels niet helemaal naar het verre Zuiden getrokken maar overwinterden ze dichter bij huis. De ooievaars die helemaal naar Zuid-Spanje en Afrika trokken, verwacht het park eind februari.

Steeds vroeger

De ooievaars komen vroeger terug omdat ze niet meer zo ver weg trekken. Dat kan voor een deel te maken hebben met de klimaatopwarming. De voorbije winters waren milder en de ooievaars geraken dus gemakkelijker aan voedsel. De grote trek naar Afrika zoals vroeger gebeurt veel minder. Zo‘n 85% van de ooievaars overwintert nu in Spanje.

Het is nog te vroeg om te zeggen of het een trend wordt dat die dieren vroeger terugkeren. “Daarvoor zou je dat op 10 jaar moeten kunnen bekijken. Maar de steeds zachter wordende winters hebben daar ongetwijfeld wat mee te maken.”

De sierlijke vogels zijnonlosmakelijk verbonden met Planckendael. Het park bracht de ooievaar helemaal terug naar West-Europa. De oorspronkelijke Planckendaelgroep startte in 1990 met zes dieren en breidde uit tot de grootste kolonie van het land die nu 180 vogels telt.

Uitkijken naar bezette nesten

In 2021 telde het park 82 bezette nesten, vijf koppels meer dan het jaar voordien. Een absoluut record. Gemiddeld telt een ooievaarsnest twee à drie jongen. Jaarlijks mag Planckendael meer dan 100 kuikens verwelkomen. Elk jong krijgt een ring rond de poot en enkele veertjes worden bewaard voor DNA-onderzoek. In 2021 ringden de verzorgers 107 kuikens. Sinds de start van de tellingen in 1990 werden al meer dan 1600 ooievaars geringd in Planckendael.