De Franse autobouwer Renault dankt zijn voortbestaan aan speciale leningen die de Franse regering tijdens de coronacrisis aan zijn industrie ter beschikking heeft gesteld om de impact van de pandemie op te vangen. Dat staat in een rapport van het Franse Cour des Comptes. Het Franse Rekenhof benadrukte daarbij dat Renault destijds met ernstige liquiditeitsproblemen had te kampen, maar dankzij de tussenkomst van de overheid het hoofd boven water kon houden.
Het rapport benadrukt dat Renault twee jaar geleden met diverse moeilijkheden moest afrekenen. “Tijdens de eerste zes maanden van dat jaar kwam de balans van de autobouwer extreem onder druk te staan”, luidt het.
“Fabrieken en showrooms werden door de lockdowns, die de pandemie moesten bestrijden, gesloten. Dit betekende echter dat Renault tijdens het hoogtepunt van de coronapandemie met een ernstige liquiditeitscrisis te maken kreeg.”
Vangnet
Bij Renault relativeerden voorzitter Jean-Dominique Senard en Clotilde Delbos, chief executive ad interim, destijds het ingrijpen van de overheid. Renault kreeg een lening van 5 miljard euro. Senard en Delbos gaven toe dat de steun van de overheid belangrijk was, maar hadden het daarbij vooral over een vangnet dat een grotere zekerheid kon bieden.
“Uiteindelijk bleek het bedrag van 4 miljard euro dat de automaker eind dat jaar had opgenomen echter essentieel om de activiteit van het bedrijf in stand te houden”, meldt het rapport van het Franse Rekenhof.
Renault rapporteerde dat jaar een recordverlies. “De Franse groep werd, net zoals de rest van de autosector, door de sterk dalende autoverkopen hard getroffen”, zeggen waarnemers.
“Toch had het Franse bedrijf onder de crisis meer te lijden dan rivalen zoals Volkswagen en Stellantis, omdat het Franse bedrijf bij de uitbraak van de pandemie pas uit een managementchaos kwam na de arrestatie van voormalig topman Carlos Ghosn. Bovendien moest Renault op datzelfde ogenblik nog eens afrekenen met de consequenties van een periode van overexpansie.”
Structureel probleem
“Naarmate de pandemie in Europa en Frankrijk voor een harde lockdown zorgde, kwamen de financiën van Renault steeds meer onder druk te staan en werd het bedrijf gedwongen zich tot een bestaande kredietlijn te wenden en de aangeboden staatslening op te vragen”, wordt in het rapport van het Rekenhof aangevoerd.
“Een kostenbesparingsplan dat dieper zou hebben ingegrepen dan de sanering van 2 miljard euro die al was aangekondigd, werd wegens onaanvaardbare implicaties voor het werknemersbestand verworpen.”
“Hoewel de staatslening ervoor zorgde dat de balans van Renault netto positief bleef, heeft de steun het meer structureel probleem van winstgevendheid niet opgelost”, voert het Rekenhof nog aan.
In reactie op de conclusies van het rapport beklemtoont Renault dat de lening het bedrijf in staat stelde om contant geld te hebben en investeerders gerust te stellen. “Niet het voortbestaan van het bedrijf stond op het spel, maar wel was het een uitdaging om een voldoende liquiditeitsniveau te handhaven”, voert de Franse constructeur aan.
Renault betaalde vorig jaar al een gedeelte van 1 miljard euro uit de lening terug. Dit jaar wordt eenzelfde aflossing verwacht.
Het onderzoek van het Cour des Comptes naar Renault maakte deel uit van een breder rapport over het beheer van de belangen van de Franse overheid in de bedrijfswereld. “De conclusie daarbij luidt dat er veranderingen moeten worden doorgevoerd”, wordt er gewaarschuwd.
(ns)
