Direct naar artikelinhoud
AchtergrondConflict Oekraïne

Russische omsingeling van Oekraïne compleet, invasie nabij. ‘Dit is een gevaarlijk moment voor Europa’

Oekraïense soldaten tijdens militaire oefeningen in de streek rond Donetsk.Beeld Anadolu Agency via Getty Images

Alle Russische troepen en ondersteunende diensten zijn de komende dagen op hun plaats om een oorlog tegen Oekraïne te beginnen. Een invasie kan ‘elk moment’ beginnen, volgens de VS. NAVO-chef Stoltenberg: ‘Dit is een gevaarlijk moment voor Europa.’

De Russische militaire omsingeling van Oekraïne is voltooid, waarschuwen militaire experts, met het begin van grote landoefeningen in Wit-Rusland en vlootoefeningen in de Zwarte Zee. Daaraan doen ook landingsschepen mee uit Ruslands Baltische vloot. Een groot deel van de wateren rond Oekraïne is daardoor afgesloten − een situatie waartegen het land een protest heeft ingediend.

De Amerikaanse inlichtingendiensten gaan ervan uit dat het Russische leger begin volgende week begint met twee dagen van luchtaanvallen en elektronische aanvallen op Oekraïne, gevolgd door een invasie. Dat melden verschillende media. Amerikaans president Biden zou de inlichtingen vrijdagavond hebben overgemaakt aan zijn bondgenoten tijdens een videoconferentie met verschillende landen.

Amerikaans minister van Buitenlandse Zaken Anthony Blinken zei eerder dat een invasie “op elk moment kan beginnen, ter verduidelijking: ook tijdens de Olympische Winterspelen”. Biden zelf waarschuwde opnieuw landgenoten in Oekraïne: “Things could go crazy quickly. (Dingen kunnen snel uit de hand lopen).” Hij herhaalde ook dat Amerikaanse militairen in geen geval gaan vechten met Rusland.

Een Nederlandse topdiplomaat bij de NAVO, David van Weel, lichtte donderdagavond op een talkshow toe dat alle fysieke voorbereidingen voor een invasie klaar lijken. “We hebben lijsten van meer dan honderd indicatoren die aangeven: wat moet er nog gebeuren voordat troepen inzetklaar zijn? En we komen een beetje aan het eind van die indicatoren.” Hij zei er voor de duidelijkheid bij dat de NAVO “geen enkele indicatie heeft over de intentie van Poetin”.

Brede overeenstemming

Onder westerse landen bestaat brede overeenstemming over de inschatting van de Russische militaire capaciteiten die zijn samengetrokken rond Oekraïne. De Franse minister van Buitenlandse Zaken spreekt van een “erg zorgwekkende” situatie en zegt dat rond 20 februari − wanneer de oefeningen in Wit-Rusland afgelopen zouden moeten zijn − “duidelijker zal worden of Rusland wil de-escaleren”.

De gezaghebbende Franse veiligheidsexpert François Heisbourg zei tegen France 24 dat de Russische militaire opbouw de komende dagen zijn hoogtepunt bereikt. “Op dat moment zullen de troepen die vervoerd worden uit Ruslands verre oosten op hun plaats zijn, evenals de oorlogsschepen die uit het Balticum naar de Zwarte Zee zijn gevaren. Dat is een heel belangrijke indicatie want áls er oorlog zou komen, zouden er waarschijnlijk ook amfibische operaties zijn. Dus Rusland heeft alles in plaats om, als het daartoe besluit, de komende vier tot acht dagen een oorlog te beginnen.”

Een Russisch konvooi op weg over de Krim.Beeld AP

Westerse ‘informatiehysterie’

Politici en experts onderstrepen dat de waarnemingen op de grond en op zee niet betekenen dát Rusland ook daadwerkelijk Oekraïne zal binnenvallen. Rusland ontkent deze intentie stellig en spreekt van westerse “informatiehysterie”. Dreiging is een optelsom van middelen en intenties − en naar die laatste blijft het gissen. “We hebben geen zekerheid over wat zal gebeuren”, zei ook Stoltenberg vrijdag in Roemenië. Hij bezoekt daar een militaire basis waar duizend Amerikaanse militairen tijdelijk gestationeerd zullen worden.

In Moskou beklaagde buitenlandminister Lavrov zich dat Rusland van de EU en de NAVO één gezamenlijk antwoord had gekregen op een vraag (over de “ondeelbaarheid van veiligheid in Europa”) die aan alle lidstaten afzonderlijk was gesteld. Hij noemde dit vertoon van westerse eensgezindheid “diplomatieke onbeleefdheid en gebrek aan respect”. Ook zei hij dat Rusland overweegt niet-essentieel personeel van de ambassade in Kiev terug te trekken.

Ondanks de ongekende troepenopbouw langs Oekraïne plaatsen veel experts vraagtekens bij de kans op een Russische inval, en zeker een grootscheepse. Zij wijzen erop dat president Poetin nu al de agenda bepaalt met zijn “dwangdiplomatie” en dat voortzetting hiervan en van de destabilisatie van Oekraïne gunstiger kan zijn dan de risico’s van oorlog.

Militair-technische maatregelen

Greg Austin van de Britse denktank IISS herinnert eraan dat Rusland gedreigd heeft met “militair-technische maatregelen”, niet met oorlog. Dat zou het plaatsen van (nog meer) offensieve wapens in de exclave Kaliningrad kunnen zijn, eventueel samen met dwangmaatregelen als een maritieme blokkade van Oekraïne en een afgedwongen militaire no-flyzone boven delen van het land. De troepenopbouw kan ook onderdeel zijn van een permanentere herschikking van Russische militaire capaciteit − die de druk er langere tijd ophoudt.

Daarnaast heeft Rusland ook de optie om de separatistische ‘volksrepublieken’ in Oost-Oekraïne te erkennen (net zoals het in 2008 deed na de oorlog in Georgië) en openlijk militair binnen te trekken in deze gebieden die het de facto al controleert. Daarmee zou het feiten op de grond creëren die voorgoed een NAVO-lidmaatschap voor Oekraïne onmogelijk maken.

Oorlog vanuit Poetins optiek ‘niet per se irrationeel’

Poetin kan de militaire (en andere) druk op Oekraïne nog lang volhouden, zegt Heisbourg, maar zo’n grote troepenopbouw zomaar weer afbouwen zonder veel diplomatieke winst, “is niet bepaald glorieus” voor Poetin. “Ik weet niet wat in zijn hoofd speelt en of hij voorkeur geeft aan vrede of oorlog, maar oorlog is vanuit zijn gezichtspunt niet per se irrationeel.”

De Russische diplomatie-expert Fjodor Loekjanov betwijfelt dat in een recent geschrift. “De grens overschrijden van machtsvertoon naar gebruik (van macht) is een overgang naar een ander niveau van risico’s en gevolgen. Moderne maatschappijen zijn er niet klaar voor − en hun leiders weten dit.”