Direct naar artikelinhoud
InterviewJohn Oliver

John Oliver lacht het leven tegemoet: ‘Ik heb geen idee wat mensen bedoelen als ze over ‘cancel culture’ praten’

‘Last Week Tonight with John Oliver’ werd de afgelopen twee jaar noodgedwongen vooral bij Oliver thuis opgenomen.Beeld HBO

John Oliver lacht het leven tegemoet, maar niet altijd. De host van het uitstekende, satirische Last Week Tonight, dat weldra aan zijn negende seizoen begint, ziet ook in dat het niet per se goed gaat met de wereld. Of met Coldplay. Gelukkig heeft hij zijn zoontjes nog. ‘Als alles slecht gaat, is er niets zo behulpzaam als het kinderlijke gebrek aan besef dat alles slecht gaat.’

“De leegte”, noemde John Oliver het steevast. “The void”. De grote, kale, witte ruimte van waaruit de Brits-Amerikaanse komiek anderhalf jaar lang bijna vijftig afleveringen van zijn satirische laatavondshow Last Week Tonight presenteerde. The void bevond zich bij hem thuis, en als Oliver vanuit New York zijn Zoom-camera aanknipt, vraag ik me af of hij me vanuit dezelfde leegte toespreekt. Op de achtergrond is een witte muur te zien, enkel versierd met een door kinderhanden – vermoedelijk die van een van Olivers twee zoontjes – getekende wereldkaart.

“Hey”, zegt Oliver in de lens, maar niemand – we zijn hier met zes journalisten, uit België, Chili, Roemenië, Frankrijk, Israël en Argentinië – antwoordt: alle microfoons staan nog op mute. Prompt krijgt dit round-table-interview nóg meer weg van een corona-episode van Last Week Tonight, waar Oliver het zonder zijn vertrouwde studiopubliek moest doen, wat zijn grappen net dat tikkeltje ongemakkelijker maakte. Bovendien blijkt Olivers tv-persona een op een samen te vallen met hoe hij echt is, of toch met hoe hij interviews geeft: sympathiek en flegmatiek, welbespraakt en helder en tegelijk ook uiterst gevat, met twee expressieve wenkbrauwen die nu en dan boven zijn brilmontuur komen uitdansen en een ondeugende, ingehouden glimlach die eigenlijk niet bij een 44-jarige past.

“De laatste twee jaar zijn erg chaotisch geweest, als het aankomt op hoe we de show produceren”, vertelt Oliver ons aan de vooravond van het nakende negende seizoen van Last Week Tonight with John Oliver. “We namen de show op bij mij thuis, en iedereen werkte vanop een andere locatie, achttien maanden lang. Dan konden we voor de laatste paar afleveringen van vorig jaar terugkeren naar de studio, maar nog altijd onder heel strikte covid-maatregelen: we werken nog altijd niet samen op kantoor. Sommige mensen van de productie heb ik nog altijd niet teruggezien sinds maart 2020. Ik hoop dat we dit jaar terug wat vaker samen kunnen zijn, omdat ons werkproces echt steunt op samenwerking.”

Oliver mag dan wel het gezicht én de naam zijn van Last Week Tonight, maar achter de satirische HBO-show schuilt een heel team. “We hebben mensen die schrijven, mensen die research doen, mensen die de footage verzorgen. It’s hugely collaborative. Ik leg de laatste hand aan het script, maar voor we op dat punt belanden, hebben héél veel handen al aan dat script gezeten. Grappen en ideeën komen van overal, van verschillende mensen in onze staf. Het zou een heel andere - en veel slechtere - show zijn als het enkel door mij geschreven zou zijn.”

John Oliver-effect

De in Birmingham geboren Oliver heeft nochtans al lang zijn sporen verdiend als humorist. Als stand-upcomedian grapte hij zich voor het voetlicht op het Edinburgh Fringe Festival in 2001, en vijf jaar later was hij regelmatig te gast in de satirische actuaquiz Mock the Week. In 2006 verhuisde hij naar New York, waar hij aan de slag ging als correspondent voor Jon Stewarts beroemde The Daily Show. Met de scherpe blik van een buitenstaander doorprikte hij de Amerikaanse cultuur: zijn reeks over de absurd losse wapenwetten in de VS werd een hit, en nadat hij de presentatie kort overnam van Stewart, bood HBO hem zijn eigen programma aan: Last Week Tonight was voor het eerst te zien in 2014 en bereikte een wereldwijd publiek toen hij in 2016 een vol halfuur de draak stak met Donald Trump, onder het motto ‘Make Donald Drumpf again’.

Inmiddels woont Oliver al zestien jaar in de VS, heeft hij een Amerikaanse echtgenote en is hij zelfs Amerikaans staatsburger. Sprak hij in The Daily Show nog over Amerikanen in de tweede persoon, dan is dat in de acht seizoen van Last Week Tonight verschoven naar de eerste persoon meervoud. Maar hij blijft een vleugje Britsheid behouden, merk ik tijdens ons Zoom-gesprek op. “‘Een vleugje Britsheid’ is een heel vriendelijke manier om het te beschrijven”, repliceert hij. “Er is een dominant en onbeweeglijk Brits gen dat ik niet uit mijn lijf kan krijgen. Dat blijft bij mij totdat ik in een Brits graf lig.”

Intussen is het in zijn moederland dat Boris Johnson met zijn partygate meer en meer Donald Trump 2.0 lijkt te worden. Hoe kijkt hij daarnaar, vanuit New York? “Wat nu gebeurt in Engeland, is niet verrassend. Want dit is hoe deze man is. Maar het is, zeker en vast, absurd. Ik zou zeggen dat we het te verwachten slotakkoord van Boris Johnson bereiken, alleen ben ik niet zeker dat dit het einde is. Het is eerder de natuurlijk escalatie van wat er gebeurt als je van een narcistische, pathologische leugenaar de eerste minister maakt. Het is ongelooflijk. Als hij hiermee wegkomt - en er is geen reden om te geloven dat hij dat niet zal doen - is de meest angstaanjagende gedachte: waartoe is hij nog in staat?” Hij grijnst. “Blijkbaar zong hij ‘I Will Survive’ tegen zijn staf. He is going full Gloria Gaynor. Dus bij behandelt deze situatie tenminste met de ernst die ze verdient.”

Boris Johnson werd al eerder behandeld in Last Week Tonight, en gedurende zijn hele presidentschap was Trump een geliefd doelwit. Maar doorgaans zetten Oliver en zijn team in op minder voor de hand liggende onderwerpen. In het achtste seizoen zoomde hij in op de Wit-Russische dictator Alexander Loekasjenko, op PFAS-pollutie en op dakloosheid in de VS. Eerder boog hij zich over de doodstraf, over de opioïden-crisis en over technische materie als netneutraliteit – de idee dat internetproviders alle data op dezelfde manier behandelen, zonder te discrimineren. Dat laatste item genereerde meer dan 345.000 klachten bij het Amerikaanse agentschap voor communicatie, dat zinnens was om netneutraliteit af te schaffen – die plannen werden teruggedraaid, en media spraken over het ‘John Oliver-effect’.

“Soms worden we verantwoordelijk geacht voor dingen die veranderen, terwijl we alleen maar de druk opvoeren en het werk versterken van heel wat andere mensen die hebben geprobeerd om die verandering te bekomen. Ik denk dat we, echt waar, overcredited worden voor de verandering die we als show bekomen, behalve het kwetsen van sommige mensen hun gevoelens en nu dan shit opblazen”, vertelt Oliver. “Het is een ongelooflijke macht om mensen hun aandacht te richten op dingen waar ze anders niet naar zouden kijken. We mogen ons gelukkig prijzen dat mensen naar ons luisteren, ook al praten we soms over verhalen die behoorlijk grimmig zijn. Ik denk niet dat we rechtstreeks verantwoordelijk zijn voor veranderingen in de wet of uitspraken van de rechtbank.”

De comedian weigert ook steevast om zichzelf ‘journalist’ te noemen: daarvoor schat hij het werk van echte journalisten te hoog in. “Onze verhalen zijn gebouwd op geweldige journalistiek. Dat is het fundament: uitstekende berichtgeving die elders is gedaan. We zouden onze show niet kunnen maken zonder goede journalistiek. We checken wel alles opnieuw, en nu en dan besluiten we om bepaalde berichtgeving niet te gebruiken, als ze niet helemaal klopt.”

Autocraten

Al die zware zaken behandelt Oliver met de ernst die ze verdienen, en tegelijk doorspekt hij ze met sarcastische opmerkingen en absurde intermezzo’s. Al dan niet met de hulp van beroemdheden als Danny DeVito, Steve Buscemi of Mike Myers die zich op zijn vraag maar wat graag belachelijk maken. “We hebben heel veel geluk gehad om mensen als George Clooney en Adam Driver te laten meedoen aan de show, en hen heel belachelijke dingen te laten doen. Dat dat nog lang moge voortduren!”

Zelfs als hij Ernstige Mensen interviewt, kan hij het niet laten om grappig te zijn. Klokkenluider Edward Snowden vergeleek hij met een informaticus die “naar soep uit blik ruikt”. Toen hij activiste Anita Hill sprak over grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer en zij hem erop wees dat de oplossing van het probleem begint bij “bewustwording”, antwoordde hij: “Ik ben me al jaren ‘bewust’ van Coldplay, maar dat heeft het probleem niet opgelost.” Zelfs tijdens een gesprek met de dalai lama kon hij zich niet inhouden. “We moesten drie vluchten nemen om tot bij hem te geraken”, herinnert Oliver zich. “En halverwege de derde vlucht, dacht ik: ‘Ik reis de hele wereld over om de dalai lama te ontmoeten, met als enige bedoeling om een grap met hem uit te halen. Wat doe ik met mijn leven?’”

Inmiddels is Oliver al acht jaar bezig met vaak deprimerende verhalen bevattelijk te maken voor een publiek, en als het kan er tussendoor nog een paar grappen bij te maken, met hier en daar een welgemikte belediging aan het adres van ultrarechtse stemmen als Alex Jones of Tucker Carlson. Dat de samenleving gevoeliger zou zijn geworden, wil hij niet gezegd hebben. “Ik heb geen idee wat mensen bedoelen als ze over ‘cancel culture’ praten. Die term wordt nu zó vaak gebruikt dat hij niets meer betekent, dat er geen consensus is over de betekenis ervan. Ik denk dat veel mensen ‘gecanceld worden’ verwarren met ‘bekritiseerd worden’. Met andere woorden: ik denk helemaal niet aan cancel culture, want ik denk niet dat het echt bestaat.”

De humor zien in alle miserie in de wereld, dat is er wél moeilijker op geworden. Sinds 2020 moest hij zich ook bezighouden met verhalen over het coronavirus, antivaxers en complottheorieën. Een mens zou er voor minder moedeloos van worden, zeker als die mens ook twee kinderen moet opvoeden. Oliver: “Tijdens de pandemie was ik heel erg blij dat mijn kinderen me konden afleiden, maar net omdat ik kinderen heb, werd ik veel meer geraakt door de pandemie. Het voelde alsof de wereld uit elkaar viel, dat mensen niet meer naar elkaar omkijken. Een pandemie zou een moment van vereniging moeten zijn, een collectief trauma waar we samen door moeten, maar zo is het niet uitgedraaid. Ik vond het nu en dan moeilijk om manieren te vinden om met dingen te lachen. Dingen die extra pijnlijk zijn als je naar een klein gezichtje kijkt dat niet volledig begrijpt wat jij wél begrijpt, als dat steek houdt.

“Maar hoe moeilijk het de afgelopen jaren ook geweest is: ik ben dankbaar dat zij zo weinig begrepen van wat er gebeurde. Als alles slecht gaat, is er niets zo behulpzaam als het kinderlijke gebrek aan besef dat alles slecht gaat. Alles waar ze mee bezig zijn, is dat ze honger hebben, dat ze met je willen spelen of dat ze willen dansen. Dat is zo’n ongecompliceerde vreugde. En dat heeft me de laatste jaren erg geholpen.”

Wat misschien ook nog een bron van vreugde is, merk ik op als de 24 Zoom-minuten met John Oliver er bijna op zitten, is wat er in december 2021 gebeurde. Na jaren van ‘bewustwording’ lijkt het probleem dat Coldplay heet zich alsnog op te lossen: de band kondigde aan om geen muziek meer te maken na 2025. Dat moet Oliver toch gelukkig stemmen? Of niet? Maakt het ‘John Oliver-effect’ ook een einde aan de muzikale uitspattingen van Chris Martin en zijn kompanen?

“Een statement als ‘we stoppen met muziek maken’ en er dan ‘in 2025' bij vertellen, is alleen aanvaardbaar als het wordt uitgesproken in het najaar van 2024”, stelt Oliver met een sarcastische glimlach. “Don’t dangle that in front of people for three years! Beloof niet dat je stopt over drie jaar. Dat is niet eerlijk! Ik heb er moeite mee om het echt te geloven. Het voelt aan als iets dat ze uiteindelijk héél gemakkelijk kunnen negeren, over drie jaar. Het voelt een beetje als een autocraat die zegt dat hij over drie jaar stopt. Dan weet je: over twee jaar doet hij alsof hij dat nooit heeft gezegd. Niet dat ik Coldplay wil vergelijken met een stelletje autocraten, maar weet je: wie het schoentje past...”

Last Week Tonight with John Oliver, vanaf 20 februari op Streamz.