Direct naar artikelinhoud
AnalyseLopende zaken

‘It’s not easy being green’: er blijft nog maar één sterk argument voor de kernuitstap over

Minister van Energie Tinne Van der Straeten. Nu komt de kritiek dat de technocraat-minister te ver afstaat van de zorgen in de gewone huishoudens.Beeld Photo News

Groene politici wordt vaak verweten dat ze enkel in principes en dogma’s denken. Maar bij de kernuitstap hanteren ze vooral pragmatische en technische argumenten, en juist die schieten nu tekort om harten te veroveren.  

It’s not easy being green: het is niet makkelijk om groen te zijn. Die ­titel van een liedje dat Kermit de kikker ooit zong in Sesamstraat wordt wel vaker gebruikt als de ecologisten in de penarie zitten. Ook door de groenen zelf, trouwens. 

Hoe moeilijk het soms kan zijn om een groen politicus met regeringsverantwoordelijkheid te zijn, blijkt weer uit de slepende saga van de kernuitstap. Met politieke doodsverachting slalommen Groen en Ecolo tussen alle obstakels die opgeworpen worden door de tegenstand, met name ook in de eigen regering, om de nucleaire exit te redden. En dan kondigt de Russische president Vladimir Poetin een oorlog in regel aan in Oekraïne, en schieten de prijzen van gas en olie meteen de hoogte in. Ooit zal die prijsexplosie wel afkoelen, maar de vaststelling blijft dat de afhankelijkheid van import Europese landen kwetsbaar maakt. Juist nu die afhankelijkheid nog wat vergroten, is een risico dat maar moeilijk uit te leggen valt. 

En dat ging al zo lastig. Dat Georges-Louis Bouchez suggereert om een volksraadpleging te houden over de kernuitstap, is uiteraard niet meer dan een zoveelste provocatie — nationale volksraadplegingen zijn zelfs wettelijk onmogelijk. De MR-voorzitter duwt wel waar het pijn doet. ­Jarenlang voerde een ecologisch, antinucleair sentiment ook in ons land de boventoon. Dat is helemaal weg. Peiling na peiling toont dat een groot deel van de bevolking de kernuitstap niet (meer) lust. 

Groenen wordt vaak verweten ‘dogmatisch’ te zijn in het verzet tegen kernenergie, maar eigenlijk hanteren ze tegenwoordig vooral pragmatische argumenten. Dat is juist het probleem. Het is een technisch verweer dat maar moeizaam standhoudt tegen de snel te begrijpen principiële bezwaren van de tegenstand. Zo is het altijd iets. Precies om het verwijt te ontzenuwen dat groenen principes niet in beleid kunnen omzetten, kiest Tinne Van der Straeten als ­minister van Energie voor een technocratische benadering. Nu komt de kritiek dat de technocraat-minister te ver afstaat van de zorgen in de gewone huishoudens. It’s not easy being green... 

Dat blijkt bij uitstek zo te zijn nu de oorlog om Oekraïne definitief is begonnen en de bevoorrading van gas vanuit Rusland onzeker wordt. De Belgische gasinvoer is maar voor een klein deel afhankelijk van Rusland (zo’n 2 tot 4 procent), luidt de groene repliek, en dus zal de impact van de geopolitieke hoogspanning op de Belgische gaspolitiek beperkt blijven. Die stelling is wankel. Het klopt dat België, vergeleken met andere EU-lidstaten, erg weinig Russisch gas invoert. Maar als al die andere landen plots elders op zoek moeten naar gas, zal de impact op de gasprijs en -voorraad ook voor ons land groot zijn. 

Nog zo’n groen argument is dat het voor de Belgische energiemix weinig uitmaakt of er nu twee kerncentrales open blijven of niet. In elk scenario zal er extra gas nodig zijn om de voorraad zeker te houden. Ook dat klopt, grotendeels. Maar  de gasafhankelijkheid zal wat groter zijn zonder kernenergie. De vraag is dan of het wijs is om die evolutie door te duwen op een moment van grote onzekerheid.

Onzeker plan B

Exact zo verloopt het met de klimaatkwestie. Klimaatzorg is een goede reden om zo weinig mogelijk fossiele brandstof in te zetten en juist wel kernenergie boven gas te verkiezen. Ook hier is het groene tegenargument vooral technisch. Door de Europees georganiseerde handel in CO2-uitstootrechten verdwijnt het hogere gasverbruik in één land in het geheel. Vooral moeten flexibel aan en uit te schakelen gascentrales de ruimte voor hernieuwbare energie stelselmatig groter maken, wat met dure, grote kerncentrales moeilijker ligt.

Opnieuw geldt: technisch klopt dat grotendeels, maar harten en geesten krijg je met dat verhaal niet veroverd. Groenen zien hier een belangrijk veeleer pedagogisch element over het hoofd. Het valt vele burgers zwaar dat zij wel op hun individuele micro-klimaatgedrag worden aangesproken, terwijl de overheid lustig de uitstoot mag opdrijven. En dan kun je nog honderd keer de spel­regels van de ETS-emissiehandel uitleggen, het idee dat een overheid leidt door het goede voorbeeld te geven, blijft veraf. Zeker nu helder wordt dat hogere energiefacturen normaal dreigen te worden, is dat zuur.

Zo blijft er nog maar één sterk argument voor de kernuitstap over. Drie jaar voor deadline 2025 biedt het alternatief – een plan B, met behoud van twee centrales – nog meer onzekerheid. Vooral omdat uitbater Engie nog altijd weinig zin heeft om te blijven meedraaien op deze politieke mallemolen à la belge. Een positief verhaal is dat al lang niet meer. Het ziet ernaar uit dat de Vivaldi-­partners de verantwoordelijkheid nu zo veel mogelijk in groene hoek willen leggen. Na MR trekken ook CD&V en Open Vld er de handen vanaf. Ook de socialisten komen de groenen niet ter hulp. Een subtiele revanche voor de soms ‘liberale’ opstelling van Groen in sociaal-economische dossiers die rood na aan het hart liggen. 

Tijd verkwanseld

Natuurlijk is die uitkomst wrang voor Groen. De kernuitstap is hun wens. Maar alle andere partijen hebben bijna twintig jaar de tijd gehad om de exit af te wenden. Die tijd is verkwanseld, met name door de MR van ­Bouchez, die in de cruciale, vorige regeerperiode met Marie-Christine Marghem zelfs de, weliswaar hoogst onbekwame, minister van Energie ­leverde. 

“Met al deze maatregelen engageert de regering zich tot het garanderen van de bevoorradingszekerheid, de betaalbaarheid en de duurzaamheid van energie op korte en lange termijn zodat ze de kernuitstap van de huidige generatie reactoren in 2025 kan realiseren.” Zo staat het te lezen in het federale regeerakkoord dat MR (!), N-VA (!!), Open Vld en CD&V in 2014 met elkaar sloten. 2014 is ook het jaar waarin Poetin de Krim ­annexeerde en de Oekraïne-crisis startte. Toen was dat blijkbaar geen argument. Hoe vreemd.