“We hebben besloten om de investeringen van het fonds te bevriezen en zijn begonnen met een proces van verkoop (uit Rusland)”, liet de Noorse premier Jonas Gahr Støre optekenen door Reuters.

“De aanval van Rusland op Oekraïne heeft de veiligheid van Europa op de proef gesteld op een manier die we sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer hebben meegemaakt”, zei Støre nog, waarbij hij zijn steun aan Oekraïne uitsprak. “Het daagt onze normen, onze waarden en de principes waarop onze democratische samenleving is gebaseerd uit”, klonk het, volgens een vertaling van de Financial Times.

Eind 2020 was het waardevolste belang van NBIM in een individueel Russisch bedrijf dat in staatsbank Sberbank, gevolgd door energiebedrijven Gazprom en Lukoil. Dat blijkt uit gegevens van Refinitiv Eikon.

SWIFT

De aankondiging uit Noorwegen komt op een moment dat westerse landen en bedrijven hun economische isolatie van Rusland intensiveren, onder meer door bepaalde Russische banken uit het SWIFT-betaalsysteem te zetten.

Daarnaast dumpte ook Britse oliegigant BP recent een belang in een Russisch bedrijf; zo wordt zijn belang van 20 procent in de Russische staatsoliereus Rosneft verstoten. BP-voorzitter Helge Lund betoogde dat de invasie van Rusland in Oekraïne de “fundamentele verandering” was die een einde maakte aan het 30-jarige zakelijke partnerschap tussen de twee energiereuzen, volgens een verklaring.

De Russische president Vladimir Poetin zou wraak kunnen nemen op het westen door energie in te zetten als wapen en de kranen direct dicht te draaien. Dat denken, bijvoorbeeld, de handelaars op de oliemarkt.

Olieprijzen

Een stijging van de olieprijzen kwam er direct nadat het westen de SWIFT-gerelateerde sancties tegen Rusland aankondigde. Grote vrees is dat de energiebevoorrading zo indirect wordt getroffen, schrijft zakensite CNBC.

Beide oliecontracten koersten donderdag voor het eerst sinds 2014 boven de 100 dollar, nadat Rusland Oekraïne was binnengevallen. De aanvankelijke piek was echter van korte duur, en WTI en Brent lieten terug een daling optekenen tijdens de handelssessie van donderdag en vrijdag, aangezien de eerste ronde van sancties van Washington niet gericht waren op de Russische energiesector.

Na zondagavond steeg Brent ruwe olie, de internationale oliebenchmark, echter met maar liefst 7 procent; een vat ruwe olie kostte zo’n 105 dollar. De West Texas Intermediate, de Amerikaanse benchmark, steeg eveneens met 7 procent en handelde boven de 98 dollar per vat.

Op het moment van schrijven waren de prijzen licht gedaald. WTI steeg 5,75 procent op 97,47 dollar per vat, terwijl Brent 5 procent steeg naar 102 dollar per vat.

OPEC

De OPEC en zijn olieproducerende bondgenoten, waaronder Rusland, zullen deze week bijeenkomen om het productiebeleid van de groep voor april te bepalen.

De oliealliantie heeft de productie elke maand met 400.000 vaten per dag verhoogd, terwijl ze de historische productieverlagingen van bijna 10 miljoen vaten per dag afbouwt. Deze werden in april 2020, toen de coronapandemie toesloeg, doorgevoerd.

(lp)