©  BELGA

Wout van Aert onder de indruk van Pogacar: “Hij is de nieuwe topfavoriet voor de Ronde zeker?”

Geen Wout van Aert zaterdag in de Strade Bianche, wel zondag aan de start van Parijs-Nice. Daar hoopt hij onder meer toe te slaan in de eerste rit. Van Aert gaf vlak voor de start toe dat hij met bewondering had gekeken naar het nummertje van Tadej Pogacar in Italië.

Hugo Coorevits, md, nvh

Wat Wout van Aert vond van de solo-zege van Tadej Pogacar in de Strade Bianche en of hij nu extra rekening houdt met de Sloveense Tour-winnaar over een maand in de Ronde van Vlaanderen. Dat wou onze man in Frankrijk van de Belgische kampioen weten. “Hij is de nieuwe topfavoriet zeker?”, vertelde Van Aert met een lachje. “Het is wel straf wat hij doet. Zeker omdat de wedstrijd best gesloten was. Ik dacht wel dat de wind een grote rol speelde. De schifting gebeurde veel later dan de voorbije jaren. Maar bij de eerste beste aanval rijdt hij de rest eraf en hebben ze hem niet meer teruggezien. Dat is indrukwekkend. Ik heb er geen andere woorden voor. Ik was al voor de Strade op mijn hoede voor hem. Hij heeft al meermaals bewezen dat hij niet enkel de grote rondes kan winnen, maar ook in eendagskoersen héél sterk is. Het deed een beetje pijn om zelf niet mee te doen in de Strade Bianche. Het is één van de mooiste koersen op de kalender. Ik had zeker gisteren graag meegedaan.”

Over naar de orde van de dag dan. Van Aert ging rond 13u zelf van start in de eerste rit van Parijs-Nice. Een etappe met start en aankomst in Mantes-la-Ville waar hij best wel kans maakt op de ritzege en de eerste gele trui. “Het is een klassiek parcours. Op en af, draaien en keren. Vandaag is wel een mooie rit. Het is wel de bedoeling om een uitslag te rijden. Het is in het algemeen niet meteen mijn ambitie om mij te meten met topsprinters als Jakobsen, die pure sprints zijn echt hun ding. Maar vandaag is het toch een zwaar parcours voor hen. Het klimmetje in het slot is niet onoverkomelijk, maar het kan wel de organisatie een klein beetje in de war sturen. Vooral het opdraaien ervan is een punt waarop je echt in positie moet zitten. Dat kan in mijn voordeel spelen. Het zal zeker een hectische dag worden op veel smalle wegen. Het wordt zaak om op te passen.”

Als Van Aert zou winnen, is de eerste gele trui voor hem. Maar de Kempenaar wil deze week niet te diep gaan om mee te strijden voor het klassement, zoals hij vorig jaar deed in Tirreno-Adriatico. “Leider zijn voor één dag is ook leuk. Mijn zege in de Omloop Het Nieuwsblad heeft mij veel vertrouwen gegeven en ik heb een goeie trainingsweek achter de rug. Ik heb veel zin om aan mijn volgende koersen te beginnen. De etappe van vandaag is héél mooi. De komende twee dagen hangt het er een beetje van af hoe de wind zit. De rit van morgen zou héél zwaar kunnen zijn, maar kan ook gewoon een sprintrit worden. Tot en met de tijdrit is het belangrijk om mijn best te doen en geen tijd te verliezen met kopman Primoz Roglic.”

Fabio Jakobsen: “Van Aert en Philipsen zwaarste concurrenten”

Fabio Jakobsen staat na zijn zege in Kuurne-Brussel-Kuurne met veel vertrouwen aan de start. “Parijs-Nice is toch iets meer geschikt voor de sprinters dan Tirreno, dat zie je aan het deelnemersveld. Op Ewan na staan alle rappe mannen hier aan de start. Ik denk dat Van Aert en Philipsen de zwaarste concurrenten worden. Zij zitten in vorm, hebben ook al gewonnen dit jaar. Al hou ik ook rekening met Groenewegen, Trentin en Colbrelli.”

Jasper Philipsen: “Nieuwe opportuniteiten om te bevestigen”

Jasper Philipsen won eind februari twee ritten en de sprinterstrui in de UAE Tour en stond vanmiddag met vertrouwen aan de start van de eerste rit in Parijs-Nice. “De druk is er zo een beetje af, maar dit is weer een nieuwe wedstrijd”, vertelde de sprinter van Alpecin-Fenix. “Dat biedt nieuwe kansen en nieuwe opportuniteiten om te bevestigen. Als ik vandaag win, ben ik de eerste leider. Die leiderstrui is mooi meegenomen, maar het maakt me niet uit of ik vandaag win of morgen of overmorgen. Als alles goed gaat, denk ik dat de aankomst van de eerste rit mij wel moet liggen. De finale is lastig. Je zal sowieso in goeie doen moeten zijn, want de zwakkeren gaan er uit op dat klimmetje. Maar de meeste snelle mannen zijn wel in goeie doen. Van Aert zal de man zijn om naar te kijken, Jakobsen ook. Ik kijk er naar uit om tegen hen te sprinten.”

De eerste rit wordt gehouden in en rond Mantes-La-Ville, een stadje in het departement van de Yvelines. Met 159,8 km is het een vrij korte etappe. Er is nog een lokaal circuit zodat het peloton twee keer over de Côte de Breuil-Bois-Robert moet. Aangeduid als een helling van derde categorie. Het gaat 1200 meter bergop en stijgt gemiddeld 6 procent. Belangrijker is dat het van de top van die ‘Côte’ tot de finish slechts 5,7 km meer is. Als Jumbo-Visma daar alles op een lint trekt, zou het wel eens kunnen dat sommige aanwezige sprinters daar net iets te veel energie verspillen die ze in de laatste rechte lijn van 450 meter op de Boulevard Roger Salengro in dit slaapstadje van Parijs efficiënter konden gebruiken. Er waait overdag wel een wind die naar de finish toe 3 Beaufort sterk is en uit het noordoosten komt en die in de finale rechts in de zij kan staan.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER Wegwielrennen