Direct naar artikelinhoud
ReportageOorlog in Oekraïne

‘Ons leger is hier om Rusland af te schrikken’: met defensieminister Dedonder in Roemenië

Defensieminister Ludivine Dedonder bij de Belgische troepen nabij Constanta, Roemenië.Beeld BELGA

Defensieminister Ludivine Dedonder (PS) bezocht in de buurt van het Roemeense Constanta de Belgische militairen die deel uitmaken van de snelle reactie-eenheid die de NAVO uitstuurde naar buurlanden van Oekraïne. ‘Het zal geen makkelijke missie worden’.

“We moeten ons voorbereiden op een eventuele inval van Rusland.” Voor majoor Nicolas* wordt jaren oefenen plots bittere ernst. De commandant van het Belgische detachement moest in allerijl de manschappen van het 1/3 Bataljon Lansiers  uit Marche-en-Famenne mobiliseren voor de Very High Readiness Joint Task Force (VJTF), een snelle reactie-eenheid van de NAVO die vorige maand voor het eerst in de geschiedenis van de alliantie werd ontplooid. Voor de Belgische eenheid viel deze beslissing in drie kwartier tijd. Na drie dagen waren ze al vertrekkensklaar in gevechtstenue.

Nu twee weken later zijn de Belgen voorlopig ondergebracht op de luchtmachtbasis Mihail Kogalniceanu, in de buurt van de Roemeense havenstad Constanta, aan de Zwarte Zee. De grens met het zuidelijke Oekraïense district Odessa, waar nu gevochten wordt, ligt er in vogelvlucht slechts 100 kilometer vandaan. De 255 Belgen gaan hier samenwerken met 500 Franse Alpijnse Jagers. Sommigen lopen hier nog patrouilles in hun witte sneeuwcamouflage-uniformen. Op dezelfde basis vliegt ook een eenheid van VS-strijdkrachten af en aan met Blackhawk-gevechtshelikopters terwijl Duitse en Italiaanse Typhoon-gevechtsvliegtuigen laag boven het vliegveld hun defensieve formaties uitproberen.

“Vanaf volgende week gaan ook wij intens oefenen met onze Franse collega’s. We moeten nog inspelen op elkaar maar we staan klaar met het juiste materieel. Onze Piranha-pantservoertuigen zijn uitgerust om antitankgevechten aan te gaan”, zegt majoor Nicolas.

Voor een van de imposante pantsers op wielen treffen we militair Sylvain (23) uit Marche. Hij is de boordschutter van de Spike-antitankraketten die vanop zijn voertuig kunnen worden afgevuurd. “Aan boord zijn we met zes. Er zijn ook drie collega’s die een mobiel Spike-wapen bedienen. Als wij vast zouden komen te zitten in een mogelijk gevecht, kunnen zij te voet een omtrekkende beweging maken om een tegenstander aan te pakken.”

Tot voor kort was deze vijand tijdens buitenlandse operaties een guerrillaleger, zoals in Afghanistan, dat met relatief lichte wapens of geïmproviseerde explosieven een gevaar vormde. Nu staan de Belgische troepen mogelijk oog in oog met een nietsontziend Russisch leger.

Militairen als Melik (24) moesten er een mentale knop voor omdraaien “maar we zijn er wel op getraind, we bereiden ons altijd voor op elk soort conflictsituatie”, verzekert hij. “Voor ons vertrek zijn we ook al gebrieft over het soort terrein waar we hier mee te maken kunnen krijgen maar ook over de kenmerken van mogelijke tegenstanders. We leerden zelfs al hoe Russische uniformen en wapens er uitzien.”

Defensieminister Ludivine Dedonder stelt de militairen gerust tijdens een interview bij hun voertuigen. “We hebben vandaag gelukkig geen enkele aanwijzing dat er een potentiële aanval van Rusland op een NAVO-lidstaat zou kunnen zijn. Ons doel is een beschermingsopdracht. Onze mensen en materieel moeten Rusland afschrikken zich over de NAVO-grenzen te begeven.”

Dedonder erkent wel dat dit een “buitengewone opdracht” is. “We verwachtten niet meer een oorlog op het Europese continent. Dit is historisch. Het zal geen makkelijke missie worden. Het is belangrijk dat ons personeel over het juiste materieel beschikt om zichzelf te beschermen en een eventuele aanval afdoende te beantwoorden.”

Maar hoe bescherm je jezelf tegen kruisraketten? De aanval op een Oekraïense luchtmachtbasis vlak bij de Poolse grens vorig weekend, waar eerder buitenlandse instructeurs actief waren, toonde aan dat de Russen niet terugdeinzen om over lange afstand doelen te raken. 

Waar kunnen de manschappen heen lopen als er hier een luchtalarm is, vragen we aan majoor Nicolas, rondom ons turend in een open vlakte van landbouwgronden. Zijn er schuilkelders? “Schuilkelders zijn er niet maar de zogeheten Force Protection voor onze bescherming wordt wel herbekeken”, zegt hij. “Het is ook nog niet zeker of we hier blijven of elders ons kamp opslaan.”

De militairen zelf hopen alvast dat ze elders onderdak krijgen. Momenteel bivakkeren ze per honderd man in grote evenementtenten. Tussen hun britsen hebben ze soms camouflageparka’s gespannen voor wat privacy. Om veiligheidsredenen zijn contacten met hun gezinnen beperkt. 

De NAVO is niet voor niets beducht voor Russische cyberspionage en inlichtingenoperaties. Maandag nog werd elders in Roemenië een kleine spionagedrone van Russische makelij gevonden.

“Nu al zijn we slachtoffer van Russische hybride dreigingen maar ook van een informatieoorlog”, zegt de Roemeense defensieminister Vasile Dincu. “Een voorbeeld. Moskou beweerde onlangs dat er al Roemeense gevechtsvliegtuigen in het Oekraïense luchtruim waren geweest, een voorbeeld van vals nieuws.” 

Toch denkt Dincu niet dat de Russen daadwerkelijk zijn land zullen aanvallen nu de Belgen en andere NAVO-troepen hier zijn geland. Er broeien volgens defensiebronnen zelfs al plannen om hun aanwezigheid permanent en roterend te maken zolang Moskou een bedreiging vormt. “De aanwezigheid van deze strijdkrachten,” zegt hij, “toont aan dat Poetins poging om de NAVO te verdelen gefaald heeft.”

* Op vraag van de militairen geven we enkel hun voornaam