Amerikaanse centrale bank start renteverhogingen op om stijgende inflatie tegen te gaan
De Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank, heeft het belangrijkste rentetarief zoals verwacht een kwart procentpunt hoger gezet. Het is de eerste renteverhoging sinds eind 2018 en mogelijk volgen er nog zes dit jaar. De verhogingen moeten een rem zetten op de stijgende inflatie.
Het rentetarief stond sinds maart 2020 op het historisch lage niveau van 0 tot 0,25 procent. Dat wordt dus 0,25 tot 0,50 procent. De verhoging is een poging om de inflatie wat af te koelen. Die steeg in februari in de Verenigde Staten tot 7,9 procent, het hoogste niveau in veertig jaar.
Hogere rentes kunnen de consumptie wat afremmen en zo de druk op de prijzen doen afnemen. De andere kant van de medaille is dat dat weegt op de economische groei. Het is dus zaak een goede balans te vinden.
Vermoedelijk zullen de komende maanden nog meer renteverhogingen volgen. Economen verwachten vijf of zes dergelijke stappen dit jaar. De centrale bankiers mikken in doorsnee op een rentetarief van 1,9 procent eind dit jaar en van 2,8 procent in 2023.
De oorlog in Oekraïne "zal mogelijk extra druk creëren op de stijgende trend van de inflatie en wegen op de economische activiteit", stelde de Amerikaanse centrale bank nog in een persbericht. De verwachte economische groei in de VS dit jaar werd bijgesteld naar 2,8 procent, waar dat eerder 4 procent was.
In Europa wordt nog niet meteen een renteverhoging verwacht. Lange tijd werd een verhoging in 2022 uitgesloten, maar die deur staat intussen op een kier. Het zou dan wel eerder aan het einde van het jaar gebeuren, is de verwachting momenteel.