Direct naar artikelinhoud
ReportageBrighton Beach

‘De Russen hier denken dat we fascisten zijn’: in ‘Little Odessa’ in New York voelt de oorlog heel dichtbij

In Brighton Beach zijn overal Oekraïense vlaggen te zien, toch wonen er ook heel wat Russische immigranten.Beeld AFP

In New York staat de ‘Russische’ wijk Brighton Beach in Brooklyn onder hoogspanning. In de buurt leven Oekraïense en Russische immigranten naast elkaar, en dat leidt nu regelmatig tot verbeten woordenwisselingen. 

Toen ze net in Amerika aankwam, 21 jaar geleden, verkocht Julia Nikole (57) verzekeringen onder de ratelende bovengrondse metrolijn van Brighton Beach, een wijk in het New Yorkse stadsdeel Brooklyn waar je de Atlantische Oceaan kunt ruiken. Op diezelfde plek haalt ze nu haar bankafschriften tevoorschijn voor iedereen die ze wil zien.

Ze heeft een tafeltje neergezet, de Oekraiënse vlag eroverheen gedrapeerd, en deelt A4'tjes met het rekeningnummer van het Oekraïense ministerie van Defensie uit. Wie het niet helemaal vertrouwt, zomaar geld overmaken naar een land in oorlog, stelt ze gerust met haar eigen bankpapieren. “Kijk maar, ik ben net bij de bank geweest en alles klopt. Ik heb 10.000 gestuurd.”

Ze heeft het over dollars, ja. In een bruin envelopje bewaart ze de bonnen van twee transacties van elk 5.000 dollar, samen zo’n 9.000 euro. Ze heeft ook al geld overgemaakt naar haar zoon in Vinnytsia, om een wapen te kunnen kopen. 

Ze kan het missen, zegt de Oekraïense onderneemster, en het helpt om de stress de baas te worden. “Mijn kleinzoon van 12 maakt molotovcocktails. Als ik niets doe, word ik gek.”

Dit is Amerika, maar toch ook niet. De weg vragen doe je in Brighton Beach in het Russisch, de menu’s van lokale cafés zijn gedrukt in het cyrillisch alfabet. Little Odessa, noemen de bewoners het, vanwege alle Joods-Oekraïense immigranten die zich in de communistische jaren hier vestigden. 

Inmiddels is het een soort mini-Sovjet-Unie, met Russischtalige bewoners uit alle voormalige Sovjet-staten. Bij supermarkt Tasjkent koop je manti, dumplings uit Oezbekistan. De aardbeienjam komt uit Moldavië en voor de lunch zijn er Georgische khachapuri.

‘De Russen hier denken dat we fascisten zijn’: in ‘Little Odessa’ in New York voelt de oorlog heel dichtbij
Beeld AFP

‘Glorie aan de helden’

Een vrouw verkoopt vanachter een klaptafel op de stoep Oekraïense pyrizhky, gevulde broodjes. Op een how are you? volgt in Amerika meestal een nietszeggend ‘goed en met jou’, maar zij vertrekt nu haar gezicht. Het gaat maar zozo, zegt ze, de mondhoeken omlaag. 

Haar gezicht klaart wat op als iemand haar begroet met de Oekraïense strijdkreet, Slava Ukraini - glorie voor Oekraïne. Ze steekt haar armen strijdbaar in de lucht. “Glorie aan de helden!”

De wijk leeft mee. Victor uit Moldavië vertelt op een straathoek over vrienden thuis die naar de grens zijn gereden om een vrouw met kind op te halen. Alexander uit Oezbekistan hekelt verderop luid de oorlog en Leon uit Wit-Rusland is met een vriend gaan demonstreren voor het Russische consulaat in New York, hier een lange metrorit vandaan. “Fuck Poetin”, hebben ze geroepen zo hard ze konden.

Maar hier wonen ook veel Russen. De Oekraïense Roshen-bonbons van chocogigant en oud-president Porosjenko liggen in de schappen naast de gecondenseerde melk uit Rusland. Het is een mix die de laatste dagen soms tot verbeten woordenwisselingen leidt. Als fondsenwerver Julia Nikole een dirigent uit het West-Oekraïense Uzhorod uitlegt hoe hij dollars kan sturen, snauwt een passerende dame met boodschappenwagentje haar in het Russisch iets nijdigs toe. Nikole blijft glimlachen onder haar roze bontmuts. “Mensen kijken naar de Russische tv. Ze geloven wat ze horen, ze weten niet beter”, zegt ze. Ze pauzeert even tot de metro voorbij gebulderd is - dat moet hier elke zes minuten. “Ze zijn ervan overtuigd dat we”, - hier begint ze vol ongeloof te grinniken - “fascisten zijn en dat ze ons moeten bevrijden.”

Zulke propaganda mag voor Oekraïners dan ongelooflijk klinken, het is een idee dat ook in Klein Odessa voet aan de grond heeft gekregen. Ksenia Baranova, een jonge moeder in lange donsjas, bladert even verderop met kinderwagen aan de hand door de Russischtalige boeken op de stoep voor de boekhandel. 

Ze komt uit Moskou, spreekt weinig Engels, maar wil met behulp van Google Translate wel graag duidelijk maken dat het allemaal niet de schuld van Poetin is. “Oekraïne heeft zichzelf verkocht aan Amerika. Rusland verdedigt zich.”

De in Kiev geboren boekhandelaar Alexander Sakorokhod heeft zulke geluiden wel vaker gehoord in de New Yorkse wijk. “Ja, zelfs hier”, zegt hij. “Veel mensen lezen en spreken geen Engels.”

Hij maakt zich al dagen zorgen om zijn vrienden en familie, maar laat de oorlogsdiscussies maar aan zich voorbijgaan. Die Russen hier kunnen het ook niet helpen dat ze voorgelogen worden, wil hij maar zeggen. “Er heeft maar één man schuld.”

Een demonstratie tegen de Russische agressie.Beeld Getty Images

Naar elkaar schreeuwen

Niet iedereen laat de politieke onenigheid in oorlogstijd zo makkelijk van zich afglijden. Alex uit Odessa, onderweg naar de bank om zijn familie geld te sturen, vertelt dat hij vanochtend nog mensen naar elkaar hoorde schreeuwen over de oorlog. Het ging er zo fel aan toe dat hij van meters afstand kon horen dat ze woorden gebruikten die hij liever niet wil herhalen. 

Brighton Beach staat als gemengde Russisch-Oekraïense enclave onder hoogspanning. Het Oekraïens-Amerikaanse raadslid dat de wijk vertegenwoordigt in de New Yorkse gemeenteraad, Inna Vernikov, wil zich hard gaan maken voor extra geestelijke gezondheidszorg.

In de Russische gemeenschap in Brooklyn is het soms beter te zwijgen, vertellen Ian en Stas Livadny, broers uit Moskou die sinds twee jaar in de VS wonen. Zij zijn met een zelfgemaakte pop van een geboeide Poetin voor het consulaat gaan staan omdat ze zich schamen en iets wilden dóén, maar de opkomst bij het protest viel hen op die eerste dag tegen. “We praten er met andere Russen niet te veel over, het is moeilijk want sommigen steunen Poetin”, zegt Ian.

Veel Russen in de wijk verbergen zich en houden zich stil, merkt Firouza Ruzehaji. Ze verkoopt in haar textielwinkeltje tubeteikahoedjes uit haar thuisland Oezbekistan, badsponzen zoals ze in alle Russische douchecabines hangen, en vlaggen, vooral veel vlaggen. Meer dan twee uur slaap kreeg ze de afgelopen dagen niet, want ze blijft maar banen geel en blauw aan elkaar stikken. Ze is bijna door haar rollen vlaggenstof heen. Dan zijn er alleen nog blauwe en gele linten, waar ze strikjes en vaantjes voor de achteruitkijkspiegel van maakt.

Brighton Beach is normaal gesproken een goede plek om zaken te doen, zegt naaister Ruzehaji. Russen en Oekraïners denken niet te veel aan morgen en geven hun geld makkelijk uit, is haar ervaring. Maar de afgelopen dagen zag ze de spanningen toenemen. Vandaag nog, een klant die haar Oekraïense vlag niet wilde afrekenen. Het is verdorie oorlog, moest ze hier nou ook nog betálen? “Ik ben maar niet boos geworden”, zegt Ruzehaji. “De mensen hebben zoveel stress.”