Direct naar artikelinhoud
AchtergrondGeluidsoverlast

De impact van stadslawaai op uw lijf en hoofd: ‘Het gezoem, dat constante gezoem, ik raakte helemaal op’

Noise cancelling headphones zijn een efficiënte oplossing tegen lawaai. ‘Al filter ik niet alleen het vervelende, maar ook het nuttige geluid weg’, zegt Lene Verhaegen. ‘Je sluit je af van de wereld.’Beeld Damon De Backer

Lawaai, het kan een mens helemaal ontregelen. Luid hoeft het daarom niet eens te zijn. ‘Na een tijd leek het alsof die hond recht naast mijn oor aan het blaffen was.’

In strips krijgt lawaai, herrie en kabaal een vermakelijke bijrol toebedeeld. ‘KLANG’, als er weer eens een ruit in stukken vliegt. ‘VROAAA’, het gespierde geronk van een racewagen. ‘TSJRRRRAAAAAAKKKKK’, wanneer Asterix en zijn dorpsgenoten een Romeins legerkamp binnenvallen. Het zijn kleurrijke drukletters die een stil beeld van leven voorzien. Het echte leven laat zich helaas niet in onomatopeeën vatten.

Sinds ik enkele maanden geleden verhuisde van een rustige Gentse buurt naar de Brugse Poort, heb ik er steeds meer last van. De dunne muurtjes die een brug zijn voor rommelende trapgeluiden, ruziënde buren en 12-seconden durende TikTok-deuntjes op repeat. Een zoemend orkest van ringverkeer, met verdienstelijke solo’s voor de lokale knalpotterrorist en de heldhaftige ambulancier. En de passanten die heel erg luid praten, zo op een manier waarvan je denkt: zo luid praat een mens toch niet. Het. Is. Hier. Nooit. Stil.

Het is stadium één van de geluidsoverlast: de intolerantie die opbouwt. Er ligt een laagje schaamte op, merk ik. Niemand wil die ene verzuurde buurtbewoner zijn die klaagt en zaagt en uiteindelijk protest aantekent tegen blije skaters die te veel herrie maken op een plein waar je zelf bewust bent gaan wonen. Of zoiets. Dus onderga je het geluid in stilte. Velen met mij, zo blijkt.

“Auto’s en sirenes, de werven die hier continu aan de gang zijn, er is is altijd wel iets van omgevingslawaai aanwezig”, zegt Lene Verhaegen (25), die in Brussel woont. “Die continue prikkels halen mij volledig uit mijn concentratie, ik krijg er ‘friemelneigingen’ van.” Friemelneigingen? “Fysieke nervositeit, een opgejaagd stressgevoel, een soort energie die je niet kwijt kan. Gewoon een boek lezen, lukt me dan echt niet meer.”

Het zijn de hele kleine, subtiele geluidjes die haar soms het meeste enerveren. Die voelen als een verhaal van Edgar Allan Poe, het kloppend hart onder de houten vloer. “Dan probeer je te slapen maar hoor je ergens in de verte een hond blaffen en lukt het niet om dat geluid los te laten. Integendeel. Het wordt steeds luider en luider, tot het na een tijd lijkt alsof die hond recht naast mijn oor aan het blaffen is.”

Lawaai is inherent iets persoonlijks, gezien de definitie: geluiden die men als hinderlijk ervaart. Een oproep op sociale media bewijst dat meteen. Het spectrum strekt zich uit van de gebruikelijke kanshebbers zoals straatlawaai, vliegtuigen of brullende buren tot heel specifieke zaken zoals een diepgewortelde haat voor slijpschijven en een haan die meer dan drie keer kraait.

Voor Brusselaar en Qmusic-presentator Vincent Vangeel (34) waren het airco-installaties. Een hing aan de overkant van het appartement, bij een winkel, een hing naast zijn keukenraam. “Het gezoem, dat constante gezoem, ik raakte helemaal op.” Een raam openzetten in de zomer zat er niet in, en dan was er nog dat andere lage geluid. Bijna onhoorbaar, afkomstig van de technische ruimte van een kledingwinkel onder het appartement. Hij weet vooral nog perfect wanneer het stopte – om drie over halfacht – want het stoppen van de ruis was als de mist die opklaarde. “Plots besef je: dit is dus stilte.” Of toch iets dat in de buurt komt.

Stresshormoon

Stilte is een schaars goed in dichtbevolkte gebieden zoals Vlaanderen of Brussel, met een verkeersnet dat op de stilte-index van het Europees Milieuagentschap (EEA) donkerrood kleurt. Het platteland is niet altijd beter dan de stad, zegt milieu-epidemioloog Tim Nawrot (UHasselt). “Een drukke verkeersader die een dorp in twee snijdt, kan veel erger zijn dan sommige wijken in de binnenstad.”

Er zijn tien Vlaamse stiltegebieden, doorgaans grote lappen natuur waar weinig ‘gebiedsvreemd’ geluid is en de 35 decibel (dB) niet overschreden wordt. Steden proberen het tij wat te keren met stilteruimtes of luwteoases, kleine plekjes zoals parken of begraafplaatsen waar je kan ontsnappen aan geluidsoverlast, maar dat zijn rimpels op het water. In een stad als Brussel wordt liefst 74,6 procent van de bevolking blootgesteld aan een geluidsniveau dat gemiddeld de 55 dB overschrijdt, en dat gaat nog enkel over verkeerslawaai.

Vanaf die grens toont onderzoek een duidelijke link met onder meer een verhoogde bloeddruk en een stijgend aantal hartklachten. De eerste impact treedt al vroeger op, zegt Nawrot. “Vanaf 40 decibel zie je dat niveaus van het stresshormoon cortisol beginnen te stijgen. Veel mensen ervaren die situatie niet als stressvol, maar dat is het wel.” WHO bestempelt lawaai niet voor niets als de op een na belangrijkste milieuoorzaak van gezondheidsproblemen, na luchtvervuiling.

“Auto’s en sirenes, de werven die hier continu aan de gang zijn, er is is altijd wel iets van omgevingslawaai aanwezig”, zegt Lene Verhaegen (25), die in Brussel woont.Beeld Tiene Carlier

Die gezondheidsproblemen zijn breed beschreven. Van verminderde leerprestaties bij jongeren tot slaap- en hartritmestoornissen, van fysieke schade zoals tinnitus tot de mentale problemen die ermee gepaard gaan zoals depressie, angststoornissen of een bewuste keuze voor sociaal isolement.

Op het niveau van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft het verkeerslawaai door overlast en slaapstoornissen in 2016 geleid tot een verlies van meer dan 10.000 gezonde levensjaren, voor 60 procent gelinkt aan slaapstoornissen. “Zelfs gewoon één auto die voorbijrijdt kan tot heel subtiele ontwakingen leiden bij mensen die aan de straatkant slapen en het geluid niet kunnen buitenhouden”, zegt slaapexpert Johan Verbraecken (UZA) daarover.

Noise cancelling

Het is niet dat je dan een officiële brief in de bus krijgt met de mededeling: ‘U bent één gezond levensjaar kwijt.’ Het is schade die langzaamaan ophoopt, net zoals bij luchtvervuiling. De twee problematieken zijn sterk aan elkaar gelinkt, al is de mate van gewaarwording wel anders. Bij luchtvervuiling moet er voor de meeste mensen al een dikke smog voor de ogen hangen om directe impact te merken. Op dat vlak speelt lawaai net iets korter op de bal: een druppende kraan kan de emmer doen overlopen.

Volgens sommige experts, zoals audioloog Dick Botteldooren (UGent), is niet zozeer het lawaai toegenomen maar “wel de maatschappelijke gevoeligheid ervoor”. Burgers lijken steeds luider te roepen om stilte, stellen bureaus aan om geluidsmetingen te doen en dwingen zo kusttrams, de Brusselse Zuidfoor of de E40 in Heverlee om een toontje lager te zingen. Bij de werken aan de Oosterweelverbinding langs Merksem, wordt meteen het tellertje op sociale media gepleurd: ‘103 dB, elke dag van 7 tot 16 uur.’

Heel wat mensen leggen zich echter neer bij de situatie, en doen mee aan wat je de échte cancelcultuur van de wokies zou kunnen noemen. Wie wakker ligt van geluid, die zet zich gewoon onder een stolp. Geluidsisolatie is een mogelijke, maar soms dure ingreep. Veel populairder zijn de oordopjes bij het slapen – van was of op maat gemaakt – en de befaamde geluidswerende koptelefoon of noise cancelling headphones overdag. Dyson brengt er nu zelfs eentje op de markt die naast geluid ook lucht reinigt. Twee vliegen in één klap, al bestaat er ook zoiets als esthetiek.

Dyson komt met een koptelefoon die geluid wegfiltert én de lucht zuivert.Beeld Dyson

“De beste aankoop die ik ooit heb gedaan”, zegt Lene Verhaegen over haar noise cancelling headphones. Ze werkt ermee, wandelt ermee, loopt er mee rond in de living en bant het zuigende geluid van haar dampkap tijdens het koken. Ook de friemelneigingen ebben zo weg. “Al besef ik wel dat er een groot nadeel aan verbonden is: je filtert niet alleen het vervelende, maar ook het nuttige geluid weg. Je sluit je af van de wereld.”

Het lijkt best een offer. Niet alleen omdat je potentieel de maaltijdbezorger op zijn scooter niet hoort inhalen op het fietspad, of de ‘hallo’ van een oude bekende rateert, maar vooral omdat het een soort thuisgevoel aantast. Verstoppertje spelen in je eigen nest, is dat geen strafkamp?

Ook Matthijs Vandenbogaerde (26) worstelt met die balans. Hij is opgegroeid in Deerlijk, waar de enige overlast “de jaarlijkse Chiro-fuif” was, en woont sinds een jaar in de buurt van de Gentse Overpoort. Noise cancelling vindt hij wat extreem, omdat hij vreest dat het zijn gevoeligheid voor geluid nog verder zal verhogen. “Want nu al voel ik dat de constante stroom aan geluid mij heeft veranderd. Wegenwerken of buren, dat beschouwde ik vroeger als ’t leven dat klonk. Nu heb ik het soms al moeilijk als mijn vriendin iets eet.”

Dat komt al dicht in de buurt van misofonie, waarbij specifieke geluiden heftige emoties oproepen zoals haat, woede of walging. “Het voorbije jaar ben ik mezelf echt tegengekomen”, zegt Vandenbogaerde. “En ik heb het gevoel dat het probleem bij mij ligt, dat ik zelf een zuurdere persoon ben geworden. Dat vind ik echt ontzettend jammer.”

In al die gevallen valt er telkens wel iets aan te doen, ook al voelt het misschien niet wenselijk. Dan neemt het verhaal van Joris Meys (44) hele andere proporties aan. Hij heeft ooit zonder problemen bij de Gentse fly-over gewoond – “ik kan dus tegen wat lawaai” – maar kreeg in een nieuwe woning plots een NMBS-stelplaats als buur. “Vlak achter onze tuin stonden zware diesellocomotieven heel de nacht stationair te draaien.” Gigantische tonnen metaal op metaal veroorzaakten akoestische trillingen die met geen isolatie, geluidsscherm of koptelefoon zijn weg te houden.

Het gaat om zogenaamd infrageluid, met een frequentie van 20 Hz en lager, net onder het hoorbare spectrum. Niet alle buren van Meys hadden dezelfde ervaring, er is namelijk sprake van individuele gevoeligheid en op bepaalde ‘knooppunten’ kunnen de golven elkaar versterken – of net afzwakken. “Wij zaten op zo’n knooppunt. Ik kreeg onder meer enorme pijn in mijn sinussen, maar vooral emotioneel was het heel heftig. Want als ik weer eens kotsmisselijk werd, kon ik enkel mijn eigen huis verlaten en wegwandelen. Soms deed ik dat diep in de nacht.”

Vanuit het beleid kwam weinig hulp, ondanks herhaaldelijke pogingen tot bemiddeling. De geluidsnormen in Europa of in België helpen dan ook niet echt, omdat er bij de standaard metingen weinig gewicht wordt toebedeeld aan infrageluid. In Denemarken is dat bijvoorbeeld wel zo, merkt Meys op, en in Nederland is er debat over. “Hier staat het niet eens op de radar.”

Weekendje Deerlijk

Niet dat geluidsnormen per se een hulp zijn in zo’n gevecht. Vincent Vangeel riep de hulp in van Leefmilieu Brussel om het gezoem van de airco-installatie te laten stoppen. “Er zijn metingen gebeurd, die duidelijk aantoonden dat het geluidsniveau boven de norm zat. Maar verder is er eigenlijk nooit iets mee gebeurd.”

Vier jaar na de eerste melding, kreeg hij wel een mailtje van het agentschap. Of het probleem intussen al weg was? Het antwoord moet ongeveer zo gelezen hebben: ‘Het probleem niet, maar ik wel.’ Vangeel is namelijk verhuisd, binnen Brussel weliswaar. “Bij de zoektocht naar een nieuwe woning hebben we daar constant op gelet: kan de ruit hier open zonder dat je stress krijgt van het lawaai.” Via de zogenaamde geluidsbelastingkaarten kan trouwens best makkelijk op verkeerslawaai gaan scannen.

Ook Meys is met een gelijkaardige checklist in de Gentse randgemeente Wondelgem beland: “Al blijft het lastig, omdat we door die moeilijke periode hypergevoelig voor infrageluid zijn geworden.” Dat geluid komt nu van de machines in de Gentse haven, een eind weg. “Ik ben ermee in het reine moeten komen. Want waar in de bewoonde wereld gaan wij nog een plek vinden waar het rustig is?”

'Pas nu ik in Gent woon, besef ik hoezeer ik den buiten apprecieer. De natuurgeluiden in het bos. De wind die door de bomen waait. Zalig.'Beeld Hollandse Hoogte / Dolph Cantrijn

Dat idee hakt erin, zegt Meys. Toch – je kan het geen ‘voordeel’ noemen – zit er ook iets moois in al die verhalen. Het komt telkens terug: lawaai maakt van stilte iets bijzonder dierbaars. Zoals Rani Coppens (28), die tot haar 26ste in bosrijk gebied woonde, het verwoordt: “Pas nu ik in Gent woon, besef ik hoezeer ik den buiten apprecieer. De natuurgeluiden in het bos. De wind die door de bomen waait. Zalig.”

Je zou het haast vergeten, als je niets anders gewend bent. Vandenbogaerde doet het geregeld, een weekendje Deerlijk om even het geluid te ontvluchten en “een enorme last van mijn schouders” te voelen wegglijden. “Vroeger heb ik dat nooit zo beseft.” Voor Meys is stilte zelfs een reisbestemming geworden. Een plek waar niets is, er is geen hoger goed.

Maar wat als je echt niet kan ontsnappen? Vangeel is van de regen in de drop beland, vertelt hij. Tinnitus, heet het beestje in zijn oor. Geen omgevingsgeluiden maar een intern gesuis dat je als een schaduw volgt. “Volgens de audioloog is het gelinkt aan stress, niet aan onherstelbare gehoorschade. Ik heb dus nog hoop. Maar fuck wat is dit lastig.” 

Dan vallen die ‘TSJRRRRAAAAAAKKKKK’ en die ‘VROAAA’ en die ‘KLANG’ precies nog wel mee.