Videospeler inladen...

Salah Abdeslam in tranen bij laatste verhoor in Parijs: "U mag mij haten, maar met mate"

Tijdens zijn laatste verhoor op het assisenproces over de aanslagen in Parijs heeft Salah Abdeslam zich geëxcuseerd bij de slachtoffers en hun nabestaanden. Hij vroeg hen om hem te vergeven.

Met enkele tranen op zijn wangen - uitgelokt door een vraag van zijn eigen advocate over het lijden van zijn moeder - bood Salah Abdeslam zijn excuses aan tijdens zijn laatste verhoor: "Ik bied mijn deelneming en mijn verontschuldigingen aan bij de slachtoffers. Ik weet dat de haat er nog altijd is. Maar men zegt: houd met mate van uw vrienden, want ze kunnen uw vijanden worden, en haat uw vijanden met mate, want ze kunnen uw vrienden worden. Ik vraag u vandaag om mij met mate te verachten. Ik vraag u om mij te vergeven. Ik wil vandaag zeggen dat de geschiedenis van 13 november met het bloed van de slachtoffers is geschreven. En ik maak daar deel van uit. Ik ben met hen verbonden en zij met mij."

Hoofdbeschuldigde Abdeslam is de enige overlevende terrorist van het moordcommando dat op 13 november 2015 toesloeg op terrassen, in cafés, bij het Stade de France en in de concertzaal Bataclan. De voorbije dagen probeerde hij de slachtoffers al een uitleg te geven waarom hij zich uiteindeljk niet opblies, zoals gepland. Eergisteren zei Abdeslam dat hij dat had gedaan uit menselijkheid, uit medelijden met de jonge mensen die zich aan het amuseren waren rondom hem. Vandaag vroeg hij dus expliciet excuses en vergiffenis: "Ik weet dat het niet zal lukken, ik weet dat het u niet beter zal maken, maar als ik één enkel slachtoffer heb kunnen helpen, dan is dat een overwinning voor mij."

Als ik één slachtoffer heb kunnen helpen met mijn excuses, dan is dat een overwinning voor mij

Salah Abdeslam

Abdeslam excuseerde zich ook tegenover enkele van zijn medeverdachten, die hem hadden geholpen bij zijn vlucht: "Ik vraag aan Ali Oulkadi en zijn familie om me te vergeven, ik wilde hen hier niet in meesleuren. Ik vraag ook vergiffenis aan Hamza Attou. Ik had een grote broer voor jou moeten zijn, en ik heb je hierin meegenomen. Ik vraag ook vergiffenis aan Mohammed Amri en zijn familie, omdat ik zes jaar van hun leven heb afgenomen."

"Hebt u spijt omdat u niet tot het einde bent doorgegaan?" wilde een van Abdeslams advocaten van hem weten. "Ik heb geen spijt. Ik heb die mensen niet gedood, en ik ben zelf niet dood. Ik denk... als ze eens wisten waaraan ze ontsnapt zijn."

Gérard Chemla, de advocaat van een honderdveertigtal slachtoffers, was niet onder de indruk: "Die woorden bewijzen dat hij geen empathie heeft met de slachtoffers. Wat is zijn bedoeling? Hij probeert te onderhandelen over een lichtere straf, dat is alles. Het is een spelletje voor hem, het dient niet om zijn geweten te verlichten."

Het proces duurt allicht nog tot eind juni.

Meest gelezen