“Bom in het dossier”: kinderopvang telt op papier soms meer aanwezige begeleiders dan in de praktijk

 ©  ROBIN UTRECHT

In de kinderopvang zijn er soms minder begeleiders aanwezig dan op papier beweerd wordt. Dat heeft Barbara Dupuis van UnieKOsignaal, de beroepsfederatie van zelfstandige kinderopvanginitiatieven, in het Vlaams Parlement laten verstaan. “Er wordt niet gekeken naar de effectieve aanwezigheid, maar naar de payroll. En daar zit een verschil op”, aldus Dupuis. Vlaams parlementslid Celia Groothedde (Groen) spreekt van een “bom” in het kinderopvangdossier.

mtm
Bron: BELGA

In het debat over de crisis in de kinderopvang is de discussie over de ratio een van de belangrijkste elementen. Vlaanderen hanteert een norm van maximaal acht kinderen voor één begeleider en maximaal negen kinderen per begeleider vanaf twee begeleiders. Vlaanderen heeft daarmee een van de hoogste kind-begeleiderratio’s van Europa. De sector zelf dringt al langer aan op een lagere ratio.

Minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) heeft al herhaaldelijk gezegd dat hij de discussie wil aangaan, maar dat uit cijfers blijkt dat er in de praktijk eigenlijk een ratio is van één voltijdse begeleider per 6,6 plaatsen.

“Weinig inspecties”

Maar uit verklaringen van Barbara Dupuis, zelf uitbaatster van een kinderdagverblijf en actief bij beroepsfederatie UnieKOsignaal, blijkt dat er een wezenlijk verschil kan zijn tussen de ratio op papier en de ratio in de praktijk. De verhalen en berichten op sociale media over kinderbegeleiders die alleen staan in een groep met vijftien of zestien baby’s komen volgens haar niet uit de lucht vallen.

Het heeft volgens Dupuis te maken met het feit dat er gekeken wordt naar de ‘payroll’ (de loonadministratie) en niet naar de effectieve aanwezigheid van begeleiders. Er zijn met andere woorden niet altijd evenveel begeleiders op de werkvloer aanwezig als op papier beweerd wordt. Volgens Dupuis kan dat soort praktijkten ook blijven bestaan “omdat er te weinig inspecties zijn”.

“Een slag in het gezicht”

“Al meer dan twee jaar hoor ik af en toe gelijkaardige geruchten van begeleiders”, reageert Vlaams parlementslid Celia Groothedde (Groen). “Nu komt er bevestiging uit de sector. Dat brengt een nieuwe dimensie in de huidige crisis”, zegt Groothedde. Volgens haar zijn dat soort praktijken “een slag in het gezicht van de begeleiders die hard hun best doen en van de vele organisatoren die wel onder de huidige moeilijke normen van de Vlaamse regering hard hun best doen”.

Groothedde stelt zich nu naar eigen zeggen ook vragen bij de betrouwbaarheid van de cijfers die minister Beke geeft. “Eerder al werd duidelijk hoe onderbemand de inspectie is en dat ze te weinig langsgaat bij de kinderopvang. Dus heeft de minister correcte informatie over hoe vaak dit soort wantoestanden voorkomen? En als begeleiders inderdaad van bepaalde organisatoren instructies krijgen dat zij info moeten verzwijgen, krijgt het kabinet dan wel de juiste informatie?”, vraagt de Groen-politica zich af.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen