Vooral minister van Welzijn Wouter Beke moest het ontgelden in het Vlaams parlement. De CD&V-minister moest toegeven dat de ingreep op het Groeipakket behouden is in het akkoord over de begrotingscontrole. Beke wil de kwestie wel opnieuw op tafel leggen bij de bespreking van de begroting voor 2023. Een belofte die de kritiek van de oppositie niet kon sussen.

Bij de Septemberverklaring en de begrotingsopmaak in september 2021 kondigde de regering-Jambon een pakket besparingen aan, waaronder een besparing van 65 miljoen euro op het Groeipakket, de nieuwe naam voor de kinderbijslag. Concreet besliste de regering om het basisbedrag elk jaar niet meer met 2 procent, maar met 1 procent te indexeren. Op die beslissing kwam behoorlijk wat kritiek, niet alleen vanuit de oppositie, maar ook van armoedeorganisaties en van de Gezinsbond.

Zowel minister van Welzijn Wouter Beke als CD&V-voorzitter Joachim Coens kondigden aan dat de CD&V het indexeringsdossier wilde bespreken bij de begrotingscontrole. Maar vorige week klopte de Vlaamse regering die budgetcontrole af zonder aanpassing aan de halve indexering van het Groeipakket.

‘Waar is de zogenaamde gezinspartij nu?’, vroeg Vooruit-parlementslid Hannes Anaf aan Beke. PVDA-parlementslid Lise Vandecasteele vindt het ‘onbegrijpelijk’ dat de regering de besparing niet intrekt nu de gezinnen geconfronteerd worden met stijgende prijzen.

Minister Beke betwist dat de ingreep op de indexering van het Groeipakket neerkomt op een ‘besparing’, maar wil de kwestie wel opnieuw op tafel leggen bij de volgende begrotingsbespreking. Dat is dan de begroting van 2023.