De beklaagde, die bekend had dat hij zijn 13-jarig petekind een jaar lang seksueel misbruikte, had beroep aangetekend tegen zijn veroordeling. Het openbaar ministerie vorderde de bevestiging van zijn vijf jaar cel en vijf jaar terbeschikkingstelling die in eerste aanleg werden uitgesproken.

De man was met deze zedenfeiten immers niet aan zijn proefstuk toe. Hij werd al veroordeeld tot een voorwaardelijke straf en moest zich ook laten behandelen, maar dat weerhield hem er niet van nieuwe feiten te plegen. Het hof van beroep veroordeelde de man uit Lint tot zeven jaar cel.

Bedreiging

De beklaagde had op 4 mei 2016 een sms naar het slachtoffer gestuurd met de boodschap: “Bedankt! ! ! Ooit kom ik jullie terug tegen.” Hij was net die dag veroordeeld in eerste aanleg.

De jongen, die in therapie was om het misbruik te verwerken, durfde zijn ouders eerst niets over de sms te vertellen. Toen zijn moeder het toch ontdekte, diende ze op 28 mei klacht in. De veertiger gaf toe dat hij de sms verstuurd had.

“Ik was kwaad, teleurgesteld en ontgoocheld in de uitspraak. De rechtbank hield er geen rekening mee dat ik vrijwillig in therapie was gegaan. Ik heb die sms in een opwelling verstuurd, maar hij was niet bedreigend bedoeld”, verklaarde de veertiger. De rechtbank dacht er duidelijk anders over en veroordeelde hem tot twaalf maanden cel. Mogelijk gaat de man ook tegen deze veroordeling in beroep.