Geelse oehoe zorgt voor ontdekking bij wetenschappers: “Oehoes die in stad geboren worden, beschouwen dat als natuurlijke omgeving”
De oehoes die twee jaar geleden Geel in de ban hielden, zijn weer opgedoken. Een van de mannelijke jongen, nu volwassen, bleek in Leuven een eigen gezin te hebben gesticht. Vrijdag werd hij dood aangetroffen, waardoor natuurwetenschappers meer inzicht in het gedrag van oehoes hebben gekregen.
“Oehoes die in de stad geboren worden, zoals in Geel het geval was, zoeken opnieuw de stad op: een piste die we nog niet kenden”, zegt Kelle Moreau van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen.
In een dakappartement op de hoek van de Stationsstraat en Nieuwstraat in Geel trof de bewoner in februari 2020 een koppel oehoes aan en een paar maanden later had het koppeltje ook drie uilskuikens. Het leverde ongelofelijke beelden op: de kuikens, die drie verdiepingen hoog zaten, keken door het glas mee naar de tv.
De jongen vielen uiteindelijk uit het nest en werden naar het opvangcentrum in Opglabbeek gebracht. Ze werden er geringd en vervolgens vrijgelaten in de natuur in Averbode. De natuur bleek niets voor hen, of althans niet voor een van de mannelijke jongen. Sinds vrijdag blijkt dat hij met zijn eigen vrouwtje en jongen al een tijdje in Leuven zat. Dat werd ontdekt omdat het mannetje dood werd teruggevonden op de broedplaats en aan de hand van zijn ring werd achterhaald dat hij in Geel geboren is.
Puzzelstukjes
“We zagen de laatste jaren wel vaker oehoes in steden opduiken, al hoorde dat niet tot het natuurlijk gedrag van die soort. We konden het niet goed verklaren. Dankzij de bevindingen in Leuven hebben we nu meer puzzelstukjes die ons inzicht bieden”, legt Kelle Moreau van Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurkunde uit.
De uilskuikens keken twee jaar geleden met plezier mee naar de tv. Een van hen zou uiteindelijk een familie stichten in Leuven en nu voor nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen zorgen. — © Hans Otten
Nieuwe piste na dertig jaar
“We gingen er niet van uit dat de oehoes in Leuven iets te maken hebben gehad met een stad, omdat ze zich redelijk wild gedroegen. Toen we zagen dat het mannetje een geringd dier was, gingen we er in eerste instantie van uit dat het een wilde vogel was die op nest geringd was geweest. Maar het bleek een van de jongen uit Geel te zijn. Dat betekent dus dat oehoes die in een stad zijn geboren, die omgeving als natuurlijke omgeving beschouwen. Ze zijn gewoon aan de mens en blijven die opzoeken.”
Waaraan het mannetje is gestorven, is nog niet duidelijk. Aan de UGent worden nog toxicologische onderzoeken gevoerd. Behalve het mannetje dat plots stierf, is er nog een drama: het vrouwtje is spoorloos. “Al zes dagen, dus dat ziet er niet goed uit”, weet Moreau.
Hun jongen worden nu opgevangen, waardoor natuurwetenschappers ervan uitgaan dat zij later opnieuw gebieden met mensen, zoals steden, als hun natuurlijke omgeving zullen beschouwen. “We volgen op het Instituut al dertig jaar oehoes met ringgegevens op en het is de eerste keer dat deze piste echt duidelijk is geworden. Dat is uniek en we vermoeden dat er zich steeds meer oehoes in steden zullen settelen.”
In België leven er naar schatting 240 koppels, waarvan tweehonderd in Wallonië, vooral in natuurgebieden.
plusartikels. Je moet nog even inloggen. Zo herkennen we je als abonnee.
