Direct naar artikelinhoud
InterviewFrank Vandenbroucke

‘Ik kan niet beloven dat het probleem van de wachtlijsten opgelost raakt’: over de plannen voor de kinderpsychiatrie

Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit).Beeld Photo News

Een half jaar wachten op een eerste gesprek. Vijf maanden vooraleer een jongere in behandeling kan. De situatie in de kinderpsychiatrie blijft schrijnend. Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) belooft een radicale koerswijziging, maar of de wachtlijsten daar korter door worden blijft de vraag. 

Het is geen lukraak gekozen plek waar minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) zijn nieuwe plannen voor de psychische hulpverlening en jeugdpsychiatrie uit de doeken doet. De mArquee, de jongerenafdeling van het psychiatrisch ziekenhuis van Multiversum in Mortsel, viert zijn vijfde verjaardag. Het is een van de vier psychiatrische afdelingen in Vlaanderen die zich exclusief focussen op jongeren in transitieleeftijd, tussen de 16 en 25 jaar. 

Tegelijk wordt de minister ook deze namiddag geconfronteerd met de limieten waar de zorg op botst. Als hij enkele jongeren uit het centrum vraagt wat de grootste moeilijkheid was in hun hulptraject, luidt unaniem ‘de lange wachtlijsten’. Een meisje moest een half jaar wachten op een eerste gesprek, een ander vijf maanden tot ze op behandeling kon.

Waarom vinden adolescenten zo moeilijk hun weg naar de juiste hulp?

Vandenbroucke: “Ze bevinden zich op een kruispunt, ook institutioneel. De kinderpsychiatrie stopt in principe op de leeftijd van 15 jaar, en de overgang naar volwassenpsychiatrie verloopt niet altijd goed. Die rigide opdeling houdt weinig rekening met de levensomstandigheden en ontwikkeling van jongeren rond die leeftijd, die te oud zijn voor zorg in de kinderpsychiatrie en te jong voor volwassenenzorg.”

Vandaag belanden meisjes met eetstoornissen soms tussen volwassenen die al jaren in de psychiatrie zitten en soms agressief gedrag vertonen. 

“Inderdaad. Zo organiseer je geen gepaste zorg en op die manier worden jongeren telkens doorverwezen van de ene voorziening naar de andere. Een centrum als de mArquee toont hoe waardevol het is om bruggen te slopen tussen de kinder- en volwassenenpsychiatrie. We trekken 14 miljoen uit om andere instellingen de kans te bieden zich in diezelfde richting te ontwikkelen. Maar ook andere muren moeten verder gesloopt worden. Er kunnen ook projecten ingediend worden om de behandeling te verbeteren van jongeren met eetstoornissen, waarbij psychiatrische en fysieke problemen samenkomen. 

“Ook op andere vlakken willen we de hulpverlening voor die leeftijdsgroep verbeteren. Met de 35 miljoen extra die we uittrekken, gaan we onder meer geld investeren voor de opvang van jongeren die door een jeugdrechter geplaatst zijn, meer bedden voor jongeren voorzien in niet-kinderpsychiatrieafdelingen en mobiele diensten ontwikkelen voor intensieve psychische zorg.”

Dat is cruciaal voor een groep die er erg aan toe is, maar hoe wil u de grote groep jongeren met (mildere) psychische problemen helpen? Uit een enquête van de Vlaamse Jeugdraad uit 2018 bleek dat 38 procent tussen 14 en 25 jaar met psychische problemen kampt, en dat was voor corona. 

“We nemen net veel maatregelen om de psychologische zorg toegankelijk te maken. Vandaag kunnen jongeren een rechtstreeks telefoonnummer vinden van klinische psychologen of orthopedagogen op de website van de netwerken geestelijke gezondheidszorg. Die kunnen hen uitnodigen voor een eerste gesprek, dat gratis is bij hulpverleners die geconventioneerd zijn. Naast individuele sessies werken we ook aan groepsessies voor jongeren, waar ze samen over psychische problemen kunnen praten.

“We richten ons ook meer op preventie, door echte voelsprieten te ontwikkelen in de samenleving. Bij huisartsen, sociale diensten of CLB’s treffen we jongeren aan met mentale problemen die we preventief kunnen ondersteunen of doorverwijzen naar een psycholoog. De hulpverlening moet dus tot bij hen gebracht worden.”

Toch is het nog steeds zo dat jongeren slechts bij een klein deel van de hulpverleners terugbetaalde psychische zorg krijgen. 

“We hebben al veel progressie gemaakt. Sinds januari zijn meer dan 42.000 mensen op het nieuwe aanbod van geestelijke gezondheidszorg ingegaan. Het nieuwe aanbod bedraagt op weekbasis 15.715 uur. Dat is al heel wat, maar ook ik zou het liever sneller zien gaan. Tegen oktober willen we dat nieuwe systeem op kruissnelheid hebben.”

Zal dat ook de wachtlijsten doen verkleinen? 

“Het is zeker een enorme investering, maar ik kan niet beloven dat het probleem van de wachtlijsten daarmee opgelost zal raken. Wel maken we er werk van om ervoor te zorgen dat iemand die vandaag op de wachtlijst staat voor een behandeling in het ziekenhuis, in afwachting van de opname geholpen kan worden door een zorgverlener. Omgekeerd willen we de behandelingen in de psychiatrie zo kort mogelijk houden, wat kan als je goede begeleiding voorziet in de thuissituatie. Die twee maatregelen zouden ervoor moeten zorgen dat mensen sneller hulp krijgen.”

Er zit mogelijk wel weer een andere kaper op de kust, met de coronacijfers die stijgen. Is er een zomergolf in de maak?

“Het is zeker zo dat de verspreiding van de BA4- en BA5-varianten aandacht vraagt, we houden dat nauwlettend in de gaten. Maar het is te vroeg om te voorspellen of er een golf aankomt.”

Moeten we in de zomer geen preventieve vaccinatiecampagne doen?

“Er zijn veel mogelijke scenario’s. Bijvoorbeeld dat we na de zomervakantie de hele bevolking een nieuwe prik geven, of een deel van de bevolking. Een campagne na de zomer lijkt me vandaag het meest waarschijnlijke, maar er zijn nog geen beslissingen genomen.”