Sinds 2018 is de productie van muntstukken voor ons land uitbesteed aan een externe partner, de Koninklijke Nederlandse Munt (KNM). Maar daar ligt de productie van kleine munten van 5 en 10 eurocent stil. En dat wordt een probleem voor veel winkeliers, die stilaan zonder wisselgeld zitten.

Net zoals zoveel andere sectoren in Europa krijgt ook de munten- en medaillesector momenteel te maken met een grondstoffenprobleem dat aanzienlijke vertragingen veroorzaakt in de levering van de noodzakelijke productiematerialen. Gevolg is dat er momenteel een tekort is aan muntstukken van 5 en 10 eurocent, zo zegt Francis Adyns van de FOD Financiën.

De gele munten (Nordic Gold) van 10 cent zijn samengesteld uit 89 procent koper, 5 procent aluminium, 5 procent zink en 1 procent tin. Ook voor de 5 cent zorgt een tekort aan koper nu voor een productiebreuk, met een schaarste aan deze muntstukken tot gevolg. Voor de andere munten stelt het probleem zich niet.

Cashbetalingen dalen

Nochtans zijn er nog nooit zoveel munten in circulatie geweest als nu, namelijk 762 miljoen stuks van 5 cent en 469 miljoen stuks van 10 cent. Maar cashbetalingen nemen zienderogen af. Zelfs om een brood of een krant te kopen wordt meer en meer met de kaart betaald.

“Vreemd genoeg gaat dat afnemende cashgebruik in ons land toch gepaard met een stijgende vraag naar munten”, zegt Adyns. “En bovenop de productieproblemen nu, worden te veel van die kleine munten opgepot. Studies in het buitenland wijzen uit dat een huishouden gemiddeld voor 26 euro aan ongebruikte munten in huis heeft. We roepen iedereen dan ook op om ze te gebruiken of om ze in te wisselen bij de bank.”