Direct naar artikelinhoud
Blik op BelgiëWijgmaal

‘Ik schrik van het aantal klinische depressies dat ik bij jongeren vaststel’: en toch bestaat de zorgleerkracht niet in het middelbaar

Minister van Onderwijs Ben Weyts op bezoek in een school in Asse.Beeld Photo News

Dit schooljaar werd voor het eerst de Zorgleerkracht Van Het Jaar verkozen in het basisonderwijs. Het eerbetoon staat in schril contrast met de dagelijkse realiteit van zorgleerkrachten in het secundair onderwijs. ‘Officieel bestaan wij zelfs niet.’

Wandelend langs een charmant pad ontwaar ik tussen de bomen de schoolpoort van MSV De Zonnewijzer in Wijgmaal. Het gesprek dat ik er heb met zorgcoördinator en klinisch psycholoog Lien Penninckx is een stuk minder idyllisch. “Ik schrik van het aantal klinische depressies dat ik bij jongeren vaststel”, vertelt ze. “Veel jongeren die al kampten met faalangst, onzekerheid of depressieve klachten zijn door de coronacrisis gekraakt. In mijn eigen praktijk reik ik dan de hand aan de ouders en de school om de jongere samen uit de duisternis te trekken.” 

Die samenwerking met scholen kent wisselend succes. De ene keer spreekt Penninckx een gemotiveerde zorgleerkracht, de andere keer is er nauwelijks expertise of opvolging. Pas toen ze dit jaar zelf halftijds aan de slag ging als zorgcoördinator begreep ze waarom. “In het secundair onderwijs bestaat het ambt van zorgleerkracht officieel gewoonweg niet. Concreet: elke school doet haar eigen ding. Er zijn geen vereisten qua ervaring, motivatie of diploma. Als klinisch psycholoog heb ik dus ook geen recht op anciënniteit, terwijl ik al vijftien jaar werk met jongeren en gezinnen. Problematisch, want hoe trek je zo geschikte, ervaren profielen aan?”

‘Flexibiliteit’

“Het klopt dat er in het secundair onderwijs geen ambt is voor de zorgleerkracht”, bevestigt het kabinet van minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). “Officieel zijn zij ‘ondersteunende profielen’.” Dat er geen specifieke vereisten zijn wat betreft diploma of ervaring ziet het kabinet net als een voordeel. “Dat geeft elke school de flexibiliteit om zelf te kiezen welk profiel zij geschikt achten.” In de strijd tegen het lerarentekort zette minister Weyts nog meer in op flexibiliteit door een deel van de middelen, bedoeld voor aanwerving van leerkrachten, ook toegankelijk te maken voor dergelijke ondersteuners. Zowel in basis- als secundair onderwijs kunnen zij het lerarentekort zo helpen opvangen. 

Lien Penninckx.Beeld RV Marco Mertens

Maar hoeveel ruimte blijft er in de agenda van deze ondersteuners over om die andere brandhaard te blussen, die van de mentale gezondheidscrisis bij jongeren? “Weinig”, stelt Lien Penninckx vast. “Onze school wil echt inzetten op mentaal welzijn en heeft daarom extra uren gesprokkeld voor mijn functie. Maar zelfs dan heb ik slechts een uur per week om 25 leerlingen te ondersteunen. En dat is zonder invalbeurten voor de reguliere leerkrachten gerekend.”

Het is geen geheim dat de visie van N-VA op onderwijs er eentje is met de focus op kennisoverdracht. Noch dat het lerarentekort acuut en prangend is. Rechtvaardigt dat het sneuvelen van tijd en aandacht voor psychosociale ondersteuning? Die marge is er niet meer. Uit onderzoek van de Onafhankelijke Ziekenfondsen eind 2021 bleek dat ruim één op de twee jongeren zich paniekerig, angstig of eenzaam voelt, weinig eetlust heeft of slecht slaapt. Ook de wachtlijsten voor psychologische en psychiatrische hulp zijn alarmerend lang. 

Lichtpuntje

Toch ziet Penninckx een lichtpuntje. “Een kleine ingreep kan écht een verschil maken. Zorgleerkrachten staan aan de frontlinie. Zij zien de jongeren dagelijks en kunnen mentale moeilijkheden vroeg detecteren. Nog voor die echt problematisch worden en doorverwijzingen nodig zijn. Maar dan moet de functie van zorgleerkracht een volwaardig ambt worden, ervaren professionals aantrekken en voldoende uren krijgen voor het aantal leerlingen dat ze begeleiden.”

Het kabinet van Weyts is het daar niet mee eens. “De samenleving kan niet van scholen verwachten dat ze ook psychologische ondersteuning geven aan alle leerlingen. Leren is prioritair. De zorg- en leerlingenbegeleiding binnen het onderwijs staat dus in de eerste plaats in functie van het leren.” Het moge duidelijk zijn: een volwaardig ambt voor ondersteuners is tot nader bericht niet de eerste zorg van de minister.