7.000 plaatsen en extra vertrouwen nodig in kinderopvang, minister Crevits: "Belangrijk dat inspectie job goed doet"

Er zijn in Vlaanderen 7.000 extra plaatsen nodig in de  kinderopvang. Ruim 6 op de 10 baby's en peuters kunnen nu terecht in een kinderdagverblijf of bij een onthaalouder, maar er zijn dus veel plaatsen te kort. Dat erkent ook Vlaams minister van Welzijn en Gezin Hilde Crevits (CD&V) die naast extra capaciteit ook meer wil inzetten op kwaliteit. 

Uit een jaarrapport van het Agentschap Opgroeien, waaronder de kinderopvang valt, blijkt dat zes op de tien baby’s en peuters tussen 2 maanden en 3 jaar terecht kunnen in een kinderopvanginitiatief in Vlaanderen. Twee derde van die kinderen gaat naar een groepsopvang, de rest naar een onthaalouder. 

Eind vorig jaar waren er in de 6.340 opvanglocaties en in totaal 94.681 vergunde plaatsen voor baby’s en peuters. Dat zijn 243 plaatsen minder dan eind 2020. Per 100 kinderen tussen nul en drie jaar, zijn er zo'n 45 plaatsen in de Vlaamse kinderopvang. 

7.000 extra plaatsen

Toch is dat lang niet voldoende. Dat beseft ook Vlaams minister van Welzijn en Gezin, Hilde Crevits (CD&V). "Aan het begin van deze legislatuur is er een prognose gemaakt. Daaruit bleek dat er tegen het einde van deze legislatuur 7.000 extra plaatsen nodig zijn in de kinderopvang. Die komen er ook", aldus Crevits. Deze legislatuur wordt er 120 miljoen euro in de kinderopvang geïnvesteerd."

Naast extra plaatsen is er ook dringend nood aan extra personeel. Net als heel wat andere sectoren kreunt de kinderopvang onder een nijpend personeelstekort. Volgens de laatste cijfers van de VDAB waren er eind mei bijna 900 openstaande vacatures als begeleider in de kinderopvang. 

Toch is er volgens minister Crevits ook goed nieuws. "We zien dat er bijna 1.000 mensen zijn die via de VDAB een opleiding willen om als kinderbegeleider aan de slag te gaan. Daarenboven heb ik op 1 juli een gesprek gepland met de sectoren Welzijn, Volksgezondheid en Gezin om samen te zitten rond de zij-instroom en te bekijken hoe we meer mensen effectief aan de slag kunnen laten gaan in de kinderopvang."

Vertrouwen in de kinderopvang

De cijfers hierboven van het Agentschap Opgroeien dateren van 2021, nog voor de crisis in de kinderopvang losbarstte nadat er allerlei verhalen over wanpraktijken waren opgedoken. 

"Het is absoluut belangrijk dat mensen vertrouwen kunnen hebben in kinderopvang", zegt Crevits. "Vandaar mijn pleidooi om niet alleen te voorzien in capaciteit, maar in kwalitatieve extra plaatsen. "Je kan natuurlijk nooit uitsluiten dat er iets gebeurt in een kinderopvang. Vandaar dat het ook heel belangrijk is dat onze controlemechanismen heel goed werken. Dat de inspectie haar job goed doet en dat als er verontrustende signalen en klachten komen die goed bekeken worden."

Het is heel belangrijk dat verontrustende signalen en klachten goed bekeken worden

Hilde Crevits (CD&V) - Vlaams minister van Welzijn

Provinciale verschillen

Uit de cijfers van het Agentschap Opgroeien blijkt verder nog dat kinderen vooral binnen de gemeente waar ze wonen worden opgevangen. Net iets meer dan 1 op de vier gaat naar een opvangplaats in een andere gemeente.

Tussen de provincies onderling is er wel een verschil. In Vlaams-Brabant is dat aandeel dat naar een kinderopvanginitiatief gaat met 60,2% het laagst, in West-Vlaanderen het hoogst. Daar gaat het om meer dan zeven op de tien kinderen. Voor het eerst is er ook zicht op de instapleeftijd van baby’s en peuters: bijna zes op de tien kinderen waren jonger dan 6 maanden bij de start van de opvang.

Meest gelezen