Direct naar artikelinhoud
Alain Gerlache.
ColumnAlain Gerlache

De peilingen bevestigen de strategie van beide socialistische partijen

Alain Gerlache overschouwt de politieke actualiteit. Zijn column verschijnt op maandag.

De stemming is goed op de Keizerslaan in Brussel, de zetel van de Vlaamse en de Franstalige socialisten. De laatste peilingen hebben daar veel mee te maken. 

Politici zeggen altijd dat je de resultaten moet relativeren, maar in werkelijkheid nemen zij ze ernstig en hebben ze een invloed op het moreel. Vooruit neemt een forse voorsprong op zijn Vlaamse regeringspartners, die met een existentiële crisis worstelen. En de Parti Socialiste blijft wel onder haar score van 2019, maar boekt veel vooruitgang in Wallonië en blijft daar de grootste.

Nog belangrijker, de peilingen bevestigen de strategie van beide socialistische partijen. Vooruit zet alles in op Conner Rousseau, zijn persoonlijkheid, zijn stijl, zijn communicatie, en compenseert zijn ludieke kant met het werk van ‘no nonsense’ Frank Vandenbroucke in de federale regering. De PS lijkt eindelijk de juiste communicatie te vinden om weerwerk te bieden tegen het kruisvuur van de PTB en de MR. Aan de ene kant benadrukt ze haar verwezenlijkingen, in contrast met de ‘slogans’ van de communisten. Aan de andere kant neemt ze de toon van Georges-Louis Bouchez op de korrel om de liberalen aan te vallen. 

Toen de voorzitter van de MR de aanwezigheid van zijn socialistische collega op de vakbondsbetogingen voor de koopkracht aanklaagde, antwoordde Magnette droogjes op Twitter: “Wij staan achter de betogende arbeiders en wij verdedigen hen ook in de regering tegen de liberalen! Wilt u een lijst van de liberalen die de cocktailparty’s van het patronaat bezoeken?” Onder ons gezegd: op dat soort feestjes vind je vaak ook socialisten, maar soit.

Komt het door dit nieuwe zelfvertrouwen dat Paul Magnette zijn ambitie om premier te worden niet meer onder stoelen of banken steekt, zoals blijkt uit recente interviews in zowel Franstalige als Vlaamse kranten? Misschien laat hij zich inspireren door de magistrale zet van Jean-Luc Mélenchon, de leider van Frans radicaal links, die in de parlementsverkiezingen campagne voerde met de slogan: “Verkies mij tot premier!” Grondwettelijk was dat onzin, maar op die manier kon hij zijn aanhang mobiliseren en heel links achter zich krijgen. 

Door opnieuw te kennen te geven dat hij beschikbaar is, heeft Paul Magnette dezelfde doelstellingen als de leider van Nupes, de Nouvelle Union populaire écologique et sociale: de troepen mobiliseren en zich als hun voorman opwerpen. Welke andere linkse partij kan aanspraak maken op de post van eerste minister? En het is geen geheim dat Paul Magnette er zin in heeft.

Die strategie verklaart ook de communautaire bocht van de voorzitter van de PS. Door te verklaren dat een nieuwe staatshervorming na 2024 “niet nodig en niet wenselijk is”, houdt hij rekening met het unitaristische discours van de PTB en de MR en gooit hij de deur dicht in het gezicht van de N-VA. Zoals kapitein Haddock en zijn kleefpleister probeert Paul Magnette zich nog altijd te ontdoen van de beschuldigingen dat hij na de verkiezingen van 2019 een pact wilde sluiten met Bart De Wever, dat tot een confederalisme zou leiden. 

Voor het zuiden van het land is dat onaanvaardbaar. Maar de voorzitter van de PS gaat nog verder. Enkele maanden geleden sprak hij zich uit voor een België met vier gewesten en voor de overdracht van de bevoegdheden van de Franse Gemeenschap naar Wallonië en Brussel – tot ongenoegen van de Brusselse socialisten. Nu voert hij een heus charmeoffensief voor de kameraden van de hoofdstad. Hij pleit niet alleen voor het behoud van de Federatie Wallonië-Brussel maar verklaarde in een interview met Le Soir, op de vooravond van het congres van de Waalse socialisten: “Ik voel me bijna meer Brusselaar dan Waal. Ik heb in Brussel gewoond, ik heb er twintig jaar gewerkt, ik ben er bijna elke dag”. Dixit de burgemeester van Charleroi.

Maar om in 2024 zijn intrede te doen in de Wetstraat 16 heeft Paul Magnette ook bondgenoten in Vlaanderen nodig. We kennen de intenties van Conner Rousseau ten aanzien van de N-VA niet, maar het zou wel kunnen dat de PS weer bij cd&v, Open Vld en Groen zal moeten aankloppen. De vraag is hoe sterk ze dan nog zullen staan, na een moeilijke deelname aan een regering die ondermijnd wordt door de kritiek van de Franstalige coalitiepartijen. De weg naar de 16 is geplaveid met delicate evenwichtsoefeningen.