KCE pleit ervoor behandeling eierstokkanker in referentiecentra te concentreren

 ©  © Zoonar.com/Ruslan Olinchuk

De overlevingskans van patiënten met eierstokkanker is duidelijk hoger in ziekenhuizen die een groot aantal patiënten behandelen. Dat blijkt uit een studie van het Federaal Centrum voor de Gezondheidszorg (KCE). Het KCE pleit er dan ook voor de behandeling van eierstokkanker te concentreren in een beperkt aantal referentiecentra.

Bron: BELGA

De experts vergeleken de overlevingskansen volgens het aantal patiënten behandeld per ziekenhuis voor de periode 2014-2018. Daaruit bleek dat de mediane overlevingskans hoger is voor patiënten die behandeld worden in ziekenhuizen die een groot aantal patiënten behandelen: 4,2 jaar in ziekenhuizen die minstens 10 patiënten per jaar behandelen versus 1,7 jaar in ziekenhuizen die minder dan 3 patiënten per jaar behandelen. Dat is geen verrassing, zegt het KCE, aangezien die bevinding ook al voor andere soorten kanker – waaronder hoofd- en halskanker en longkanker – werd gedaan.

“Het is dan ook zorgwekkend dat tussen 2014 en 2018 de 4.000 vrouwen bij wie invasieve eierstokkanker werd vastgesteld, in 100 verschillende Belgische ziekenhuizen werden behandeld, en dat de helft van die ziekenhuizen minder dan 6 patiënten per jaar behandelden. Als we ons alleen op chirurgie focussen, opereerden slechts 5 ziekenhuizen meer dan 20 patiënten per jaar”, zegt het KCE in een persbericht. Het pleit er dan ook voor de behandeling van eierstokkanker in een beperkt aantal referentiecentra te concentreren om de huidige versnippering van expertise en ervaring tegen te gaan.

Niet alleen cijfers

De selectie van de referentiecentra mag echter niet alleen gebeuren op basis van het aantal behandelde of geopereerde patiënten. Zo moet een referentiecentrum voor de behandeling van gynaecologische kankers onder meer beschikken over een gespecialiseerd en ervaren multidisciplinair team en over adequate faciliteiten en apparatuur, zoals de mogelijkheid tot intra-operatieve vriescoupe, een lymfoedeemkliniek en fertiliteitssparende behandelingen. Voorts moeten referentiecentra ook de continuïteit van de zorg garanderen, procedures voor kwaliteitswaarborging volgen, aan onderzoek doen, enzovoort.

Het KCE publiceert dinsdag ook 15 kwaliteitsindicatoren voor de behandeling van eierstokkanker voor alle ziekenhuizen. Zij zullen ook een individueel feedbackrapport van de Stichting Kankerregister ontvangen, zodat zij hun sterke en zwakke punten kunnen identificeren en waar nodig de zorg verbeteren.

De indicatoren hebben betrekking op het proces van diagnose en stadiëring van de kanker (bv. welk percentage patiënten heeft een volledige stadiëring ondergaan, of heeft een genetisch onderzoek gehad?), en op de behandeling (bv. hoeveel tijd verliep er tussen de diagnose en het begin van de behandeling, of welk percentage patiënten heeft het vereiste aantal chemotherapiekuren gekregen?). Daarnaast zijn er indicatoren inzake de mortaliteit na een operatie, de 1- en 5-jaarsoverleving en mogelijke complicaties na chirurgie.

“Stille doder”

Eierstokkanker komt niet zo vaak voor (ongeveer 750 patiënten met invasieve eierstokkanker per jaar in België), maar de prognose is bijzonder slecht, omdat de ziekte vaak al wijdverspreid is op het moment van de diagnose. Het type kanker krijgt dat ook de bijnaam “stille doder”. De 5-jaarsoverleving bedraagt wereldwijd minder dan 50 procent. In België gaat het om 51,9 procent, een cijfer dat in de lijn ligt van dat van andere Europese landen.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen