Niemand die eraan twijfelt: wie de Ronde van Frankrijk wil winnen, zal voorbij Tadej Pogacar moeten. De Sloveen is zich bewust van zijn status maar het bezorgt hem geen knikkende knieën. “Ik heb zin in de Tour”, opende Pogacar de klassieke persconferentie voorafgaand aan de start van de Tour. “En zoals bij elke race wil ik mijn best doen. Maar dit is de grootste van het jaar en ik ben blij dat we weer voor de eindzege kunnen strijden. De voorbereiding ging al goed. Vergeleken met vorig jaar denk ik dat ik ongeveer even sterk ben, misschien zelf iets beter omdat ik meer vertrouwen heb. Maar we zullen zien in de wedstrijd. We hebben hier een sterk team, met jongens die ik kan vertrouwen. Dus we zijn klaar voor de aanvallen van de concurrentie.”

Toch bouwt Pogacar enige voorbehoud in. “Eén slechte dag en het kan voorbij zijn”, weet de tweevoudig winnaar. “Dus we bekijken het dag per dag en hopen op goede benen elke dag. Vorig jaar had ik de gele trui al erg vroeg. Ideaal is dat misschien niet, maar je zegt geen nee tegen de gele trui.”

Corona

Met een individuele tijdrit en twee vlakke etappe met kans op waaiers belooft de passage doorheen Denemarken best pittig te worden. En daar komt nog eens de dreiging van corona bovenop. “De ritten in Denemarken worden pittig, maar we hebben een sterk team”, aldus Pogacar. “We rijden gewoon vooraan en doen daar ons ding. We hoeven ons hier geen zorgen te maken. Ik maak me wel een beetje zorgen over corona. Ik hoop dat we overleven zonder besmettingen, maar daar doen we alles aan. We blijven zo veel mogelijk in onze bubbel.”

Of hij de wind vreest? Pogacar: “Iedereen kan eens de slag missen, zelfs de renners die het sterkst zijn in waaiers”, aldus de Sloveen. “Wie ik dit jaar als mijn grootste uitdager zie? Geen idee, er zijn er erg veel, iedereen komt hier goed voorbereid. Maar dit jaar moeten we ons geen zorgen maken over de concurrentie. We zijn sterker dan ooit en moeten gewoon ons ding doen. Vingegaard lijkt me wel erg sterk. Hij is een erg sterke klimmer, dat bewees hij vorig jaar ook al.”

Volgende week woensdag wacht de etappe over de kasseien van Parijs-Roubaix. Pogacar verkende de etappe en vreest ze niet. “Ik kijk eigenlijk heel erg uit naar die rit”, blijft de tweevoudig Tourwinnaar rustig. “Ik weet niet vanwaar die rust komt. Maar ik heb erg veel goede mensen rond me, vrienden en familie, die geen druk op me leggen. En in het team vertrouwt iedereen elkaar. Dat geeft ook rust.”

Maar eerst is er de proloog. “Morgen denk ik niet dat ik kan winnen”, aldus Pogacar. “Elke tijdrit is een ander verhaal voor mij. Dit wordt een hele korte, met veel bochten, dus we zullen wel zien. Ik hoop dat er niets gebeurt met mijn concurrenten, zoals met Roglic vorig jaar. Iedereen wil toch de grootste strijd zien? Maar elk jaar is het wat een ander verhaal. Deze Tour zal geweldig worden, voor de renners, mensen langs de kant en mensen die kijken op televisie. Voor ons zal het soms wel wat brutaal worden, met het zware parcours. ”